4V H19 Hormonale regulatie man en vrouw

Voor deze les:
1. Je doet mee met deze les en sluit bij deze presentatie aan
2. Je volgt deze les zelfstandig door hem apart in lessonup te openen (incl uitlegvideo's)
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Voor deze les:
1. Je doet mee met deze les en sluit bij deze presentatie aan
2. Je volgt deze les zelfstandig door hem apart in lessonup te openen (incl uitlegvideo's)

Slide 1 - Tekstslide

H19 Hormonale regulatie

Slide 2 - Tekstslide

Waar hebben we het met H19 over gehad?

Slide 3 - Woordweb

Leerdoel van 19.7 en 19.8


Ik kan uitleggen hoe hormonen de vruchtbaarheid van mannen en vrouwen regelen

Slide 4 - Tekstslide

Succescriteria
  • je kunt de definitie van de  begrippen uitleggen: hypofyse, hypothalamus, gonadotropine-‘releasing’-hormonen, FSH, LH, receptoreiwitten, oestrogenen, negatieve terugkoppeling, positieve terugkoppeling, gele lichaam, progesteron, baarmoederslijmvlies, geboorte, weeën, ingedaald, prostaglandinen, ontsluitingsweeën, baarmoedermond, oxytocine, persweeën, prolactine, melkklieren

  • je kunt de de leerdoelen aan een ander uitleggen
  • je bent begonnen met de opdrachten van H19 t/m paragraaf 7 en het nakijken hiervan 
  • Je begrijpt de binastabellen 86C, 89A en 89C

Slide 5 - Tekstslide

Hormonale start pubertijd 
Hypothalamus = hersengebied, stuurt hypofyse aan met GnRH
GnRH: Gonadotropin-releasing hormone. 

Vanaf de puberteit:
De hypofyse produceert  
FSH (follikel stimulerend hormoon)
LH (luteïniserend hormoon).

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Omschrijf de zin "aanzetten tot secretie van testosteron" in je eigen woorden

Slide 8 - Open vraag

Vruchtbaarheid mannen
betrokken hormonen:
LH
FSH
testosteron

let op: negatieve terugkoppeling

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Vruchtbaarheid vrouwen
betrokken hormonen:

LH
FSH
oestrogenen (oestron, oestradiol en oestriol)
progesteron

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Dag 1: start menstruatie.

FSH stimuleert de rijping van nieuwe follikels.

Slide 16 - Tekstslide

Rijpende follikels geven oestrogenen af.

Lage concentratie oestrogenen remmen de afgifte van LH en FSH

Slide 17 - Tekstslide

Rijpende follikels geven oestrogenen af.

Boven een drempelwaarde stimuleren oestrogenen juist  LH en FSH

-> piek in LH en FSH

Slide 18 - Tekstslide

Door de piek in LH volgt de ovulatie.

Gele lichaam (overgebleven, 'lege' follikelcellen) geven progesteron af.

Slide 19 - Tekstslide

Oestrogenen stimuleren de groei van het baarmoederslijmvlies, progesteron zorgt voor goede doorbloeding.

Slide 20 - Tekstslide

Geen zwangerschap: gele lichaam verschrompelt en geeft geen progesteron meer af:
LH en FSH worden niet meer geremd

Menstruatie (afstoten baarmoederslijmvlies).

Slide 21 - Tekstslide

Zwangerschap
Bij een bevruchting is er een aangepaste hormoonproductie:

Trofoblast en daarna placenta maken HCG waardoor het gele lichaam niet verschrompelt.  Hierdoor blijft er progesteron en LH en FSH blijven geremd.
Geen menstruatie en geen nieuwe follikelrijping.

Na drie maanden neemt de placenta de vorming van progesteron en oestrogenen over.

Slide 22 - Tekstslide

=LH

Slide 23 - Tekstslide

Welke van de onderstaande beweringen is onjuist?
A
Rijpende follikels in een ovarium vormen oestradiol.
B
Een stijging van FSH leidt tot ovulatie.
C
De placenta vormt zowel oestradiol als progesteron.
D
LH stimuleert de vorming van het gele lichaam.

Slide 24 - Quizvraag

Bevalling/ geboorte
Vanaf de zevende maand daalt het kindje in (met het hoofd naar beneden).
1. ontsluiting
2. uitdrijving
3. nageboorte

Slide 25 - Tekstslide

Bevalling/ geboorte
Druk op de baarmoedermond zorgen (via zenuwen) voor stimulering van de hypothalamus. 
Die zet op zijn beurt de hypofyse aan tot het afgeven van oxytocine: extra samentrekkingen baarmoederwand.
Na volledige ontsluiting: persweeën.

Slide 26 - Tekstslide

Oxytocine werkt middels een positief terugkoppelingssysteem. Leg dit uit.

Slide 27 - Open vraag

Slide 28 - Tekstslide

Na de geboorte
Naweeën zorgen we voor dat ook de placenta, vruchtvliezen en resten navelstreng de baarmoeder uit gaan.
De hypofyse van de moeder maakt prolactine aan -> stimuleert melkproductie.
Het zuigen van de baby aan de borst zorgt voor extra afgifte prolactine en oxytocine -> samentrekken melkklieren dus melkafgifte.

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Tijdens de bevalling komt een grote hoeveelheid oxytocine vrij. Bij welk proces is dit hormoon ook betrokken? Binas 89A

Slide 31 - Open vraag

Aan de slag
Ga verder met de lesstof door bijvoorbeeld:
1. Maak een begrippenlijst van 19.7 en 19.8
2. Maken en nakijken opdrachten 19.7 en 19.8
3. Bekijken van de linkjes op Biologiepagina en Bioplek (zie volgende slides)

Controleer of je alle leerdoelen beheerst/ aan alle succescriteria voldoet. Zo niet: opnieuw door de stof/ opdrachten maken/ hulp vragen. 

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Link

Slide 34 - Link

Slide 35 - Link

Slide 36 - Link

Slide 37 - Link

Slide 38 - Video