Oefenen Openboektoets H1 | 1-KGT

Bron 14 (leerboek p. 15)

Welke onderwerpen uit de les
zie je terug in deze bron?
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Bron 14 (leerboek p. 15)

Welke onderwerpen uit de les
zie je terug in deze bron?

Slide 1 - Tekstslide

Bron 14 (leerboek p. 15)

Welke onderwerpen uit de les
zie je terug in deze bron?

Lesonderwerpen die terugkomen in deze bron:
  • De opbouw van een vulkaan
  • Lavastromen
  • Hoe ontstaat een vulkaan?
  • De gevolgen van een vulkaanuitbarsting 

Slide 2 - Tekstslide


Bron 15
Italië ligt op twee aardplaten.
Welke twee aardplaten zijn dit?

Slide 3 - Open vraag


Bron 14 en bron 15
Rondom de Etna liggen veel steden. Op bron 15 is te zien dat de grote Italiaanse stad Napels dichtbij meerdere actieve vulkanen ligt. Waarom zou je op een vulkaanhelling willen wonen?

Slide 4 - Open vraag


Bron 10
Aan de westkust van Colombia komen veel aardbevingen voor op een bepaalde diepte. Welke diepte van aardbevingen komt vooral voor aan de westkust van Colombia?
A
minder dan 70 km
B
70 tot 300 km
C
meer dan 300 km
D
dit is niet af te lezen in bron 10

Slide 5 - Quizvraag


Bron 10
Welke uitspraak over de aardplaten zijn juist?
A
De Nazcaplaat en de Zuid-Amerikaanse plaat zijn beide een aardplaat met oceaanbodem.
B
De Nazcaplaat is een aardplaat met landbodem. De Zuid-Amerikaanse plaat is een aardplaat met oceaanbodem.
C
De Nazcaplaat is een aardplaat met oceaanbodem. De Zuid-Amerikaanse plaat is een aardplaat met landbodem.
D
De Nazcaplaat en de Zuid-Amerikaanse plaat zijn beide een aardplaat met landbodem.

Slide 6 - Quizvraag


Bron 10
Hoe ontstaan de aardbevingen in Colombia?
Benoem in je antwoorden de twee aardplaten die bij deze beweging betrokken zijn.
Tip: Gebruik eventueel bron 9 op pagina 12-13.

Slide 7 - Open vraag


Bron 10
In de bron zie je in het oosten van Colombia twee aardbevingen die dieper dan 300 kilometer ontstaan zijn. Leg uit waarom je alleen maar aardbevingen op grote diepte kunt verwachten in Colombia.

Slide 8 - Open vraag

Bron 16
(leerboek p. 16)
Er zijn bouwregels voor huizen om de gevolgen van aardbevingen te verminderen. Maar 60% van de huizen wordt door de mensen zelf gebouwd en die houden zich vaak niet aan de voorschriften. Ook omdat dat het bouwen van een huis duurder maakt. 

Hier zie je een bladzijde uit een cursusboek over hoe je wel of niet moet bouwen. Maar het is de vraag hoeveel mensen het cursusboek zullen gebruiken.

Slide 9 - Tekstslide


Bron 16
Aardbevingen kunnen verschillende gevolgen hebben.
Welk gevolg van een aardbeving is zichtbaar op bron 16?

Slide 10 - Open vraag


Bron 16
Leg uit waarom het gebouw aan de linkerkant wél tegen aardbevingen kan en het gebouw aan de rechterkant níét.

Slide 11 - Open vraag


Bron 19
Uitspraak: Hoe zwaarder de aardbeving, hoe meer doden er vallen.
Is deze uitspraak waar of niet waar? Leg je antwoord uit.

Slide 12 - Open vraag


Bron 19
Welke onderstaande stad was betrokken bij de zwaarste aardbeving
die op deze bron staat aangegeven?
A
Rome
B
Teora
C
L'Aquila
D
Norcia

Slide 13 - Quizvraag


inzicht
Op pagina 16-17 kan je meerdere gevolgen zien van een aardbeving.
Noem één maatregel die een land kan nemen om het aantal slachtoffers
te minimaliseren (= zo klein mogelijk houden).

Slide 14 - Open vraag