Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
22 janvier th2a
BONJOUR !
1 / 24
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Frans
Middelbare school
vmbo t, havo
Leerjaar 2
In deze les zitten
24 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
8 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
BONJOUR !
Slide 1 - Tekstslide
16
A
seize
B
quinze
C
dix-sept
D
quatorze
Slide 2 - Quizvraag
9
A
huit
B
onze
C
neuf
D
dix
Slide 3 - Quizvraag
vingt-deux
A
21
B
23
C
26
D
22
Slide 4 - Quizvraag
quatre-vingt-six
A
86
B
85
C
82
D
46
Slide 5 - Quizvraag
cinquante et un
A
31
B
51
C
41
D
71
Slide 6 - Quizvraag
Soixante-dix-huit
A
68
B
58
C
78
D
88
Slide 7 - Quizvraag
quarante-trois
A
43
B
33
C
13
D
73
Slide 8 - Quizvraag
quatre-vingt-dix-neuf
A
49
B
89
C
69
D
99
Slide 9 - Quizvraag
Cent
A
1
B
10
C
100
D
0,1
Slide 10 - Quizvraag
Slide 11 - Tekstslide
Betrekkelijke voornaamwoord?
* korte woordjes
* ze verbinden een hoofdzin met een bijzin
* QUI (= die/dat)
* OÙ (= waar)
Slide 12 - Tekstslide
QUI
(als betrekkelijk voornaamwooord)
J'ai un chien
QUI
est noir.
Nous cherchons deux tartes
QUI
sont très bonnes.
Mon père a une voiture
QUI
roule très vite.
Les amies achètent des pulls
QUI
sont à la mode.
Slide 13 - Tekstslide
OÙ
(als betrekkelijk voornaamwoord)
J'ai visité un château
OÙ
habitait une princesse.
Paris est la ville
OÙ
se trouve la Tour Eiffel.
Vous cherchezun hôtel
OÙ
vous pouvez dormir?
Bavel est un village
OÙ
il y a une bonne boulangerie.
Slide 14 - Tekstslide
Kies QUI, QUE of OÙ.
Il y a une piscine __ est très grande.
A
qui
B
que
C
où
Slide 15 - Quizvraag
Kies QUI, QUE of OÙ.
J'adore le jean... j'ai acheté.
A
qui
B
que
C
où
Slide 16 - Quizvraag
Kies QUI, QUE of OÙ.
Le garçon ___ chante une chanson française.
A
qui
B
que
C
où
Slide 17 - Quizvraag
C'est Jules ... a deux frères.
A
qui
B
que
C
où
D
dont
Slide 18 - Quizvraag
Waar = ?
A
Qui
B
Que
C
Où
D
Comment
Slide 19 - Quizvraag
Die/ dat = ?
A
Qui
B
Quoi
C
Où
D
Comment
Slide 20 - Quizvraag
Passé Composé
Slide 21 - Woordweb
De passé composé met être
Slide 22 - Tekstslide
Werkwoorden op -ir:
de passé composé
Stap 1:
Alle werkwoorden op –ir worden vervoegd met het hulpwerkwoord avoir.
Stap 2:
Haal de –r van het werkwoord af om de voltooide tijd te krijgen.
j‘
ai choisi
tu
as choisi
il/elle/on
a choisi
nous
avons choisi
vous
avez choisi
ils/elles
ont choisi
Slide 23 - Tekstslide
Werkwoorden op -re:
de passé composé
Stap 1
: Alle werkwoorden op –ir worden vervoegd met het hulpwerkwoord avoir.
Stap 2
: Haal -re eraf en plak er een -u achter.
j‘ai perdu
tu as perdu
il/elle/on a perdu
nous avons perdu
vous avez perdu
ils/elles ont perdu
Slide 24 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Leçon 8 - Révision Grammaire A
Oktober 2023
- Les met
20 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
3HV - het betrekkelijk voornaamwoord
November 2022
- Les met
17 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
3HV - het betrekkelijk voornaamwoord
Mei 2020
- Les met
19 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
4de - het betrekkelijk voornaamwoord
Februari 2024
- Les met
23 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
3HV - het betrekkelijk voornaamwoord
Februari 2024
- Les met
23 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Le Relatif
September 2022
- Les met
20 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Le pronom relatif - que/qui/dont
Oktober 2019
- Les met
32 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 6
SMA section A-I
November 2021
- Les met
26 slides
Frans
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1