Uitdrukkingenquiz
1 / 20
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Maak af:
Bij tijd en
Bij tijd en
Slide 2 - Open vraag
Maak af: naar eer en ...
Slide 3 - Open vraag
Maak af:
van haver tot ...
van haver tot ...
Slide 4 - Open vraag
Maak af:
na veel plussen en..
na veel plussen en..
Slide 5 - Open vraag
Met man en
kind noch
voor dag en
op stel en
willens en
Macht
Dauw
Wetens
Sprong
Kraai
Slide 6 - Sleepvraag
Wat betekent 'kind noch kraai'?
A
opzettelijk
B
onmiddellijk
C
geen enkel familielid
D
in orde
Slide 7 - Quizvraag
Wat betekent 'op stel en sprong'?
A
opzettelijk
B
onmiddellijk
C
geen enkel familielid
D
in orde
Slide 8 - Quizvraag
Wat betekent 'voor dag en dauw'?
A
heel vroeg
B
in orde
C
beteugelen
D
ruimschoots
Slide 9 - Quizvraag
Slide 10 - Tekstslide
Wat betekent 'zijn schaapjes op het droge hebben'?
A
het zuiniger aan doen
B
veel ervaring hebben met zeker werk
C
voor zijn hele leven genoeg geld verdiend hebben
D
tegelijkertijd twee voordelen behalen
Slide 11 - Quizvraag
Wat betekent 'de broekriem aanhalen'?
A
het zuiniger aan doen
B
veel ervaring hebben met zeker werk
C
voor zijn hele leven genoeg geld verdiend hebben
D
tegelijkertijd twee voordelen behalen
Slide 12 - Quizvraag
Wat betekent 'het klappen van de zweep kennen'?
A
het zuiniger aan doen
B
veel ervaring hebben met zeker werk
C
voor zijn hele leven genoeg geld verdiend hebben
D
tegelijkertijd twee voordelen behalen
Slide 13 - Quizvraag
tegen heug en ...
steen en ... klagen
met raad en .... bijstaan
de tering naar de ... zetten
been
daad
meug
nering
Slide 14 - Sleepvraag
Wat betekent 'op alle slakken zout leggen'?
Slide 15 - Open vraag
Wat betekent 'geen slapende honden wakker maken'?
Slide 16 - Open vraag
Wat betekent: 'water bij de wijn doen'
Slide 17 - Open vraag
Wat betekent 'zijn snor drukken'?
A
ertussenuit knijpen
B
het iemand moeilijk maken
C
een voorbehoud maken
D
de moed verliezen; opgeven
Slide 18 - Quizvraag
Wat betekent 'een slag om de arm houden'?
A
ertussenuit knijpen
B
het iemand moeilijk maken
C
een voorbehoud maken
D
de moed verliezen; opgeven
Slide 19 - Quizvraag
Wat betekent 'iemand het vuur na aan de schenen leggen'?
A
ertussenuit knijpen
B
het iemand moeilijk maken
C
een voorbehoud maken
D
de moed verliezen; opgeven
