Leg je boek (Blz. 35) en een pen klaar op je tafel.
Laptop (dicht) ook alvast op tafel klaarleggen.
Schrijf alvast in je agenda:
T/m 1.4 af voor de volgende les maandag 26 september!
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2
In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Gezonde longen en luchtwegen
Welkom allemaal!!!!!!
Ga rustig zitten op je eigen plek.
Leg je boek (Blz. 35) en een pen klaar op je tafel.
Laptop (dicht) ook alvast op tafel klaarleggen.
Schrijf alvast in je agenda:
T/m 1.4 af voor de volgende les maandag 26 september!
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Als je ademt vindt er gaswisseling plaats in de longen. Hierbij gaat er in de rode bloedcellen en vanuit die rode bloedcellen de longblaasjes in.
Bloed dat naar de longblaasjes toestroomt bevat zuurstof en koolstofdioxide en heet dus bloed.
Bloed dat van de longblaadjes wegstroomt, bevat zuurstof en koolstofdioxide en heet dus bloed.
Herhaling basisstof 4 en 5: Ademhalen
Veel
Veel
Weinig
Weinig
Zuurstofrijk
Zuurstofarm
Zuurstof
Koolstofdioxide
Slide 3 - Sleepvraag
Herhaling basisstof 4en 5: Ademhalen
Bij de borstademhaling/buikademhaling bewegen de ribben en het borstbeen. Door het samentrekken van de tussenribspieren bewegen je ribben omhoog/omlaag en wordt de borstholte groter/kleiner.
Bij de borstademhaling/buikademhaling bewegen het middenrif en de buikwand. Door het samentrekken van je middenrif worden de longen groter/kleiner, zodat je inademt/uitademt.
Borstademhaling
Buikademhaling
Omhoog
Omlaag
Groter
Kleiner
Groter
Kleiner
Inademt
Uitademt
Slide 4 - Sleepvraag
middenrif
longblaasje
Luchtpijptakje
haarvaatje
luchtpijp
mondholte
keelholte
neusholte
long
Slide 5 - Sleepvraag
Wat gebeurt er bij verslikken?
A
Er komt voedsel in de luchtpijp
B
Er komt lucht in de slokdarm
Slide 6 - Quizvraag
Hoe verplaatst CO2 zich?
A
Van het longblaasje naar het bloedvat
B
Van het bloedvat naar het longblaasje
C
Het verplaatst zich niet en blijft gewoon in je bloed
D
Het verplaatst zich niet en blijft in de lucht
Slide 7 - Quizvraag
Enkele delen van het ademhalingsstelsel zijn de bronchiën, de longblaasjes en de luchtpijp. In volgorde: Waardoor komt de lucht binnen bij een diepe ademhaling?
bronchiën - longblaasjes - luchtpijp
bronchiën - luchtpijp - longblaasjes
longblaasjes - bronchiën - luchtpijp
longblaasjes - luchtpijp - bronchiën
luchtpijp - bronchiën - longblaasjes
luchtpijp - longblaasjes - bronchiën
Slide 8 - Sleepvraag
Ademhaling door de neus is beter dan door de mond. Welke reden klopt niet?
A
Door de neus kan ik ruiken of de lucht goed is.
B
Door de neus worden stofdeeltjes opgevangen in het slijmvlies
C
Door de neus kan de lucht beter verwarmt worden.
D
Door de neus kan de lucht sneller in de longen komen.
Slide 9 - Quizvraag
Thema 1 bs 5
Gezonde luchtwegen
Slide 10 - Tekstslide
Leerdoelen
Je kunt uitleggen wat je zelf kunt doen om je luchtwegen gezond te houden.
Slide 11 - Tekstslide
Moeite met ademen
slechte luchtkwaliteit (smog)
ziekte (astma)
overgevoeligheid voor bepaalde stoffen (allergie)
zelf toedienen van slechte stoffen (roken)
Slide 12 - Tekstslide
Smog
Luchtvervuiling
Uitlaatgassen
Fijnstof
Windstil
Slide 13 - Tekstslide
BS 5 Gezonde luchtwegen
Leerdoelen:
Je kunt uitleggen wat je zelf kunt doen om je luchtwegen gezond te houden
Je kunt beschrijven wat hooikoorts, astma en COPD zijn
Belangrijke begrippen:
Smog
Ventilatie
Slide 14 - Tekstslide
Wat is wel goed voor je longen?
Bewegen
Zingen
Muziek maken
Veel ventilatie!!!
Slide 15 - Tekstslide
Aandoeningen
* bronchitis
* astma
* COPD
* hooikoorts
* allergie
Slide 16 - Tekstslide
acute bronchitis
- na een griep of verkoudheid
- tijdelijk
- ontstoken bronchiën/luchtpijptakjes
- meer slijmproductie
Slide 17 - Tekstslide
acute bronchitis
ontstoken bronchiën/luchtpijptakjes
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Video
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Video
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Video
Slide 25 - Tekstslide
Slide 26 - Tekstslide
Bij deze aandoening krijg je last van plotselinge aanvallen
A
COPD
B
Astma
C
Hooikoorts
Slide 27 - Quizvraag
Twee ziekten van het ademhalingsstelsel zijn astma en COPD. Bij welke van deze ziekten zijn de luchtwegen steeds ontstoken?
A
Alleen bij astma
B
Alleen bij COPD
C
Bij astma en bij COPD
D
Bij geen van beiden
Slide 28 - Quizvraag
Stelling: voor mensen met COPD is het coronavirus gevaarlijker dan voor mensen zonder COPD (of andere longziekten)
A
Waar
B
Niet waar
Slide 29 - Quizvraag
Wordt door roken astma veroorzaakt? En COPD?
A
Alleen Astma
B
Alleen COPD
C
Beide
D
Geen van Beide
Slide 30 - Quizvraag
is de stof in sigaretten die ervoor zorgt dat mensen verslaafd raken aan roken.
in tabaksrook beschadigt de binnenkant van de luchtwegen.
Als je inademt, wordt het opgenomen in je bloed. Daardoor is er in het bloed minder plaats voor zuurstof.