Erfelijkheid V4 X-chromosomaal
1 / 15
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
In de geslachtscellen van de man en van de vrouw zitten altijd dezelfde chromosomen
A
Ja
B
Nee
Slide 6 - Quizvraag
Slide 7 - Tekstslide
Een jongen is XY. Dit X chromosoom komt van...
A
De moeder
B
De vader
C
Vader of moeder
Slide 8 - Quizvraag
Slide 9 - Tekstslide
Deze denkbeeldige beestjes kunnen gespikkeld of gestreept zijn. Het is een eigenschap die op het Z-chromosoom ligt. Vrouwtjes (2, 5) hebben hier twee kopieën van. Mannetjes (1, 3 en 4) maar één. Geef de genotypes van de individuen uit de stamboom.
Slide 10 - Open vraag
Deze denkbeeldige beestjes kunnen gespikkeld of gestreept zijn. Het is een eigenschap die op het Z-chromosoom ligt. Vrouwtjes (2, 5) hebben hier twee kopieën van. Mannetjes (1, 3 en 4) maar één. Maak het (/de) kruisingsschema('s) tussen beestje 3 en 5.
Slide 11 - Open vraag
Deze denkbeeldige beestjes kunnen gespikkeld of gestreept zijn. Het is een eigenschap die op het Z-chromosoom ligt. Vrouwtjes (2, 5) hebben hier twee kopieën van. Mannetjes (1, 3 en 4) maar één. Maak het (/de) kruisingsschema('s) tussen beestje 4 en 5.
Slide 12 - Open vraag
Bij katten wordt kleur zowel autosomaal als X-chromosomaal bepaald. Cellen kunnen één X-chromosoom van de twee uitschakelen. Is dit een mannetjes of een vrouwtjes kat?
A
Mannetje
B
Vrouwtje
C
Niet te zeggen
Slide 13 - Quizvraag
Welke vorm van overerving zou dit kunnen zijn?
Slide 14 - Open vraag
Welke mogelijkheden voor overerving kennen jullie nu?
