Werkwoordspelling P11 - Homofone werkwoordsvormen

Welkom 3G! 
Ga lekker zitten volgens de plattegrond. 

Leg het volgende vast op tafel:
  • Nieuw Nederlands + schrift
  • leesboek
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welkom 3G! 
Ga lekker zitten volgens de plattegrond. 

Leg het volgende vast op tafel:
  • Nieuw Nederlands + schrift
  • leesboek

Slide 1 - Tekstslide

Welkom 3G! 
Ga lekker zitten volgens de plattegrond. 

Leg het volgende vast op tafel:
  • Nieuw Nederlands + schrift
  • leesboek

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Pak je leesboek en ga lekker lezen!
timer
15:00

Slide 4 - Tekstslide

Deze les
Werkwoordspelling 

Aan het eind van de les:
  • weet je hoe je werkwoorden correct moet spellen;
  • weet je hoe je Engelse werkwoorden correct moet spellen.

Slide 5 - Tekstslide

Terugblik

Slide 6 - Tekstslide



Persoonsvorm         > T.T.
                                       


                                        > V.T.

Geen persoonsvorm   >    voltooid deelwoord ('t Kofschip)
                                           >    bijvoeglijk naamwoord (zo kort mogelijk)
                                           >    onvoltooid deelwoord ( hele ww + -d)
                                           >    gebiedende wijs (ik-vorm)
                                           >    infinitief (hele ww)








 1. Ik of jij/je erachter = ik-vorm
2. ev: jij/hij/zij/het = ik-vorm + t
3. mv: wij/jullie/zij = hele werkwoord
Sterke werkwoorden: veranderen van klank 
Zwakke werkwoorden: ik-vorm + te(n)/de(n)

Slide 7 - Tekstslide

 Engelse werkwoorden
Zo spel je Engelse werkwoorden:
  • De ik-vorm maak je meestal door -en van het werkwoord af te halen (speechen-speech)
  • Als het woord in het Engels aan het eind een dubbele medeklinker heeft, schrijven we in het Nederlands een enkele medeklinker (softballen-softbal)
  • In de tegenwoordige tijd enkelvoud schrijf je de ik-vorm of de ik-vorm+t
  • In de verleden tijd en bij het voltooid deelwoord gebruik je 't sexy fokschaap

Slide 8 - Tekstslide

Vul de juiste werkwoordsvorm in.

Mijn vader ... (deleten) gisteren het ... (downloaden)
programma.

Slide 9 - Open vraag

Vul de juiste werkwoordsvorm in.

Hij ... (showen) graag dat hij heel goed ... (breakdancen).

Slide 10 - Open vraag

Vul de juiste werkwoordsvorm in.

Voordat hij ... (rugbyen), heeft hij jaren ... (volleyballen).

Slide 11 - Open vraag

Vul de juiste werkwoordsvorm in.

Omdat hij vroeger zo goed kon voetballen, werd hij vaak ... (tackelen).

Slide 12 - Open vraag

Vul de juiste werkwoordsvorm in.

Als hij ... (chatten), komt het nog al eens voor dat er wordt ... (flirten).

Slide 13 - Open vraag

P11 - Homofone werkwoordsvormen

Slide 14 - Tekstslide

Aan de slag!
Opdracht 1 t/m 7
Cursus 7 - Spelling - P11 Homofone werkwoordsvormen

Klaar?
  • maak een samenvatting
  • oefen extra via NN Online

timer
25:00

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Link

Huiswerk
Woensdag 16 oktober:
  • C7, P11: opdr. 1 t/m 4, 6 en 7
  • Noteer de vragen die je hebt

Slide 17 - Tekstslide