2.6 Celdeling HV

Planning
Herhaling over cellen (2.5)
Uitleg Celdeling (2.6)
Zelfstandig werken
Herhaling celdeling
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Planning
Herhaling over cellen (2.5)
Uitleg Celdeling (2.6)
Zelfstandig werken
Herhaling celdeling

Slide 1 - Tekstslide

Welke bewering hieronder klopt NIET?
A
DNA zit in chromosomen.
B
DNA bevat de codes om eiwitten te maken.
C
DNA zit alleen in je bloed.
D
DNA zit in de celkern.

Slide 2 - Quizvraag

Herhaling: Beschrijf 3 orgaanstelsels van de mens met hun taak

Slide 3 - Open vraag

Dierlijke cel
Plantaardige cel

Slide 4 - Sleepvraag

cytoplasma
kern
kernmembraan
celmembraan
celwand
intercellulaire ruimte
vacuole

bladgroenkorrel
vacuolemembraan

Slide 5 - Sleepvraag

Herhaling: wat is het verschil tussen een plantaardige en dierlijke cel?

Slide 6 - Open vraag

2.5 Celdeling

Slide 7 - Tekstslide

Volgende week: 
biologie toets 2.1 t/m 2.5



Volgende les: herhaling

Slide 8 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kunt de stappen van een celdeling noemen

Slide 9 - Tekstslide

Nieuwe cellen
Sommige cellen blijven jaren in je leven, andere maar kort

Elke dag verlies je miljoenen cellen en deze worden allemaal vervangen --> Hierdoor blijft het aantal cellen ongeveer gelijk

Slide 10 - Tekstslide

Elke seconde ontstaan er wel een miljoen nieuwe cellen in je lichaam. Dit wordt gedaan door celdeling

1 sec = 1.000.000 nieuwe cellen

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Celdeling
Celdeling
  • Gewone celdeling
  • Kopie van een cel maken

Celgroei
  • De dochtercel wordt net zo groot als de moedercel

Slide 13 - Tekstslide

1. Kerndeling 
46 chromosomen naar 92 chromosomen 

2. Celdeling
1 cel naar 2 cellen

3. Plasmagroei

Slide 14 - Tekstslide

Uit de moeder cel ontstaan ..... dochtercellen
A
1
B
2
C
4
D
6

Slide 15 - Quizvraag

Alle organismen hebben celdeling
- Deze gaan bij alle organisme ook op deze manier 


De celdeling is onder een microscoop te zien

Slide 16 - Tekstslide

Celcyclus

Slide 17 - Tekstslide

Wat is de betekenis van celcyclus?
A
Een fase waarin cellen groeien en delen.
B
De periode waarin cellen zich specialiseren.
C
De opeenvolgende fasen van celgroei en deling.
D
De periode waarin cellen in rust zijn.

Slide 18 - Quizvraag

Celcyclus

Slide 19 - Tekstslide

Embryonale Stamcellen

Slide 20 - Tekstslide

Uit welke cellen kunnen de meeste verschillende type cellen ontstaan?
A
Lichaamscellen
B
Stamcellen uit beenmerg
C
Stamcellen
D
Embryonale stamcellen

Slide 21 - Quizvraag

Plenda: Bio 2.6 lzn+m (excl. sv)
Huiswerk voor volgende les: Opdrachten paragraaf 2.6, exclusief samenvatting

Slide 22 - Tekstslide

Herhaling: Wat zijn de 3 stappen van celdeling

Slide 23 - Open vraag

Hoeveel chromosomen bevat de dochtercel
A
0
B
23
C
46
D
92

Slide 24 - Quizvraag

Herhaling: Is de dochtercel een exact kopie van de moedercel?
A
Juist
B
Onjuist

Slide 25 - Quizvraag