practicum en werkstuk maken

Doelen van de les: Uitleg  werkstuk  
Je kent de tekenregels en past deze toe.
Je kan bij de tekening van een kiemend zaadje
      het juiste bijschrift noteren en de onderdelen benoemen
      
Je kunt onderzoek doen naar kiemende zaden
Je weet hoe een plant uit een zaadje komt
Je kan uitleggen hoe een plant groeit
Je kunt een werkstuk maken



1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Doelen van de les: Uitleg  werkstuk  
Je kent de tekenregels en past deze toe.
Je kan bij de tekening van een kiemend zaadje
      het juiste bijschrift noteren en de onderdelen benoemen
      
Je kunt onderzoek doen naar kiemende zaden
Je weet hoe een plant uit een zaadje komt
Je kan uitleggen hoe een plant groeit
Je kunt een werkstuk maken



Slide 1 - Tekstslide

Waarom is het belangrijk om de tekenregels te kennen?
A
Dan kun je een werktekening goed lezen.
B
Dan weet je hoe je een tekening moet maken.
C
Als iemand er naar vraagt kun je ze opnoemen

Slide 2 - Quizvraag

Als je bij biologie een tekening maakt volgens de tekenregels is het belangrijk dat je...:
A
Alleen tekent wat je ziet
B
Altijd op lijntjespapier tekent
C
De tekening altijd inkleurt
D
De tekening nooit op A3 papier maakt

Slide 3 - Quizvraag

Waar teken je mee, volgens de tekenregels? Waarmee schrijf je het bijschrift erbij?
A
allebei met pen
B
maakt niet uit
C
allebei met potlood
D
tekenen met potlood, bijschrift met pen

Slide 4 - Quizvraag

Welke tekenregel klopt niet voor een schematische tekening?
A
Teken en schrijf met potlood
B
Benoem de onderdelen van je tekening
C
Kleur je tekening
D
Schrijf een titel boven je tekening

Slide 5 - Quizvraag

Tekenregels: Wat is waar?
1. teken groot
2. onderaan noteer je het bijschrift zoals titel en vergroting
3. rechts van de tekening zet je namen
4. kleur de tekening altijd in
A
1, 3 en 4
B
2, 3 en 4
C
1,2en 3
D
1 en 3

Slide 6 - Quizvraag

Natuurgetrouw of schematisch?
buitenaanzicht of doorsnede?
A
Natuurgetrouwe tekening lengte doorsnede
B
Natuurgetrouwe tekening buitenaanzicht
C
Schematische tekening buitenaanzicht
D
Schematische tekening dwarsdoorsnede

Slide 7 - Quizvraag

Wat voor doorsnede zie je hier?
A
Lengte doorsnede
B
diagonale doorsnede
C
Dwars doorsnede
D
Boom

Slide 8 - Quizvraag

Wat voor een doorsnede is dit?
A
Dwarsdoorsnede
B
Lengtedoorsnede
C
Geen! Dit is een buitenaanzicht

Slide 9 - Quizvraag

lengte doorsnede
dwars doorsnede

Slide 10 - Sleepvraag

Tekenregels

Slide 11 - Tekstslide

Oefening kiemend zaadje met wortelharen tekenen
  • Maak een natuurgetrouwe tekening van één kiemend tuinkerszaadje met de wortelharen. 
  • Benoem: zaadhuid, blaadjes, wortel & wortelharen.
  • Gebruik een loep (3x).
  • Pas de tekenregels toe.

Slide 12 - Tekstslide

Hebben planten alle levenskenmerken?
voeden --> water  wordt opgenomen door de wortels
ademhalen --> met huidmondjes ademt de plant
uitscheiden --> zuurstof
bewegen --> bijv meedraaien met de zon
waarnemen --> de plant weet waar de zon is, waar het water is
voortplanten --> zonnebloempitten (zaden)
groeien --> een zonnebloem kan wel 2 meter hoog worden

Slide 13 - Tekstslide

Een zaad
Veel planten groeien uit zaadjes. Dit kunnen kleine zaadjes zijn zoals die van viooltjes. Maar ook grotere zaadjes als een zonnebloem. Ook bruine bonen zijn zaden waaruit een bruine bonenplant groeit.

Slide 14 - Tekstslide

Welke reservestof zit in een zaad?
Glucose wordt omgezet in zetmeel voor opslag in zetmeelkorrels. Bonen en tarwe zijn voorbeelden van zaden met veel zetmeel.
Glucose kan door de plant ook in vetten worden omgezet. Bij sommige planten komen er veel vetten voor in de zaden. Bijvoorbeeld zonnebloempitten, noten of pinda's.

Slide 15 - Tekstslide

Zonnebloemen werkstuk zaden groeien
Voor dit werkstuk houd je een dagboek met de vorderingen van één groeiende zonnebloemzaad bij. (zie stencil - achterkant)
Elke dag maak je rond dezelfde tijd  een foto van je groeiende zonnebloem. ('s ochtends, als je net wakker bent is dat handig)
Kies er 4 om te tekenen.
Dag 1 is de dag dat de zonnebloemzaadjes gaan kiemen. 
Gebruik en volg het stencil. . . . .                                           Veel succes!

Slide 16 - Tekstslide