In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Grammar: future tense
Slide 1 - Tekstslide
Today
- 4.E nakijken
- grammar: future
- blooket
Slide 2 - Tekstslide
Toets chapter 4
5 april
vocab, stones & grammar
Grammar: plurals & future
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Different futures
If you want to express something that is going to happen in the future, (iets gaat gebeuren in de toekomst) you can use different ways to express future tense.
- present simple
- to be going to
- will ( deze staat wel in je boek MAAR hoef je niet te kennen!!!)
Slide 5 - Tekstslide
present simple
iets verloopt volgens een schema of rooster: werkwoord of werkwoord + s (shit-regel)
I, you, we, they: werkwoord
he, she, it: werkwoord + s
Slide 6 - Tekstslide
present simple
iets verloopt volgens een schema of rooster: ww of ww+s
Example: The shop opens at 08:00 am.
Example 2: The trains arrives at 10:00 am.
Present simple.
Slide 7 - Tekstslide
We have to go soon. The bus __________________ (leave) at 14.15.
Slide 8 - Open vraag
Uitleg
leaves
want het gaat hier om een vaste vertrektijd (in dit geval van een bus).
Slide 9 - Tekstslide
Are you looking for my dad? He’s not here. He always _________(walk) the dog around this time.
Slide 10 - Open vraag
Uitleg
walks
want het gaat hier om een gewoonte, iets wat iemand altijd (always) doet.
Slide 11 - Tekstslide
to be going to
Als iets zeker gaat gebeuren, dan gebruik je: 'to begoing to'.
Am / are / is + going to
I am going to
you are going to
he/she/it is going to
we are going to
they are going to
Slide 12 - Tekstslide
to be going to
Als iets zeker gaat gebeuren, dan gebruik je: 'to begoing to'.
Example: I am going tovisit my grandmother this Friday.
Example 2: We are going to work on Saturday.
Slide 13 - Tekstslide
I found out that P!NK is coming to The Netherlands next year. I ________________________ (see) her!
A
see
B
am seeing
C
am going to see
D
will see
Slide 14 - Quizvraag
Uitleg
am going to see
want het gaat over een plan dat je voor de toekomst hebt.
Slide 15 - Tekstslide
Stappenplan future
Loopt het volgens een vast schema of rooster?
ja? -> present simple
werkwoord of werkwoord +s
nee? -> to be going to
(am / are / is + going to)
Slide 16 - Tekstslide
Sorry, I have no time, because I (prepare) a presentation.