Mevrouw Jansen ligt op de verloskamer. Door haar bevalling is ze uitgeput en ze moet nog
een tijd voordat het kind er is. Daarom hebben de verloskundigen samen met de arts
besloten dat ze zuurstof toegediend krijgt. Dit gebeurt met 2 liter per minuut. Inhoud van
de cilinder is 10 liter en de manometer staat afgesteld op 130 bar. De bevalling duurt nog
drie uur nadat de zuurstoftherapie is gestart. Welke hoeveelheid zuurstof zit er in de
cilinder na 3 uur?