9.3: voelen, ruiken en proeven

Hoofdstuk 9: Zintuigen
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 9: Zintuigen

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen?
nabespreken opdrachten 9.1 en 9.2
Uitleg basisstof 9.3 (10 min.)
Aan het werk
Maken test jezelf 9.1 t/m 9.3

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
-Je kunt aangeven waar de zintuigen in je huid liggen en op welke prikkels deze zintuigen reageren.
-Je kunt aangeven waar het reukzintuig en smaakzintuig ligt en op welke prikkel(s) dit zintuig reageert.

Tip: maak onder de les aantekeningen

Slide 3 - Tekstslide

nabespreken
9.1: opdr. 2, 4
9.2: opdr. 1, 2

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Voelen
tastzintuig:  je kunt lichte aanraking voelen
drukzintuig:  je voelt druk als er hard op de huid wordt geduwd
koude zintuig: reageert wanneer je huid in aanraking komt met iets wat kouder is dan je huid
warmtezintuig: reageert wanneer je huid in aanraking komt met iets wat warmer is dan je huid
pijnpunt (pijnzintuig): Losse uiteinden van zenuwen








Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Ruiken
-reukzintuig reageert op de prikken: geur
-geur wordt opgevangen door de
reukharen in het neusslijmvlies
-reukharen zitten vast aan
zintuigcellen

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Proeven
-Smaakpapillen (kleine bultjes)
-Aan de zijkant van smaakpapillen --> smaakknopjes
-5 verschillende smaakknopjes: zoet, zout, zuur, bitter en umami (hartig)
-Andere smaken --> reukzintuig

Slide 10 - Tekstslide

Waarnemingen omschrijven
 Omschrijven zoals de feiten zijn (zonder je mening te geven) = objectief.  Bijv. ‘Suiker is zoet’.

Beschrijven met een mening noem je subjectief. Bijv. ‘Een frietje ruikt lekker’. 


Bij practica moet je waarnemingen meestal objectief beschrijven. Je telt bijvoorbeeld het aantal luchtbelletjes of je meet de reactietijd. Bij waarnemingen van zintuigen kan dat niet altijd. Dat komt doordat deze waarnemingen beïnvloed worden door de omstandigheden. Of iets voor jou warm of koud voelt, hangt bijvoorbeeld af van de ruimte waarin je hiervoor was, van de kleding die je draagt en of je moe bent of niet.

Slide 11 - Tekstslide

Aan het (huis)werk

Lees blz. 202 t/m 212
Maak basisstof 9.3: opdracht 1 + 2 + 5 + 6
Maak practicum 4 Warm en koud blz. 205
Maak Examenvragen blz. 260-262















Slide 12 - Tekstslide

Terugblik les:
-Je kunt aangeven waar de zintuigen in je huid liggen en op welke prikkels deze zintuigen reageren.
-Je kunt aangeven waar het reukzintuig en smaakzintuig ligt en op welke prikkel(s) dit zintuig reageert.

Slide 13 - Tekstslide