CG A2 Unidad 7 parte I_week 6_les 2

Unidad 7 vamos al parque
repaso y preguntas sobre los deberes

programa de hoy:
Unidad 6, Nr. 11 + 12 TB 58+59 (pendiente de ayer)
Unidad 7, Nr. 1 t/m 6 TB. p 63 t/m 66

herkansingen tareas orales (al final de la clase)
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansHBOStudiejaar 1

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 180 min

Onderdelen in deze les

Unidad 7 vamos al parque
repaso y preguntas sobre los deberes

programa de hoy:
Unidad 6, Nr. 11 + 12 TB 58+59 (pendiente de ayer)
Unidad 7, Nr. 1 t/m 6 TB. p 63 t/m 66

herkansingen tareas orales (al final de la clase)

Slide 1 - Tekstslide

El sábado doy una fiesta, ¿vienes?
Sla de uitnodiging af:

Slide 2 - Open vraag

Te llamo para invitarte a cenar el jueves
Sla de uitnodiging af:

Slide 3 - Open vraag

¿Vienes a la barbacoa este domingo?
Sla de uitnodiging af:

Slide 4 - Open vraag

Wat is normaal/gebruikelijk?
maak 2 zinnen met voorgaande constructies:
a. En España..........
b. En Holanda ..........

Slide 5 - Woordweb

Onderstreep de nieuwe vormen van het bijvoeglijk naamwoord en het bijwoord in opdr. 10a: de superlativos.
TB p.113, 4.2.
muy bueno
muy guapa
muy simpáticos
muy fáciles
muy tarde

  • buenísimo 
  • heel erg goed/uitstekend
  • guapísima 
  • ontzettend knap 
  • simpatiquísimos 
  • heel erg aardig 
  • facilísimos/as 
  • supermakkelijk 
  • tardísimo 
  • zeer laat 
eindigend op medeklinker:+ ísimo/a/os/as
eindigend op een klinker: klinker wordt vervangen door ísimo/a/os/as
Let op spelling: rico= riquísimo
                              largo= larguísimo
                              antiguo= antiquísimo

  • woorden als enorme, fantástico, excelente hebben géén -ísimo vorm maar vul je aan met realmente: realmente fantástico  

Slide 6 - Tekstslide

adjetivo
superlativo
interesante
grandísimas
pocos
facilísimas
rico
cansadísima
buena
  • interesantísimo/a 
  • grandes 
  • poquísimos
  • fáciles 
  • riquísimo 
  • cansada 
  • buenísima
  1. La película de ayer fue interesantísima
  2. ¿Y la sala del cine?¡Era grandísima!
  3. ¿ No estaba riquísimo?
  4. Sí, estaba bueno/rico pero.....
  5. Carmen,¿estás cansada o de mal humor?
Maak opdracht 11 TB  ¿ Qué tal ayer en el cine?

Slide 7 - Tekstslide

Nr. 12a TB p.59
Verkorte vormen van grande, bueno en malo
grande
bueno/a
malo/a
mannelijk
un gran vino
un buen amigo
hace mal tiempo
vrouwelijk
una gran sopresa
una buena idea
no es mala idea
Let op: Sommige bijvoegelijke naamwoorden krijgen een andere betekenis als ze vóór het zelfst.naamwoord staan:
Un gran libro = een geweldig boek       
Un libro grande = een groot  boek   
un viejo amigo = een oude vriend  (al lang)
un amigo viejo= een oude vriend ( leeftijd)                  
                          

Slide 8 - Tekstslide

dinsdag in les
bestudeer: felicitaties en wensen p.62
maak:
-opdr. 12 b p. 59 TB (ook reactie)
-opdr. 13 a TB
-opdr. 10 en 11 wb p.59
-Reglas y Sistemas U 6 aanvullen, laatste deel

Slide 9 - Tekstslide

Nr. 10d TB p.59       
Wat is normaal/gebruikelijk op een Nederlands feestje?

Es normal
Es usual                     +     hele werkwoord (infinitief)
Tienes que
No puedes

* Es normal llevar regalos a una fiesta de cumpleaños
* Tienes que llegar puntual 
gebruik; in welke situaties?
-over gewoontes praten 
-advies geven, zie p. 62

Slide 10 - Tekstslide

Wat is normaal/gebruikelijk, bijv. bij verjaardagen?
maak 2 zinnen met voorgaande constructies
a. En España..........
b. En Holanda ..........

Slide 11 - Woordweb

repaso Unidad 6: p.59 TB
absoluut overtreffende trap
verkorte vormen bijv.nw 
-> zie ook R&S p. 64 h.6


Slide 12 - Tekstslide

Onderstreep de nieuwe vormen van het bijvoeglijk naamwoord en het bijwoord in opdr. 10a: de superlativos.
TB p.113, 4.2.
muy bueno
muy guapa
muy simpáticos
muy fáciles
muy tarde

  • buenísimo 
  • heel erg goed/uitstekend
  • guapísima 
  • ontzettend knap 
  • simpatiquísimos 
  • heel erg aardig 
  • facilísimos/as 
  • supermakkelijk 
  • tardísimo 
  • zeer laat 
eindigend op medeklinker:+ ísimo/a/os/as
bijv. fácil -> facilísimo
eindigend op een klinker: die eindklinker wordt vervangen door ísimo/a/os/as
Let op spelling: rico= riquísimo
                              largo= larguísimo
                              antiguo= antiquísimo

  • woorden als enorme, fantástico, excelente hebben géén -ísimo vorm maar vul je aan met realmente: realmente fantástico  (werkelijk/echt..)

