Halloween 2024

1 / 53
volgende
Slide 1: Tekstslide
MentorlesVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 3

In deze les zitten 53 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Hoe?
Maak tweetallen....
Gebruik 1 device (mobiel, Ipad, laptop...)
Ga naar lessonup code invoeren
Voer de code in
Voer je teamnaam in (Halloweenstyle)
Niet valsspelen en geen discussie!
Zeg het antwoord niet hardop... 

Slide 2 - Tekstslide

Even oefenen
We beginnen makkelijk.....

Slide 3 - Tekstslide


Wanneer is Halloween?
A
21 oktober
B
25 oktober
C
31 oktober
D
1 november

Slide 4 - Quizvraag

Vragen?

Slide 5 - Tekstslide

Wat is het andere woord voor Halloween?
A
Zomerfeest
B
Nacht van de geesten
C
Dag van de doden
D
Allerheiligen

Slide 6 - Quizvraag


Halloween wordt vaak geassocieerd met  Allerheiligen. En niet zonder reden
Halloween komt van.......
A
All Hallow's Eve
B
All Hail's Eve
C
All Havens Eve
D
All Holy Eve

Slide 7 - Quizvraag


Halloween komt van All Hallow's Eve. 
Wat zou 'Hallow' betekenen?
A
Eng
B
Vreemd
C
Leeg
D
Heilig

Slide 8 - Quizvraag

We gaan naar de Kelten

Slide 9 - Tekstslide

Rond 800 - 900 v Chr hielden de Kelten rond 31 oktober nieuwjaar. Hoe noemden ze dat feest?
A
Coamhain
B
Ostara
C
Samhain
D
Allerheiligen

Slide 10 - Quizvraag

Vierden ze, rond 31 oktober, ook het einde van de zomer en de oogsttijd?
A
ja
B
nee

Slide 11 - Quizvraag

De kelten waren dol op feestvieren. Want er was nog een reden voor het vieren van een feestje. Wat vierden ze nog meer!
A
De doden herrezen, spookten bij de levende en zochten hun weg naar het dodenrijk.
B
De doden herrezen, zongen en dansten en zochten hun weg naar het dodenrijk.

Slide 12 - Quizvraag

De Kelten waren eigenlijk doodsbang en probeerden de geesten op afstand te houden. Wat deden ze niet.
A
's avonds verkleedden ze zich om de spoken voor de gek te houden.
B
Ze droegen maskers zodat de geesten dachten dat zij waren herrezen uit de dood.
C
Ze staken kerstbomen in brand zodat de geesten op afstand zouden blijven.
D
Ze zetten voedsel bij de graven om de geesten op het kerkhof te houden.

Slide 13 - Quizvraag

Ierse immigranten namen het feest mee naar Amerika.... Maar helaas was er geen knolrapen te vinden. Wat gebruikten ze in plaats van de knolraap?
A
De suikerbiet
B
De pompoen
C
De komkommer
D
Een aardappel

Slide 14 - Quizvraag

Ronde pompoen!

Slide 15 - Tekstslide

Een vraag voor Marley
Wie-o-Wie
Wat is de titel van dit liedje en wie zijn de zangers?

Slide 16 - Tekstslide



Waarvan is de
pompoen familie?
A
Tomaat
B
Suikerbiet
C
Wortel
D
Komkommer

Slide 17 - Quizvraag

Wat symboliseert een pompoen met een gezicht?
A
Kaarsenhouder
B
Cadeautje
C
Jack-o'-lantern
D
Decoratie

Slide 18 - Quizvraag


Waar werd vroeger al een 
suikerbiet uitgehold
met Halloween?  
A
Engeland
B
Europa
C
Nederland
D
Ierland

Slide 19 - Quizvraag


De Halloween kleuren 
oranje en zwart zijn symbool voor?
A
Oogst en dood
B
Dag en nacht
C
Zon en maan
D
Vuur en as

Slide 20 - Quizvraag

Genoeg over de Kelten en de pompoen!
We gaan naar China.

