Eerste les 2425 - start DKP

1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 70 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welkom!


Telefoon in Zakkie + in je tas
Pen & papier op tafel
timer
3:00

Slide 2 - Tekstslide

1. Startklaar
Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan hun welbevinden. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zijn startklaar: ingelogd in LessonUp, telefoons opgeborgen in het Zakkie, en JdW-map op tafel.
Agenda
  • Voorstellen: mevrouw Lingbeek & mevrouw van de Wetering
  • Deze periode
  • Aan de slag

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorstellen
Ik deel zo een werkblad uit

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Deze periode
Levenslessen van De Kleine Prins
Over de hele wereld putten mensen troost uit DKP... 

->

Jullie gaan uiteindelijk ook zorgen voor troost, door in groepjes een 
boekje samen te stellen met levenslessen (uit DKP)

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Statement of inquiry
Our community can derive learnings from the characters' perspectives in The Little Prince and enhance connections (in class and the world). 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Related Concepts =
Character
Point of view
Theme

Key Concept =
Connections and personal developement
Global Concept = Identities and relationships

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De kleine prins
- 200 miljoen boeken verkocht
- Bekend in de hele wereld
- In 398 talen
- Kinderboek voor volwassenen
- Veel mooie levenslessen 

Slide 8 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past diverse strategieën toe om de betrokkenheid van alle leerlingen te garanderen. Door regelmatig het begrip van de lesstof te controleren en zo nodig de uitleg aan te passen, blijft de stof toegankelijk voor iedereen. Flexibele en heterogene differentiatie ondersteunt dit proces. Interactie in de klas wordt versterkt door het gebruik van thuistalen. Verder creëert de docent een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren. Door positief en proactief op leerlinggedrag te reageren, wordt het voor leerlingen makkelijker om gewenst gedrag te tonen en actief deel te nemen aan de les.


Slide 9 - Video

Deze slide heeft geen instructies

      Leerdoelen
1. Je weet wat een personage is
2. Je kan een personage in DKP herkennen
3. Je begrijpt hoe je van een personage iets kunt leren
4. Je begrijpt wat de vertalers in de docu van DKP leren
5. Je reflecteert op de begrippen taal en identiteit

Slide 10 - Tekstslide

3. Leerdoelgericht werken
De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.   
      Leerdoelen
1. Je weet wat een thema is
2. Je kan een thema in DKP herkennen
3. Je begrijpt hoe je van een verhaal iets kunt leren
4. Je begrijpt wat de vertalers in de docu van DKP leren
5. Je reflecteert op de begrippen taal, thema en identiteit

Slide 11 - Tekstslide

3. Leerdoelgericht werken
De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.   
Denk aan films, boeken, liedjes
Noem personages

Slide 12 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Personage
Hoofdpersonages
Bijpersonages
meerdere karaktertrekken
weinig karaktertrekken
psychologische ontwikkeling
geen ontwikkeling
betrokken bij veel gebeurtenissen
tegenstander of helper van een personage

Slide 13 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past diverse strategieën toe om de betrokkenheid van alle leerlingen te garanderen. Door regelmatig het begrip van de lesstof te controleren en zo nodig de uitleg aan te passen, blijft de stof toegankelijk voor iedereen. Flexibele en heterogene differentiatie ondersteunt dit proces. Interactie in de klas wordt versterkt door het gebruik van thuistalen. Verder creëert de docent een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren. Door positief en proactief op leerlinggedrag te reageren, wordt het voor leerlingen makkelijker om gewenst gedrag te tonen en actief deel te nemen aan de les.


Slide 14 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
timer
5:00
Hulp?
Geen hulp, we bespreken het straks
Klaar?
We bespreken het schema samen
Opdracht
Neem zo het lege schema over in je schrift. Schrijf mee tijdens het lezen. Nadat we hebben gelezen heb je nog 5 minuten om het schema aan te vullen.

