Meester de, die, das: Duits grammatica voor 2 mavo

Meester de, die, das: Duits grammatica voor 2 mavo
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Meester de, die, das: Duits grammatica voor 2 mavo

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Aan het einde van de les kun je de juiste de, die, das toepassen bij zelfstandige naamwoorden in het Duits.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al over de de, die, das?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

De, die, das
De, die, das zijn bepaalde lidwoorden in het Duits. 'Der' voor mannelijke woorden, 'die' voor vrouwelijke woorden en 'das' voor onzijdige woorden.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oefening
Welk lidwoord hoort bij het zelfstandig naamwoord: Tisch? (Het antwoord is 'der')

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uitzonderingen
Er zijn uitzonderingen op de regel van de, die, das, zoals 'die' voor meervoudige zelfstandige naamwoorden.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oefening
Welk lidwoord hoort bij het zelfstandig naamwoord: Buch? (Het antwoord is 'das')

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gebruik in zinnen
De, die, das worden gebruikt in zinnen om aan te geven of een zelfstandig naamwoord mannelijk, vrouwelijk of onzijdig is.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oefening
Vul de juiste de, die, das in: _____ Tisch ist groß. (Het antwoord is 'Der')

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Samenvatting
De, die, das zijn belangrijke lidwoorden in het Duits die aangeven of een zelfstandig naamwoord mannelijk, vrouwelijk of onzijdig is.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 11 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 12 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 13 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.