1VA

Bonjour 1VA
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Bonjour 1VA

Slide 1 - Tekstslide

Aan het einde van deze les ... 
- kan je de regelmatige werkwoorden op -er vervoegen 
- kan je het juiste lidwoord gebruiken 
 - kan je in het Frans zeggen dat je ergens van houdt, je ergens een hekel aan hebt, ergens dol op bent 

- Heb je meer kennis over Frankrijk
 

Slide 2 - Tekstslide

Stappenplan voor regelmatige -er werkwoorden 
- Kijk naar het hele werkwoord 
Chanter
- haal de uitgang -er weg zodat je de stam overhoudt 
chant
- voeg je juiste uitgang toe
chante, chantes, chante, chantons, chantez, chantent 

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

il (regarder) la télé
A
regardez
B
regarde
C
regardons
D
regardes

Slide 5 - Quizvraag

Nous (organiser).

Slide 6 - Open vraag

aimer, adorer, préferer, en détester
In het frans gebruiken wij voor deze werkwoorden de lidwoorden :
 (le , la, les ,l'). In het nederlands niet. 

le = mannelijk -> tu aimes le prof 
la = vrouwelijk -> Elle adore la musique
les = meervoud -> Je je préfère les fraises
l' = als er een klinker of een stomme "h" achter komt -> il déteste l'histoire

Slide 7 - Tekstslide

il déteste ... maths
A
la
B
l'
C
les
D
le

Slide 8 - Quizvraag

il, adorer, tennis (m.)

Slide 9 - Open vraag

je, aimer, maths (pl.)

Slide 10 - Open vraag

La France 

Slide 11 - Tekstslide

La France

Slide 12 - Woordweb

In welke continent ligt Frankrijk?
A
Amerika
B
Azië
C
Afrika
D
Europa

Slide 13 - Quizvraag

Wat is de hoofdstad van Frankrijk ?
A
Parijs
B
Nice
C
Toulouse
D
Marseille

Slide 14 - Quizvraag

Wie is de staatshoofd van Frankrijk?


A
Koning Willem-Alexander
B
Président Francois Holland
C
Président Emmanuel Macron
D
Koningin Elizabeth II

Slide 15 - Quizvraag

Welke kleuren heeft de Franse vlag ?
A
Geel, blauw, rood
B
Rood, wit, groen
C
Blauw, wit, rood
D
Rood, wit, blauw

Slide 16 - Quizvraag

Wat is de naam van de Franse munteenheid?

A
Euro
B
Pond
C
Franc
D
Dollar

Slide 17 - Quizvraag

De Eiffeltoren is symbool voor romantiek.

A
waar
B
niet waar

Slide 18 - Quizvraag

Wat is de betekenis van het woord ''citoyen''?
A
Stad
B
Burger
C
Dorp
D
Auto

Slide 19 - Quizvraag

Wat betekent "Liberté, égalité, fraternité" in Frankrijk?
A
Het recht om altijd gelijk te hebben
B
Vrijheid, gelijkheid, broederschap
C
Vrijheid, Diversiteit, Respect
D
Vrijheid, Orde, Gehoorzaamheid

Slide 20 - Quizvraag

Wat betekent het recht op staking in Frankrijk?

A
Het recht om uit te slapen
B
Het recht om te stoppen met werken om voor je rechten op te komen
C
Het recht om thuis te blijven
D
Het recht om je huiswerk niet te maken

Slide 21 - Quizvraag

Wat betekent het recht op onderwijs in Frankrijk?
A
Recht om elke dag van de week naar school te gaan en te leren. Recht om elke dag van de week naar school te gaan en te leren.
B
Recht om naar school te gaan en te leren.
C
Het recht om op school te spelen
D
Het recht om je huiswerk te maken

Slide 22 - Quizvraag

Welk recht in Frankrijk beschermt mensen tegen discriminatie op basis van hun afkomst?
A
Recht op vakantie
B
Recht om altijd buiten spelen.
C
Recht op gelijke behandeling
D
Recht om te stemmen

Slide 23 - Quizvraag

Wat betekent het recht op vrijheid van meningsuiting in Frankrijk?

A
Recht om altijd gelijk te hebben
B
Vrijheid om te zeggen wat je denkt, binnen redelijke grenzen
C
Recht op altijd buiten spelen.
D
Recht om dingen over je vrienden te vertellen die niet waar zijn.

Slide 24 - Quizvraag

Welk recht in Frankrijk zorgt ervoor dat je recht hebt op medische zorg?
A
Recht op nooit ziek te worden
B
Recht om naar de dokter te gaan en gezond te blijven
C
Recht op onbeperkt ijs eten
D
Recht om elke dag chocolat te eten

Slide 25 - Quizvraag

Welke monument is dit ?
A
le centre pompidou
B
la grande arche
C
L'arc de triomphe
D
La Tour Eiffel

Slide 26 - Quizvraag

welke monument is dit ?
A
Het Musée du Quai Branly.
B
De kathedraal Notre-Dame de Paris.
C
Le Musée d'Orsay.
D
Le Louvre

Slide 27 - Quizvraag

Welk beroemd Frans monument bewonder je het meest en waarom?

Slide 28 - Open vraag