Slide 15 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. De docent start met modelleren en laat leerlingen vervolgens actief inoefenen. Volgens het 'ik-wij-jullie/jij-wij' principe wordt de ondersteuning geleidelijk afgebouwd. Er wordt gevarieerd in oefentypes en het leerproces wordt zichtbaar gemaakt, bijvoorbeeld met hardop denken opdrachten. Effectieve leerstrategieën zoals zelftesten, gespreid leren, schema’s maken, en samenvatten volgens de Cornell-methode worden expliciet aangeleerd. Dit herkneden van de lesstof helpt bij het bewerken van het lange termijn geheugen
Een bijpersonage
ontwikkelt
zich
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quizvraag

7. Formatief handelen
De docent geeft de leerlingen gedurende de les gerichte feedback, feedup en feedforward op de op de inhoud van het werk, de leerstrategie, het gedrag en op zelfsturing. De docent bevraagt willekeurig leerlingen met open vragen. De docent stimuleert kwaliteitsbesef onder leerlingen door bijvoorbeeld leerlingen elkaars werk te laten vergelijken of uitgewerkte voorbeelden te gebruiken, gevolgd door geïnformeerde vervolgstappen.
Personage
Naam?
Wat doet hij/zij?
Eigenschappen/
karakter
Emoties?

Slide 17 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past diverse strategieën toe om de betrokkenheid van alle leerlingen te garanderen. Door regelmatig het begrip van de lesstof te controleren en zo nodig de uitleg aan te passen, blijft de stof toegankelijk voor iedereen. Flexibele en heterogene differentiatie ondersteunt dit proces. Interactie in de klas wordt versterkt door het gebruik van thuistalen. Verder creëert de docent een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren. Door positief en proactief op leerlinggedrag te reageren, wordt het voor leerlingen makkelijker om gewenst gedrag te tonen en actief deel te nemen aan de les.


De kleine prins

Slide 18 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiting
Volgende les: uitleg Nederlands bij MYP van mevrouw van de Wetering / start documentaire over De kleine prins

Slide 19 - Tekstslide

8. Afsluiting
De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag en blikt vooruit aan de hand van de JdW-planner. 

Voorbeeld

In mijn buik woont een draak, heel klein,
Hij wordt rood en heet van binnenin.
Als ik boos ben, voelt hij groot,
Maar ik weet, hij gaat weer dood.

Met een diepe zucht, heel zacht,
Blust hij zelf zijn vuurkracht.
En mijn buik wordt rustig weer,
De draak slaapt in, keer op keer.
ogen, benen, armen, hoofd, rug, schouders, neus, oren 

Slide 20 - Tekstslide

5. Concrete en herkenbare voorbeelden
De docent maakt gebruik van praktische en concrete voorbeelden die voor leerlingen herkenbaar zijn in hun eigen leefwereld om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven. 

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

JdW-kijkwijzer
Lesopbouw:
  1. VOORAF: Startklaar, Voorkennis activeren, Formatief Handelen
  2. INSTRUCTIE: Leerdoelgericht werken, Inclusieve didactiek, Concrete en herkenbare voorbeelden, Formatief Handelen
  3. TOEPASSING: Actieve verwerking, Formatief handelen 
  4. EVALUATIE: Afsluiting

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
timer
1:00
Hulp?
Docent
Buur
Klaar?
Hand omhoog en ik kom naar je toe
Opdracht
Schrijf zelf ook een kort gedicht (minimaal 8 volledige zinnen)
1. Kies uit: ogen, benen, armen, hoofd, rug, schouders, neus, oren 
2. Kies een gevoel

Slide 23 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. De docent start met modelleren en laat leerlingen vervolgens actief inoefenen. Volgens het 'ik-wij-jullie/jij-wij' principe wordt de ondersteuning geleidelijk afgebouwd. Er wordt gevarieerd in oefentypes en het leerproces wordt zichtbaar gemaakt, bijvoorbeeld met hardop denken opdrachten. Effectieve leerstrategieën zoals zelftesten, gespreid leren, schema’s maken, en samenvatten volgens de Cornell-methode worden expliciet aangeleerd. Dit herkneden van de lesstof helpt bij het bewerken van het lange termijn geheugen
Controlevragen
A
a.
B
b.
C
c.
D
d.

Slide 24 - Quizvraag

7. Formatief handelen
De docent geeft de leerlingen gedurende de les gerichte feedback, feedup en feedforward op de op de inhoud van het werk, de leerstrategie, het gedrag en op zelfsturing. De docent bevraagt willekeurig leerlingen met open vragen. De docent stimuleert kwaliteitsbesef onder leerlingen door bijvoorbeeld leerlingen elkaars werk te laten vergelijken of uitgewerkte voorbeelden te gebruiken, gevolgd door geïnformeerde vervolgstappen.
    Begrippen uit deze les
  • Voorzetzel
  • Gedicht
  • Gevoel
  • ...

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Exit ticket;
Stel, we schrijven morgen weer een gedicht. Waar gaat die van jou dan over? En waarom?

Slide 26 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies