Helden en schurken les 1 (25/10)

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Wie is jouw held en waarom?

Programma deze periode

Onderzoeken:

-> Wat doet een taalgebruiker om iemand te overtuigen?

-> hoe zet hij/zij bewust tektstructuur, argumenten en de goede woorden in?

Programma en toetsing periode 1

Vaardigheden: lezen en schrijven van recensies

-----> analyseren, beoordelen en verbeteren van een recensie,  vergelijken, meningen en argumenten, herkennen en beoordelen, framing en betrouwbaarheid van info vaststellen)

Onderwerpen: overtuigingskracht (Werkboek 1) en, framen (wb 4) en verder het Handboek

Leerdoelen

1. Ik weet wat de retorica is (R)
2. Ik kan ethos, logos en pathor herkennen (T1) 
3. Ik kan uitleggen hoe deze overtuigingsmiddelen worden ingezet (T2)
4. Ik kan het effect daarvan beoordelen (T2)

*Leerdoelen zijn RTTI geformuleerd (in leerlingentaal).

Welkom!

 

10 minuten stil lezen uit je leesboek

Leg al je boeken op tafel en ga rustig op je plaats zitten

Helden en schurken les 1

Wat gaan we doen vandaag?

- Wat weet je al?

- Theorie

- Werken aan de opdracht 

Aan het einde van de les weet je wat de verschillen zijn tussen helden en schurken. 

Wat weet je al?

Wat weet je al?

Wat? Maak een mindmap over helden en schurken

Hoe? Zelfstandig

Tijd? 6 minuten (meer tijd indien nodig) 

Vragen? Steek je hand op en ik kom bij je langs

Klaar? Lees alvast de theorie op bladzijde 22-23 van je handboek

• Wat zijn kenmerken van helden?
• Wat zijn kenmerken van schurken?
• Voorbeelden van helden en schurken
• .....

Theorie 

Helden en schurken

Het begon met Griekse mythes met avonturen van stoere mannen die geen angst kennen

Dit is het archetype:

• het oermodel, vanuit hier zijn andere helden afgeleid

Helden en schurken

Er waren vroeger geen vrouwelijke helden. Zij moesten juist gered worden of waren behulpzaam. 

Dit was het stereotype beeld van vrouwen:

• Een vaststaand beeld over een bepaalde groep mensen 

Wie zijn voorbeelden van vrouwelijke helden?

Helden en schurken

Tegenover de helden staan de schurken. 

Wie voor iemand een held kan zijn, is voor iemand anders weer een schurk. 

• Schurken en helden in het dagelijks leven 

Werken aan de opdracht 

Wat? Opdracht 4, 5, 6 en 7 op bladzijde 25

Hoe? Zelfstandig en stil

Tijd? 10 minuten 

Vragen? Steek je hand op en ik kom bij je langs 

Klaar? Lees verder in je leesboek of maak ander huiswerk

Huiswerk:

Voor volgende week woensdag (01/11/23) moet opdracht 4, 5, 6 en 7 op bladzijde 24 af zijn. 

Schrijf dit op in je plenda!