décrire un mot en français

décrire un mot en français
1. het is een ding/dier/persoon
2. het is groot/klein/rond/vierkant/cilinder...
3. het is gemaakt van hout/stof/metaal/plastic/ papier/goud/zilver
4. het is geel/groen/blauw/rood/zwart/wit/grijs
5. het is om te schrijven/kijken/rekenen/bellen/ voetballen/tekenen
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

décrire un mot en français
1. het is een ding/dier/persoon
2. het is groot/klein/rond/vierkant/cilinder...
3. het is gemaakt van hout/stof/metaal/plastic/ papier/goud/zilver
4. het is geel/groen/blauw/rood/zwart/wit/grijs
5. het is om te schrijven/kijken/rekenen/bellen/ voetballen/tekenen

Slide 1 - Tekstslide

Wat is geen kleur?
A
vert
B
noir
C
carré
D
jaune

Slide 2 - Quizvraag

Je suis: grand, dans toutes les couleurs.
Je suis en métal. Je suis dans la rue.
J'ai quatre roues.
Je suis un moyen de transport.
A
een fiets
B
koelkast
C
een tafeltennistafel
D
een auto

Slide 3 - Quizvraag

C'est une chose carrée/rectangulaire.
C'est grand et plat. C'est au mur ou sur une 'table'.
C'est dans la maison, au salon.
C'est pour regarder.

A
een radio
B
een wasmachine
C
een tv
D
een telefoon

Slide 4 - Quizvraag

c'est un objet, grand et carré
c'est pour dormir
c'est en bois et en tissu

Slide 5 - Woordweb

comment tu décris ce mot?

Slide 6 - Tekstslide

Comment tu décris la photo précédente?

Slide 7 - Open vraag

hoe beschrijf je
'een blauwe broek'?

Slide 8 - Woordweb

2 c’est une object
c’est petit carré object
3 c’est en verre et de bois
4 il peut avoir différentes couleurs : bleu,blanc,noir,rouge
5 il peut être accroché au mur et mis en photo

Slide 9 - Woordweb

c'est un objet/une chose
c'est petit et en verre
c'est pour boire... je suis:

Slide 10 - Open vraag

c’est carré
c’est parfois grand et parfois petit
c’est en métal et verre
c’est pour téléphoner
A
een breinaald
B
een pot lijm
C
een mobiel
D
een pc

Slide 11 - Quizvraag

c'est un petit objet
c'est en bois
c'est gris
c'est pour écrire =

Slide 12 - Woordweb

décrire un mot en français
1. het is een ding/dier/persoon
2. het is groot/klein/rond/vierkant/cilinder...
3. het is gemaakt van hout/stof/metaal/plastic/ papier/goud/zilver
4. het is geel/groen/blauw/rood/zwart/wit/grijs
5. het is om te schrijven/kijken/rekenen/bellen/ voetballen/tekenen

Slide 13 - Tekstslide

Omschrijf nu 1 voorwerp in het lokaal

Slide 14 - Open vraag

Omschrijven in duo
Noteer 5 dingen op een blaadje. Omschrijf om de beurt een ding in het Frans. Wie het het als 1e goed? Deze persoon heeft 1 punt!
timer
1:00

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Welke tips kun je geven voor een mondeling/presentatie?

Slide 17 - Open vraag

Onderwerpen voor je mondeling

Slide 18 - Woordweb

Subcategorieën

Slide 19 - Woordweb

Spontaan spreken
-  Hoeveel kun je nu al over dit onderwerpen vertellen in het Frans?
- Geef elkaar tips + houd bij hoeveel minuten de ander spreekt
timer
1:00

Slide 20 - Tekstslide