Folder maken/ actief schrijven

 folder 
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

 folder 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doelen in deze les



  • Je weet wat folders zijn en waar ze voor gebruikt worden.
  • Je weet  wat voor informatie folders bevatten en hoe de lay-out van een folder eruitziet.
  • Je kan vertellen wat actief schrijven inhoudt

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Folders
Een folder is een soort dun boekje met informatie over of reclame voor een bepaald onderwerp.

De belangrijkste doelen van een folder zijn interesse wekken en informeren.

De inhoud van een folder moet kort en helder zijn, het moet vooral nieuwsgierigheid opwekken bij de lezer.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Folders: de inhoud
In een folder kun je geen grote hoeveelheden achtergrondinformatie kwijt. Het is tenslotte geen boek.

De inhoud  is daarom meestal beperkt tot algemene zaken en de antwoorden op de meest gestelde vragen.

In een folder wordt vaak ook aangegeven waar de lezer meer informatie kan vinden.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uiterlijk folders
Een folder is  vaak een liggend A4-blad dat in 3 kolommen gevouwen is.

De tekst in een folder loopt niet door van de ene kolom naar de andere.

Folders bevatten altijd foto’s en/of illustraties die de tekst ondersteunen.

De tekst van de folder is afgestemd op de doelgroep


Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je gebruikt in een folder een actieve schrijfstijl!

Slide 6 - Tekstslide

Je hoeft niet bang te zijn dat je moe wordt. Actief schrijven betekent niet dat je op een hometrainer achter je bureau hoeft te zitten terwijl je werkt aan je artikel (ja, die bureaus zijn er echt), of dat je eerst een rondje moet hardlopen.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Als je actief schrijft, hoeven alleen de onderwerpen in je zinnen maar in actie te komen. 

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Actief schrijven – wat is het?
Je kunt elke zin actief of passief opschrijven.
Frank  koopt een boek in de winkel. 
of: 
Er wordt een boek  in de winkel door Frank gekocht.

Slide 9 - Tekstslide

In de eerste zin is Frank actief, je ziet hem het propje gooien. In de tweede zin wordt de gebeurtenis veel afstandelijker beschreven. Het onderwerp – het propje – is niet actief. Het ondergaat een handeling, het wordt gegooid. 
Waarom is actief schrijven aantrekkelijker?
  1. Actieve zinnen zijn prettiger om te lezen dan passieve zinnen, omdat ze directer zijn. 
  2. Je hoeft er als lezer minder bij na te denken: je ziet meteen een beeld voor je van wat de schrijver bedoelt. 
  3. Ook komen er in actieve zinnen meer mensen voor, wat voor levendigheid zorgt.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In passieve zinnen verschuiven de handelende personen vaak naar de achtergrond, of ze verdwijnen helemaal.


Er wordt een propje naar de lerares gegooid.

Slide 11 - Tekstslide

Wie heeft het propje gegooid? Dat blijft in nu onduidelijk. De zin wordt vager, en er zit geen handelende persoon in. Daardoor wordt de zin ook minder aantrekkelijk. Het is altijd leuker om over mensen te lezen dan over dingen of vage begrippen.
Hoe zorg je er nu voor dat je actief schrijft? 


  1.  Teruggaan naar de basis van wat je wilt zeggen. 
  2. vier tips 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Actief schrijven tip 1
Vraag je af: wie doet het?

De twee basale bouwstenen van zinnen zijn onderwerp (het wie of wat dat de actie uitvoert) en persoonsvorm (het werkwoord).

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onderwerp en PV
Frank koopt.

Wetenschappers onderzoeken.

Jij schrijft.

Slide 14 - Tekstslide

Als je je aanleert om je zinnen op te bouwen vanuit deze basis, ga je bijna als vanzelf actief schrijven. Je vraagt jezelf eerst af: wie of wat speelt de hoofdrol in deze zin, en wat doet diegene? Pas daarna maak je de zin langer.
Actief schrijven tip 2
Kies voor beeldende werkwoorden, en vermijd ‘worden en zijn’

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beeldende werkwoorden

Slide 16 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Actief schrijven tip 3 

Vermijd voltooid deelwoorden, bekijk ze met wantrouwen

Slide 17 - Tekstslide

Wat zijn voltooid deelwoorden ook alweer?
voltooid deelwoorden

Slide 18 - Woordweb

altijd samen met hebben en zijn!
Voltooid deelwoorden haalt de lezer uit het moment

Gister heb ik een blog geschreven.

Of: gister schreef ik een blog.


Voltooid deelwoorden maken je tekst langer, trager en minder levendig. Probeer ze daarom te omzeilen. Als je dat doet, vermijd je ook direct de werkwoorden ‘hebben’ en ‘zijn’. Dubbele winst dus.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Actief schrijven tip 4
Soms kan een voltooid deelwoord of lijdende vorm prachtig zijn! 
De dief was gepakt. Hij zat in de gevangenis, zijn voeten geketend, zijn armen in de boeien geslagen. 

Slide 20 - Tekstslide

bijvoorbeeld om te beschrijven hoe iemand iets alleen nog passief kan ondergaan.
Maak actief!
  • Lola wordt door een taxi naar huis gebracht.

  • Lola neemt de taxi naar huis

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak actief
  • Er mag hier nergens gerookt worden.

  • Je mag hier nergens roken

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak actief
  • Van de bast van de kinaboom werd door de indianen in Peru een drankje gemaakt dat de malariaparasiet doodde.


  • Indianen in Peru maakten van de bast van de kinaboom een drankje dat de malariaparasiet doodde.

Slide 23 - Tekstslide

Wie doet wat?

Maak actief
  • Over tien dagen worden de gesprekken tussen de vakbonden en de KLM over de nieuwe CAO hervat.

  • De vakbonden en de KLM hervatten over tien dagen de gesprekken over de nieuwe CAO.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak actief
  • Door dit formulier in te vullen kunt u kans maken op een gratis weekend naar CenterParcs.

  • Vul dit formulier in en maak kans op een gratis weekend CenterParcs .

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zelf aan de slag
  1. Open Word
  2. Open nieuw document
  3. Kies: online sjabloon, kies Brochure
  4. Lees de opdracht voor het maken van een folder goed door!

Succes!

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies