Future: present simple & continuous


Future
Present Simple & Continuous
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les


Future
Present Simple & Continuous

Slide 1 - Tekstslide

Present Simple
1. Om te praten over tijdschema's 
The plane arrives at 18.00 tomorrow.
She has a yoga class tomorrow evening.
The restaurant opens at 19.30 tonight.

Slide 2 - Tekstslide

Present Continuous
1. Voor toekomstige afspraken
I'm meeting Jim at the airport later.
I am leaving tomorrow.

2. Plan staat vast
Joe is making dinner tonight.
The team is playing soccer on Saturday.

Slide 3 - Tekstslide

am/is/are + going to + infinitive.
1. Voor toekomstige afspraken
I'm meeting Jim at the airport later.
I am leaving tomorrow.

Verschil met 'be going to'
Be going to is voor plannen (nog niets staat vast)
Present Continuous is voor afspraken (er zijn al dingen geregeld)

Slide 4 - Tekstslide

Exercise 1
Choose the correct situation

Slide 5 - Tekstslide

The train (to arrive) at half past seven.
A
Tijdschema
B
toekomstige afspraak
C
voorspelling

Slide 6 - Quizvraag

I (to fly) to Spain tomorrow.
A
Tijdschema
B
toekomstige afspraak
C
Voorspelling

Slide 7 - Quizvraag

(You / to meet) your friends later?
A
Tijdschema
B
toekomstige afspraak
C
Voorspelling, niet echt gepland

Slide 8 - Quizvraag

The restaurant (to open) at noon.
A
Tijdschema
B
toekomstige afspraak
C
Voorspeling, niet echt gepland

Slide 9 - Quizvraag

I (to take) the train in half an hour. I already have my ticket.
A
Tijdschema
B
toekomstige afspraak
C
Voorspelling, niet echt gepland

Slide 10 - Quizvraag

I (to ride) ride my bike to the store.
A
Tijdschema
B
toekomstige afspraak
C
Voorspelling, niet echt gepland

Slide 11 - Quizvraag

Exercise 2
Finish the sentence using the present simple, present continuous, or to be going to (+infinitive)

Write ONLY what is missing.

Slide 12 - Tekstslide

This is a terrible film Tony!
‘When (?/it/to finish)?’

Slide 13 - Open vraag

It's broke up for sure. She (not/to see) Tim tonight or ever again.’

Slide 14 - Open vraag

The library (close) in five minutes and I have four books to return before they fine me!!

Slide 15 - Open vraag

Jan (listen) to some music while he bikes home.

Slide 16 - Open vraag

‘(you / use) your motorbike tonight?’ I want to borrow it.

Slide 17 - Open vraag

I'm going to be late! ‘What time
(this train/arrive) in Chicago?’

Slide 18 - Open vraag

We are all very excited about going away tomorrow. ‘The taxi (arrive) at 7am to take us to the airport.’

Slide 19 - Open vraag

And the plane
(leave) at 10am.

Slide 20 - Open vraag

I can't see you tonight Jan. ‘I
(go) to the theatre with Mike.’

Slide 21 - Open vraag

‘And the play
(to finish) very late’. Sorry!

Slide 22 - Open vraag

Go to the supermarket and buy that special shampoo for the dog. ‘I (to give) him a bath tonight.’

Slide 23 - Open vraag