Economie 2A herhaling

Klas 2A economie
Vrijdag 7 juni 2024
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Klas 2A economie
Vrijdag 7 juni 2024

Slide 1 - Tekstslide

Welkom!
1. Telefoon in je tas
2. Rustig praten
3. Tablet op tafel

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
1. Ik kan de begrippen die aanbod komen uitleggen in eigen woorden
2. Ik kan de berekeningen  toepassen

Slide 3 - Tekstslide

Leg het begrip basisbehoefte uit. Gebruik bij je uitleg een voorbeeld.

Slide 4 - Open vraag

Goederen

Diensten

Slide 5 - Sleepvraag

Schrijf het bedrag op de juiste economische manier op.
- 75 cent

Slide 6 - Open vraag

Op je rekenmachine staat het volgende geldbedrag.
23,1295
Welk antwoord is goed afgerond?

A
€23,13
B
€23,129
C
€23,12
D
€23,10

Slide 7 - Quizvraag

Welke uitleg over het begrip consumeren klopt?
klik het juiste antwoord aan.
A
Door goederen en diensten te kopen.
B
Door zelf producten te maken.
C
Door goederen en diensten te kopen om in je behoeften te voorzien.

Slide 8 - Quizvraag

Jesse heeft voor school een iPad nodig. Zijn klasgenoten vertellen hem dat de iPad Air 2020 een goede aankoop is. Jesse gaat met zijn vader naar de winkel op de iPad Air 2020 te kopen.

Welk economisch begrip hoort hierbij?
A
Zelfvoorziening
B
Commerciële beïnvloeding
C
Sociale beïnvloeding
D
Eigen keuze

Slide 9 - Quizvraag

Guus wil een abonnement voor zijn telefoon. Een maandabonnement kost €15,50 . Als hij zijn abonnement aan het begin van de maand betaalt, krijgt hij 4% korting. Guus besluit dat te doen.
Bereken hoeveel Guus voor zijn abonnement betaalt. SCHRIJF JE BEREKENING OP!

Slide 10 - Open vraag

Tim kookt vanavond en hij heeft boodschappen gedaan:
- 500 gram gehakt voor € 3,29
- twee pakken spaghetti voor € 1,20 per stuk
- een pot tomatensaus voor € 1,36
Bereken wat de gemiddelde prijs was van één artikel. BEREKENING!

Slide 11 - Open vraag

Consumentenorganisaties zijn er om de consument te steunen. Welke steun mag je van een consumentenorganisatie verwachten?
Kies het juiste antwoord!
A
Advies aan bedrijven over consumenten.
B
Controle op de Warenwet.
C
Betrouwbare informatie over producten.

Slide 12 - Quizvraag

Sanne spaart elke maand € 124,50.

Bereken hoeveel dat is per week. SCHRIJF JE BEREKENING OP!

Slide 13 - Open vraag

Chris heeft per maand de volgende uitgaven:
- dagelijkse uitgaven € 350
- vaste lasten € 855
- incidentele uitgaven € 470
Chris heeft een weekloon van € 540.
Verdient Chris genoeg om zijn uitgaven te kunnen betalen? LEG uit met een berekening!

Slide 14 - Open vraag