klimaatverandering
1 / 23
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Klimaatverandering is een verandering in de wereldwijde of regionale klimaatpatronen. Dit komt doordat er steeds meer broeikasgassen in de atmosfeer zijn. Sinds de Industriële Revolutie worden dit er steeds meer. Die toenemende broeikasgassen komen doordat we steeds meer fossiele brandstoffen gebruiken en door de uitstoot van methaan door vee.
Slide 2 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 3 - Video
Even ophalen wat het klimaat ook alweer is.
Slide 4 - Video
Deze slide heeft geen instructies
Wat betekent klimaat?
A
Het warmer worden van de aarde
B
De temperatuur
C
Het weer in een gebied over een langere periode
D
De temperatuur in een gebied over een langere periode
Slide 5 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 6 - Video
Deze slide heeft geen instructies
Hoe komt het dat de temperatuur stijgt?
A
Doordat de zon meer schijnt
B
Doordat de zon feller schijnt
C
Door broeikasgassen
D
Doordat er teveel auto's rond rijden
Slide 7 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Hoe ontstaan de broeikasgassen?
A
door meer mensen en koeien
B
door fabrieken
C
door auto's
D
door mensen, koeien, fabrieken en auto's
Slide 8 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 9 - Tekstslide
De wereld is de laatste 130 jaar één graad Celcius warmer geworden en het zeeniveau is met twintig centimeter gestegen door de opwarming en het smelten van de ijskappen. In Nederland is het zelfs 1,7 °C warmer geworden.
Deze opwarming heeft gevolgen voor iedereen: zowel de mens als de natuur. Als we niks doen tegen klimaatverandering sterft een derde van alle plant- en diersoorten mogelijk nog binnen deze eeuw uit. En zullen 280 miljoen mensen wereldwijd te maken krijgen met een stijgende zeespiegel in hun leefomgeving.
Slide 10 - Video
Deze slide heeft geen instructies
Wat is een gevolg van het smelten van ijs?
A
ijsberen hebben geen ijs om op te leven
B
er ontstaat een tekort aan water
C
Er is meer water waardoor de waterspiegel stijgt
D
de waterspiegel daalt
Slide 11 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 12 - Video
Eerder hebben we het proefje gedaan met het ijs, water en de klei. Laten we eens kijken hoe het nu met het ijs staat.
In dit filmpje zie je hoe een grote ijsberg instort.
Hoe noemen we de Zuidpool ook wel?
A
Antarctica
B
de ijsberg
C
het Pinguïn-land
D
geen van allen
Slide 13 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wie wonen er op Antarctica?
A
mensen die van kou houden
B
pinguïns
C
ijsberen
D
geen dieren
Slide 14 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 15 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Waar is het het koudste op aarde?
A
in Nederland
B
boven op de bergen
C
in de zee
D
op de Zuidpool
Slide 16 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat kunnen pinguïns niet?
A
zwemmen
B
vliegen
C
waggelen
D
vis eten
Slide 17 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 18 - Video
Deze slide heeft geen instructies
Slide 19 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Hoe vaak per jaar legt een pinguïn een ei?
A
1x
B
2x
C
3x
D
4x
Slide 20 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Waar ligt het ei van de pinguïn?
A
op de voeten van de moeder
B
in een nest
C
op het ijs
D
op de voeten van de vader
Slide 21 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 22 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 23 - Video
Deze slide heeft geen instructies