Slide 13 - Tekstslide

adjetivo
superlativo
interesante
grandísimas
pocos
facilísimas
rico
cansadísima
buena
  1. La película de ayer fue __________
  2. ¿Y la sala del cine? ¡Era ___________
  3. ¿ No estaba _________?
  4. Sí, estaba ___________ pero.....
  5. Carmen,¿estás _________ o de mal humor?
Maak opdracht 11 TB  ¿ Qué tal ayer en el cine?
timer
5:00

Slide 14 - Tekstslide

adjetivo
superlativo
interesante
grandísimas
pocos
facilísimas
rico
cansadísima
buena
  • interesantísimo/a 
  • grandes 
  • poquísimos
  • fáciles 
  • riquísimo 
  • cansada 
  • buenísima
  1. La película de ayer fue interesantísima
  2. ¿Y la sala del cine?¡Era grandísima!
  3. ¿ No estaba riquísimo?
  4. Sí, estaba bueno/rico pero.....
  5. Carmen,¿estás cansada o de mal humor?
Maak opdracht 11 TB  ¿ Qué tal ayer en el cine?

Slide 15 - Tekstslide

Nr. 12a TB p.59
Verkorte vormen van grande, bueno en malo
grande
bueno/a
malo/a
mannelijk
un gran vino
un buen amigo
hace mal tiempo
vrouwelijk
una gran sopresa
una buena idea
no es mala idea
Let op: Sommige bijvoeglijke naamwoorden krijgen een andere betekenis als ze vóór het zelfst.naamwoord staan:
Un gran libro = een geweldig boek       
Un libro grande = een groot boek (formaat, afmetingen)   
un viejo amigo = een oude vriend  (al lang)
un amigo viejo= een oude vriend (leeftijd)                  
                          

Slide 16 - Tekstslide

a practicar
Maak:
-opdr. 12 b p. 59 TB (ook reactie)
-opdr. 13 a TB; ken je de uitdrukkingen?
-opdr. 10 en 11 wb p.59
-Reglas & Sistemas U 6 aanvullen, laatste deel op pagina 64 WB
Voor wie wil?
extra: werkblad imperativo/ ir +venir
¿De verdad?
¿tú crees?
¡No me digas!
Sí, es verdad.

Slide 17 - Tekstslide

Unidad 7 vamos al parque
Hoy
TB nr. 1 t/m 6

Slide 18 - Tekstslide

El Parque Nacional de Doñana      Nr.2  TB p. 64
1. Leemos la información sobre el parque
2. haz ej. 2: Subraya las palabras relacionadas con paisajes y animales

Slide 19 - Tekstslide

Reserva de visitas nr. 4a TB p. 65
34
Fecha
Número de personas
Duración del recorrido
Medio de transporte
Precio
Reserva de visitas Parque Nacional de Doñana
oplossingen
fecha: 4 de junio
número de personas: 6
duración: 4 horas
medio de transporte: todo terreno
precio: 26 euros por persona

Slide 20 - Tekstslide

Hacer la reserva para una excursión
Nr. 4b TB p.65
Vul de vragen aan m.b.v. het audiofragment dat je hebt gehoord.
Lastig?
Tip: bestudeer "een uitstapje organiseren" bij 'comunicación' op p. 72 TB

Slide 21 - Tekstslide

Hacer la reserva para una excursión
Nr. 4b TB p.65
Quiero hacer una reserva para...
1. ¿Quedan plazas libres el dos de agosto?
2. ¿Cuánto tiempo dura el recorrido?
3. De dónde sale el todoterreno/el autobús/el barco?
4. ¿Cuánto cuesta la excursión?


Slide 22 - Tekstslide

Wat fijn!
Wat ben ik daar blij om!
 Ik verheug me er al op!/ Ik kijk ernaar uit
 Geweldig!
Wat goed!
Wat jammer! 
Wat zonde!
Wat een pech!
Luister naar de fragmenten en geef aan hoe er wordt gereageerd en welke uitdrukkingen er worden gebruikt.
35
36
37
Nr. 5a TB p.66
WB pag. 67-68 oef. 4

Slide 23 - Tekstslide

Nr.5b TB p.66: llamadas telefónicas
timer
4:00

Slide 24 - Tekstslide

a practicar
maak de oefeningen 5c TB
+ 3a+b WB p.68

Slide 25 - Tekstslide

oef. 14 WB p. 71: Tres llamadas de teléfono
1. ¿Dígame?
2.  ¿Puedo hablar con el señor Marco?
3. ¿De parte de quién?
4. ¿Quiere dejar un recado?
5. Lo siento, se ha equivocado de número
3
1
2

Slide 26 - Tekstslide

WB unidad 7:  Maak nu oefening 4, 5 en 22, p.  p.68/74

25
26
27
oef. 5 fragment 1

Slide 27 - Tekstslide

evaluación cultura-video
Graag iedereen feedback invullen op de excursieweek-opdracht (mag per groep, zowel Holanda als Sevilla) 
daarna starten de herkansingen

Slide 28 - Tekstslide

a practicar
-voor je uitspraak:  oef. 23 a+b WB p. 66
-doe de test op pagina 65 WB
-maak alle oefeningen van unidad 6 af
-Maak oef. 1 t/m 8 af van Unidad 7




Slide 29 - Tekstslide