Slide 21 - Tekstslide

Wat is de Chinese naam voor Halloween.
A
wànshèngjiē
B
nánguā pài
C
Téng Chiéh
D
jīngshén

Slide 22 - Quizvraag

Wat eten mensen vaak tijdens Halloween in China?
A
pompoensoep
B
pompoentaart
C
pompoenpannenkoekjes
D
gebakken pompoen

Slide 23 - Quizvraag

Hoe wordt Halloween in China gevierd?
A
Door Halloween-kaarten te versturen
B
Met lanterns en feesten
C
Met vuurwerk en parades
D
Slechts één dag feest

Slide 24 - Quizvraag


Hoelang duurt
Halloween in China?
A
1 dag
B
1 maand
C
3 dagen
D
4 maanden

Slide 25 - Quizvraag

Moord en doodslag!

Slide 26 - Tekstslide

Welke bekende seriemoordenaar heeft een vermelding in het Guinness Book of Records?
A
De insulinekiller
B
Goeie Mie
C
De Heks van Anjum
D
Het Monster van Woensdrecht

Slide 27 - Quizvraag

Slide 28 - Tekstslide

Wat is de echte naam van Goeie Mie?
A
Maria Catharina Swanenburg
B
Marianne Catharina Swanenburg
C
Marijn Catharine Swanenenburg
D
Mary Catharine Swanenburg

Slide 29 - Quizvraag

Wat was haar bijnaam?
A
De Zwarte Weduwe
B
De Moordenaar van Haarlem
C
De Vrouwelijke Robin Hood
D
De Gifmoordenaar

Slide 30 - Quizvraag

Welke gif gebruikte ze?
A
Cyanide
B
Lood
C
Arseen
D
Strychnine

Slide 31 - Quizvraag

Films

Slide 32 - Tekstslide

Welke film is geen Halloween film?
A
Donnie Darko (2001)
B
The Nightmare before Christmas (1993)
C
The Shining (1980)
D
Halloween (1978)

Slide 33 - Quizvraag

Wie is het eerste slachtoffer van Michael Myers?
A
Judith
B
Joanne
C
Jeanet
D
Jill

Slide 34 - Quizvraag

Slide 35 - Tekstslide

Hoe heet het spookje?

Slide 36 - Open vraag

Slide 37 - Tekstslide

Deze heksen zijn zusjes.
Wat is hun achternaam?
A
Handerson
B
Anderson
C
Sanderson
D
Landerson

Slide 38 - Quizvraag

Slide 39 - Tekstslide

Dit is de koningin van de Halloween films. Wat is haar echte naam?
(Wel alle namen :-)

Slide 40 - Open vraag

Slide 41 - Video

Tja... wie roep je dan....?

Slide 42 - Open vraag

Slide 43 - Video

Het kleurrijke en muzikale spektakel van Coco speelt zich af in de griezelige sfeer van het Mexicaanse feest "De dag van de doden. Maar hoe zeg je dit in het Spaans?
A
Día de los Muertos
B
Día de los Vivos
C
Día de los Dulces
D
Día de los Fantasmas

Slide 44 - Quizvraag

Slide 45 - Video

Bij welk Nederlands kinderprogramma wordt deze spannende muziekje ook gebruikt?
A
Pippi Langkous
B
Graaf Duckula
C
Ernst, Bobbie en de Rest
D
Bassie en Adriaan

Slide 46 - Quizvraag

Het feest van nu....

Slide 47 - Tekstslide

Welk wezen is populair op Halloween?
A
Vampier
B
Elf
C
Engel
D
Heks

Slide 48 - Quizvraag

Wat is een niet populair Halloween kostuum?
A
Vampier
B
Spook
C
Zon
D
Heks

Slide 49 - Quizvraag

Wat zeggen mensen tijdens trick-or-treat?
A
Geef me snoep
B
Happy Halloween
C
Boo!
D
Trick or treat

Slide 50 - Quizvraag

Wat is een veelgebruikte (2x) Halloween decoratie?
A
Pompoen
B
Bloem
C
Spinnenweb
D
Katten

Slide 51 - Quizvraag


Hoeveel Amerikanen gaan 
tijdens Halloween verkleed?
A
ongeveer 100 miljoen
B
ongeveer 120 miljoen
C
ongeveer 140 miljoen
D
ongeveer 150 miljoen

Slide 52 - Quizvraag

Dit was het!
Wie is de winnaar?

Slide 53 - Tekstslide