Brandaan thema 7 (Groep 5/6)
1 / 18
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slavernij
Slide 2 - Woordweb
Wat is een kolonie?
A
Een gebied dat door een ander land is veroverd.
B
Een land waar je slaven vandaan haalt.
C
Een plantage in Suriname.
Slide 3 - Quizvraag
Waar ligt 'Fort Elmina'?
A
Suriname
B
Oost Afrika
C
De republiek
D
West Afrika
Slide 4 - Quizvraag
Op welke twee manieren kwam men aan slaven?
A
Een Afrikaans stamhoofd nam mensen van een vijandelijke stam gevangen en verkocht ze als slaaf.
B
Mensen meldden zich vrijwillig aan en hun familie kreeg dan geld.
C
Een Europese slavenrover nam zomaar mensen gevangen in Afrika en verkocht ze als slaaf.
D
Gevangenen werden verkocht als slaaf.
Slide 5 - Quizvraag
Wat werd er door de WIC niet vervoerd over zee?
A
thee en kruiden
B
katoen en suiker
C
drank en geweren
Slide 6 - Quizvraag
Slaven werkten in ..
A
Afrika
B
Suriname
Slide 7 - Quizvraag
Welke dingen horen bij het werk van een slaaf?
A
suikerriet kappen
B
andere slaven bewaken
C
werken als kok
D
werken in de haven
Slide 8 - Quizvraag
Waar denk je aan bij het woord 'maron' ?
Slide 9 - Open vraag
Keti Koti
een monu-
ment.
de afschaffing van de slavernij.
gebroken ketens
Op 1 juli herdenken we?
Dat heet?
Dat betekent?
Mensen komen dan samen bij?
Slide 10 - Sleepvraag
Waar denk je allemaal aan bij het woord verzet?
Slide 11 - Open vraag
Wat is waar?
A
In Europa vonden steeds meer mensen dat iedereen gelijk was.
B
Nederland schafte als eerste de slavernij af.
C
Toen de slavernij was afgeschaft gingen alle slaven weg van de plantage.
Slide 12 - Quizvraag
Wat is de naam van de handelsvereniging die met Afrika en Amerika handelde? (afkorting)
Slide 13 - Open vraag
Hoe heet de handel tussen Europa, West-Afrika en Amerika in de tijd van pruiken en revoluties?
Slide 14 - Open vraag
Hoe noem je de grote boerderij in een warm land waar bijvoorbeeld katoen en suiker op werd verbouwd?
A
Plantages
B
Oerwoud
C
Suikerfabriek
D
Kolonie
Slide 15 - Quizvraag
Waar gingen de marrons wonen?
(De gevluchte slaven)
(De gevluchte slaven)
A
In de suikerfabrieken
B
In het oerwoud
C
In dorpjes verderop
D
In een ander land
Slide 16 - Quizvraag
Hoe heten mensen die in opstand kwamen tegen de slavernij en de slavernij wilden afschaffen?
A
De afschaffing van de slavernij
B
Het monument
C
De anti-slavernijbeweging
D
Keti Koti
