VEI 5.3 M2 Variatie in genotypen 2022 2023

Thema 5 Erfelijkheid
§ 5.1 Genotype en fenotype
§ 5.2 Chromosomen en genen
§ 5.3 Variatie in genotypen
§ 5.4 De evolutietheorie
§ 5.5 Geschiedenis van het leven op aarde
Samenhang
§ 5.6 Genen en eiwitten
§ 5.7 DNA-technieken
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Thema 5 Erfelijkheid
§ 5.1 Genotype en fenotype
§ 5.2 Chromosomen en genen
§ 5.3 Variatie in genotypen
§ 5.4 De evolutietheorie
§ 5.5 Geschiedenis van het leven op aarde
Samenhang
§ 5.6 Genen en eiwitten
§ 5.7 DNA-technieken

Slide 1 - Tekstslide

5.3 Variatie in genotype

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Is het genotype van de larve hetzelfde als het genotype van het volwassen dier?
A
Ja
B
Nee

Slide 4 - Quizvraag

Je hebt het genotype en het fenotype.
Wat wordt bedoeld met het genotype?
A
De erfelijke informatie op je chromosomen
B
Hoe je eruit ziet

Slide 5 - Quizvraag

Het genotype is
A
Alleen het uiterlijk
B
Alle erfelijke eigenschappen
C
Invloeden uit het milieu
D
Alle erfelijke eigenschappen en invloeden uit het milieu

Slide 6 - Quizvraag

Leerdoelen bij 5.3 Variatie in genotypen
Je kunt omschrijven hoe door geslachtelijke voortplanting variatie in genotypen ontstaat.
Je kunt omschrijven wat een mutatie is.


Slide 7 - Tekstslide

Genenparen
Gelijke en ongelijke genen
Twee genen van een chromosomenpaar bevatten
informatie voor dezelfde erfelijke eigenschap

Slide 8 - Tekstslide

Variatie in genotype
  • Toeval bepaalt welk gen in eicel of zaadcel terechtkomt.
  • dus krijgt elke nakomeling een ander genotype, een andere combinatie genen dan de ouders (en broers of zussen)
  • Bij geslachtelijke voortplanting ontstaat variatie in genotypen
geslachtelijke voortplanting
Hierbij is altijd een zaadcel én een eicel betrokken, die smelten samen!
genotypen
De informatie voor al je erfelijke eigenschappen.

Slide 9 - Tekstslide

DNA-verwantschapstest
1 gen komt van de moeder
1 gen komt van de vader




Ongelijke genenparen zijn dus te herleiden;

Slide 10 - Tekstslide

Als een nieuw organisme ontstaat doordat twee geslachtscellen versmelten, is sprake van geslachtelijke voortplanting.

Slide 11 - Tekstslide

Mutaties
Mutatie = een plotselinge verandering in het genotype. 

Door celdeling kan het DNA beschadigd raken.
Een of meerdere genen kunnen veranderen (muteren)
De informatie voor een of meer erfelijke eigenschappen is dan veranderd. 

Als dit bij een organisme ook zichtbaar is in het fenotype noem je dit organisme een mutant.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Kanker
Mutatie in genen die celdeling regelen waardoor de cel alsmaar gaat delen.


Slide 14 - Tekstslide

Kanker
Mutatie in genen die celdeling regelen waardoor de cel alsmaar gaat delen.


Slide 15 - Tekstslide

Huidkanker
Mutatie in genen die celdeling regelen waardoor de cel alsmaar gaat delen.


Slide 16 - Tekstslide

Kanker
Mutatie in genen die celdeling regelen waardoor de cel alsmaar gaat delen.


Slide 17 - Tekstslide

An de slag!
Maak opdr. 1 t/m 9 (blz. 125 en verder)

Succes!

Slide 18 - Tekstslide