In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Zorgen ervoor dat
woorden, zinnen en alinea's
met elkaar samenhangen.
Aan een
signaalwoord
zie je met
welk tekstverband
je te maken hebt.
opsomming
tegenstelling
reden/verklaring
conclusie
toelichting/uitleg
doel-middel
oorzaak-gevolg
tijdaangevend
vergelijking
voorwaarde
samenvatting
Een voorwaardelijk verband geeft aan
onder welke voorwaarden iets gebeurt.
(Dit verband wordt vast vaak door je ouders gebruikt als ze ontevreden zijn:)
SIGNAALWOORDEN
bij voorwaardelijk verband
- als (dan) - indien - tenzij - mits - wanneer -
onder de volgende voorwaarden
- in het geval dat - mocht ... dan -
op voorwaarde dat
VOORBEELD
voorwaardelijk verband
Als ik vandaag mijn kamer opruim,
(dan) mag ik morgen mee naar de Efteling.
Om mee te mogen naar de Efteling, moet ik mijn kamer opruimen.
Voorwaarde = kamer opruimen
Een redengevend verband geeft aan
waarom iemand iets doet of vindt.
bij redengevend verband
- want - omdat - daarom - dus -
de reden hiervoor is - het argument is
redengevend verband
Voor het proefwerk van biologie had ik een slecht cijfer,
want ik heb er niet goed voor geleerd.
De reden van het slechte cijfer is
dat ik niet geleerd heb voor het proefwerk.