Pub quiz week van het geld

1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
MentorlesMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Ronde

Slide 2 - Tekstslide


1. Noem 5 landen waar je met de euro kunt betalen

Slide 3 - Tekstslide


2. Wat betekent in het rood staan op je bankrekening? 

Slide 4 - Tekstslide


3. Noem 2 voorbeelden van een cryptomunt

Slide 5 - Tekstslide

4. Hoeveel euromunten heeft Nederland?
A
4
B
6
C
8
D
10

Slide 6 - Quizvraag


5. Hoe heet de stripfiguur die in geld zwemt? 

Slide 7 - Tekstslide

6. Wat is rente?
A
Het extra bedrag dat je betaalt bovenop een lening
B
Het bedrag dat je betaalt voor het kopen van een product

Slide 8 - Quizvraag

7. Wat kun je het beste doen als je een keer niet genoeg geld hebt om iets te kopen?
A
Wachten tot je genoeg hebt gespaard
B
Een lening afsluiten
C
De aankoop vergeten en iets goedkopers kiezen

Slide 9 - Quizvraag

Ronde

Slide 10 - Tekstslide

Wat kost het (gemiddeld)? 
  1. Een brood in de supermarkt
  2. Een IPhone 16, 128 GB
  3. Een Big Mac menu
  4. Een Red Bull
  5. Een Netflix abonnement, voor 1 persoon
  6. Het goedkoopste basic fit abonnement
  7. Nintendo Switch + Mario Kart 8 Deluxe

Slide 11 - Tekstslide

Ronde

Slide 12 - Tekstslide

Rekenvragen
  1. Stel je spaart 50 euro per maand, hoeveel heb je gespaard na 5 jaar?
  2. Je kan 150 euro per week aan boodschappen doen, na een uitgave van 37,50 euro en 12,00 euro hoeveel heb je dan nog over?
  3. Een jas kost 80 euro. Je krijgt 25 % korting, hoeveel betaal je nog voor de jas
  4. Je werkt 8 uur per dag en verdient 9,00 euro per uur. Hoeveel heb je na 3 dagen werken verdient?

Slide 13 - Tekstslide

Rekenvragen
  1. Een bioscoopkaartje kost 12,00 je neemt 4 vrienden mee, hoeveel kost het je?
  2. Je hebt 1 briefje van € 50, 3 van € 10, 4 munten van € 2 en 3 van € 0,50. Hoeveel heb je totaal?
  3. Je wilt de nieuwste Nike sneakers kopen van € 150,-. Je krijgt € 20,- zakgeld per maand en voor je verjaardag heb je € 50 van je oma gekregen. Hoeveel maanden moet je sparen?

Slide 14 - Tekstslide

Ronde

Slide 15 - Tekstslide

RECLAMEMUZIEK

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Ronde

Slide 22 - Tekstslide

1. Wat is een van de veiligste manieren om online te bankieren?
A
Je bankgegevens delen via e-mail
B
Gebruik maken van een openbare wifi
C
Een beveiligde verbinding (https://)gebruiken

Slide 23 - Quizvraag

2. Hoe kan je phisingemail van een bank herkennen?
A
Officiële e-mails vragen nooit om je wachtwoord
B
Er zit altijd een fout in de grammatica of spelling
C
Alle e-mails van banken zijn phising

Slide 24 - Quizvraag

3. Wat is het verschil tussen bruto en netto inkomen
A
Netto is het bedrag voor belastingen, bruto het bedrag na belastingen
B
Bruto is het bedrag voor belastingen, netto het bedrag na belastingen
C
Netto is het inkomen van de werknemer, bruto het inkomen van de werkgever

Slide 25 - Quizvraag

4. Wat is een onroerend goed
A
een auto
B
een huis
C
een bankrekening

Slide 26 - Quizvraag

5. Wat is een geldezel?


A
Iemand die spaargeld belegt in edelmetalen
B
Iemand die illegaal verkregen geld via zijn of haar bankrekening doorsluist
C
Een verzonnen figuur in de financiële wereld

Slide 27 - Quizvraag

6. Wat is "skimming"?
A
Het gebruiken van een apparaat om creditcardinformatie van je kaart te kopiëren.
B
Het stelen van bankinformatie via nep-websites
C
Het overmaken van geld via een onveilige verbinding

Slide 28 - Quizvraag

Ronde

Slide 29 - Tekstslide

Logo's

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide