H8 Formules: afronding

Welkom bij Wiskunde
Pak alvast je spullen erbij
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Welkom bij Wiskunde
Pak alvast je spullen erbij

Slide 1 - Tekstslide

Programma
* toets procenten bespreken
* quiz formules herhaling
* afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoel
* Je hebt je kennis over (het aanpassen van) formules opgefrist



Slide 3 - Tekstslide

Wat is het begingetal in deze woordformule:
Bedrag = 7,50 + 1.25 x aantal
A
1,25
B
8,25
C
7,50
D
6,25

Slide 4 - Quizvraag




Welke regelmaat zie je in deze tabel?
A
165-150 = 15
B
stapjes van 1 week
C
Per week gaat er 15 euro af
D
Per week komt er 15 euro bij

Slide 5 - Quizvraag




Wat hoort er in de tabel onder 4 te staan?
A
105
B
115
C
140
D
75

Slide 6 - Quizvraag

Bedrag = 7,50 + 1.25 x aantal
De grafiek bij deze formule begint op de verticale as bij:
A
1,25
B
8,25
C
6,25
D
7,50

Slide 7 - Quizvraag

Wat betaal je als je deze scooter
3 uur huurt?
A
5
B
25
C
15
D
10

Slide 8 - Quizvraag

Wat is het begingetal in deze letterformule:
Bedrag = 1.25a + 8,25
A
1,25
B
8,25
C
9,50
D
7

Slide 9 - Quizvraag

Wat is het stijggetal in deze woordformule:
Bedrag = 1.25 x aantal + 8,25
A
1,25
B
8,25
C
9,50
D
7

Slide 10 - Quizvraag

Past dit verhaal bij de grafiek?
Je hebt 25 euro in je spaarpot.
Voortaan spaar je iedere maand
8 euro.
A
Ja
B
Nee
C
Misschien

Slide 11 - Quizvraag

Past dit verhaal bij de grafiek?
Je hebt een pizza gebakken en zet
de over uit. Deze koelt gelijkmatig af.
A
Ja
B
Nee
C
Misschien

Slide 12 - Quizvraag

Past dit verhaal bij de grafiek?
Op de verticale as staan de punten
die Feyenoord deze competitie heeft
behaald.
A
Ja
B
Nee
C
Misschien

Slide 13 - Quizvraag

Past dit verhaal bij de grafiek?
Je hebt 25 euro in je spaarpot.
Voortaan spaar je iedere maand
8 euro.
A
Ja
B
Nee
C
Misschien

Slide 14 - Quizvraag

Wat kosten drie broodjes?
Kosten = 1.50 + 2,75 x aantal
A
12,75
B
8,25
C
9,75
D
1,50

Slide 15 - Quizvraag

Wat is het daalgetal in deze woordformule:
Inhoud = 200 - 6 x aantal liters
A
200
B
194
C
9,50
D
6

Slide 16 - Quizvraag

Diepvriesvoedsel kun je langer
bewaren als de temperatuur
lager is. Welke conclusie kan je
trekken over de diepvries die hoort bij
deze grafiek?
A
Hij koelt gelijkmatig
B
Hij is stuk
C
Er is geen verband tussen temperatuur en bewaartijd
D
6

Slide 17 - Quizvraag

Hoeveel liter is er over na 20 kilometer rijden?
Inhoud = 200 - 6 x aantal liters
A
80
B
194
C
280
D
180

Slide 18 - Quizvraag

Deze formule hoort bij een taxirit: Kosten (euro)= 20 + 0,30k (k=aantal kilometer).
's Nacht zijn de tarieven anders: de begingetal ligt 5 euro lager, de prijs per kilometer 3 cent hoger. Welke formule hoort daar bij?

A
Kosten (euro)= 25 + 0,3k
B
Kosten (euro)= 15 + 0,30k
C
Kosten (euro)= 5 + 0,33k
D
Kosten (euro)= 15 + 0,33k

Slide 19 - Quizvraag

De kosten voor een overnachting in hotel Berkel kun je bereken met de volgende formule:
prijs (eur) = 35 + 112n (n = aantal nachten)
Geef de aangepaste formule voor de volgende situatie: de prijs per nacht stijgt met 14 euro, schoonmaakkosten verdubbelen

Slide 20 - Open vraag

De kosten voor een overnachting in hotel Berkel kun je bereken met de volgende formule:
prijs (eur) = 35 + 112n (n = aantal nachten)
Geef de aangepaste formule voor de volgende situatie: de prijs per nacht wordt 120 euro, schoonmaakkosten blijven gelijk

Slide 21 - Open vraag

De kosten voor een overnachting in hotel Berkel kun je bereken met de volgende formule:
prijs (eur) = 35 + 112n (n = aantal nachten)
Geef de aangepaste formule voor de volgende situatie: de prijs per nacht neemt met 8 euro af, schoonmaakkosten wordt 75 euro

Slide 22 - Open vraag

De kosten voor een overnachting in hotel Berkel kun je bereken met de volgende formule:
prijs (eur) = 35 + 112n (n = aantal nachten)
Geef de aangepaste formule voor de volgende situatie: de prijs per nacht blijft gelijk, schoonmaakkosten worden niet in rekening gebracht

Slide 23 - Open vraag

De kosten voor een overnachting in hotel Berkel kun je bereken met de volgende formule:
prijs (eur) = 35 + 112n (n = aantal nachten)
Geef de aangepaste formule voor de volgende situatie: de prijs per nacht wordt 134 euro, schoonmaakkosten dalen met 5 euro

Slide 24 - Open vraag





Zelfstandig werken
Maak opgave 

Klaar?
Spelregels

  1. De eerste 5 minuten zijn stil!
  2. Je werkt op je eigen plek 
  3. Je werkt zo rustig mogelijk
  4. Je blijft aan het werk
  5. Je lost je eigen problemen op (lees / herhaal de theorie ;-)
  6. Je stelt je vraag als de docent langskomt
timer
5:00

Slide 25 - Tekstslide

Afsluiting
- Lesdoelen behaald? 

- Huiswerk (gebruik je agenda!) : 

Slide 26 - Tekstslide