Trek je hand over op een papier.
Duim = waar ben je goed in?
Wijsvinger = Waar ga je naar toe?
Middelvinger = Waar heb je een hekel aan?
Ringvinger = Waar ben je trouw aan?
(Wat vind jij belangrijk of hou je van?)
Pink = Waar ben je klein in? (wat vind je nog lastig
of wil je graag aan werken)