Les 3: taal van de leerkracht - taal van leerlingen.

Les 3: taal voor een leerkracht - taal voor de leerlingen.
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsSecundair onderwijs

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Les 3: taal voor een leerkracht - taal voor de leerlingen.

Slide 1 - Tekstslide

Hoe leren kinderen hun moedertaal?

Slide 2 - Woordweb

Hoe heb jij je moedertaal geleerd?
Wie wees je op taalfouten die je maakte?

Slide 3 - Open vraag

Slide 4 - Video

Welke taal wordt het meest als moedertaal gesproken?
A
Spaans
B
Engels
C
Mandarijn (Chinees)
D
Arabisch

Slide 5 - Quizvraag

Selecteer de juiste zin
A
Het duidelijk niet politicus belooft is wat de!
B
Het is niet duidelijk wat de politicus belooft.

Slide 6 - Quizvraag

Wat zijn impliciete taalregels?

Slide 7 - Open vraag

Geef een voorbeeld van een expliciete taalregel.

Slide 8 - Open vraag

Kunnen taalregels veranderen? 

Slide 9 - Tekstslide

Welk aspect van de taal verandert het snelst?
A
spelling
B
grammatica
C
woordenschat
D
uitspraak

Slide 10 - Quizvraag

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Een woordenboek (zoals Van Dale) is een voorbeeld van...
A
een prescriptief naslagwerk
B
een descriptief naslagwerk

Slide 13 - Quizvraag

Het 'Groene Boekje' is een voorbeeld van...
A
een prescriptief naslagwerk
B
een descriptief naslagwerk

Slide 14 - Quizvraag

Etymologie is een onderdeel van...
A
normatieve of prescriptieve taalkunde
B
descriptieve taalkunde

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Video