In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Introductie
Aan het eind van deze les kun je herkennen en uitleggen hoe de welvaart in Nederland in de jaren 50 en 60 groeide en welke gevolgen dit had
Onderdelen in deze les
Cultureel-mentale ontwikkelingen in
Nederland na 1945
2. Een luxer leven
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je herkennen en uitleggen hoe de welvaart in Nederland in de jaren 50 en 60 groeide en welke gevolgen dit had.
Slide 2 - Tekstslide
Wat betekent voor jou eigenlijk 'een luxer leven'?
Slide 3 - Woordweb
De welvaart stijgt
Geleide loonpolitiek wordt losgelaten (eerst deels, daarna volledig in 1963)
Er komt een loongolf: een stijging van lonen, soms wel met 10%
Uitkeringen zijn gekoppeld aan lonen, dus ook deze stijgen mee.
Door de ontdekking gasveld in Slochteren (1959) kunnen de hogere lonen makkelijker worden gefinancierd: het gas wordt aan het buitenland verkocht.
Nederland wordt een consumptiemaatschappij
Slide 4 - Tekstslide
Met z'n allen voor de buis
Televisies bestaan al voor de oorlog, maar pas na de oorlog worden ze betaalbaar en komen ze ook steeds vaker voor in Nederland
Met de televisie kunnen mensen zien wat er in andere delen van de wereld gebeuren.
Uiteraard mocht je alleen kijken naar de programma's die bij de omroep van je eigen zuil hoorde....
De eerste televisie-uitzendingen waren in zwartwit. Ook werd er maar een paar uur per dag uitgezonden, en niet zoals nu, 24 per dag.
Als je de programma's van toen bekijkt zal je vooral merken dat alles veel minder flitsend en snel was. Vermoedelijk zou je het zelfs vreselijk traag vinden!
In de achtergrond van deze slide zie je het jeugdprogramma Dappere Dodo (1955-1964). Dit was de eerste kinderserie op de Nederlandse televisie en werd uitgezonden door de KRO.
Slide 5 - Tekstslide
Mobiliteit en vrije tijd
Door de toenemende welvaart krijgen steeds meer gezinnen in de jaren 50 en 60 een auto
Hierdoor neemt de mobiliteit toe
Mensen trekken er vaker op uit en kunnen op vakantie gaan.
Meestal is dat kamperenin het eigen land, maar ook steeds meer mensen gaan met het vliegtuig op vakantie.
Slide 6 - Tekstslide
Een auto, vakantie en een sigaar...
...wat een luxe!
Slide 7 - Tekstslide
Lege kerken
Doordat mensen mobieler werden gingen ze hun vrije tijd anders besteden: op zondag kon je ook andere dingen doen dan naar de kerk gaan.
Door de televisie hoorden en zagen mensen ook andere denkbeelden die in de wereld speelden. Ze werden hierdoor ook kritischer op wat bijvoorbeeld de kerk zei.
Meer mensen gaan in de stad wonen, waar ze minder naar de kerk gaan.
Slide 8 - Tekstslide
Amerikanisering
De invloed van Amerika in Europa neemt niet alleen politiek toe: na de oorlog komen ook bedrijven als Coca Cola en Levi Strauss naar Nederland.
Hierdoor nemen ook in het dagelijks leven, zoals bijvoorbeeld in de kleding of de muziek, veel Nederlanders Amerikaanse gebruiken over.
Dit heeft amerikanisering.
De Amerikaanse acteur James Dean wordt vaak genoemd als rolmodel voor de opstandige tiener: vetkuif, spijkerbroek en roken. Niet alleen de Amerikaanse jeugd nam zijn uiterlijk (en gedrag) over.
Ook de Nederlandse jongeren, die zijn films in kleur in de bioscoop konden bekijken, vonden hem 'stoer'. De ouders spraken er, uiteraard, schande van!
Lang heeft James Dean niet van zijn succes kunnen genieten: op 24-jarige leeftijd kwam hij bij een auto-ongeluk om het leven.
Slide 9 - Tekstslide
Gastarbeiders
Door de stijgende welvaart is er in Nederland zoveel werk dat mensen uit andere landen worden gehaald om hier te werken.
Dezegastarbeiders (uit Marokko, Turkije, Spanje en Italië) doen hier ongeschoold werk.
Kennis van de Nederlandse taal of cultuur was niet nodig om het werk te kunnen doen: de mensen waren te gast en zouden weer teruggaan.
Slide 10 - Tekstslide
Begrippen uit deze les
loongolf
consumptiemaatschappij
mobiliteit
Amerikanisering
gastarbeiders
Slide 11 - Tekstslide
Jaartallen uit deze les
1959: ontdekking gasveld bij Slochteren
1963: loslaten geleide loonpolitiek
Slide 12 - Tekstslide
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd
Slide 13 - Open vraag
Stel 1 vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen