ROUS Marktgedrag 1.8 t/m 1.13

Welkom
5 vwo ECONOMIE  ||  2024-2025
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Welkom
5 vwo ECONOMIE  ||  2024-2025

Slide 1 - Tekstslide

Als MK < MO dan...
A
ga je door met produceren
B
maak je verlies
C
stop je met produceren
D
is je winst maximaal

Slide 2 - Quizvraag

Als MO>MK, dan
A
zal TW toenemen
B
zal TW afnemen
C
zal TW gelijk blijven

Slide 3 - Quizvraag

MO = 500 en MK = 0,02q
bij welke hoeveelheid is de winst maximaal?
A
q = 500
B
q = 10000
C
q = 25.000

Slide 4 - Quizvraag

Opdrachten afmaken
1.1 t/m 1.7

Bespreken
1.6 
1.7

Slide 5 - Tekstslide

Doelstellingen bedrijven
- Maximale winst
- Break-even
- Maximale omzet

Slide 6 - Tekstslide

Winst
Als MO groter is dan MK. 
MO = MK --> Maximale winst. 

Slide 7 - Tekstslide

MK-functie
Gelijk aan de individuele aanbodfunctie, de qua-functie. 
Verband tussen de aangeboden hoeveelheid en de prijs van een individuele producent. 
MK = q + 5
Eigenlijk staat MK voor P
Dus P = q + 5
Herschrijven tot Q = P - 5

Slide 8 - Tekstslide

Als een bedrijf verlies draait. Kunnen ze er toch voor kiezen om nog een tijd door te produceren. Waarom zouden ze dat doen?

Slide 9 - Open vraag

Verlies, en nu?
Door gaan als het totale verlies lager is dan wanneer je gelijk stopt. 
Dit is zo in een periode waar de constante kosten vast liggen. 

Slide 10 - Tekstslide

Break even punt
Break-even punt

Slide 11 - Tekstslide

Break-even 
Variabele kosten
Inkoopprijs €5 Verpakking €1
Constante kosten
€ 18.000
Verkoopprijs
€10

Slide 12 - Tekstslide

Differentiëren van een tweedegraads functie.
TO = -q2 + 6q
TO’ = -2q + 6
Bewijs:       TO’ = 2 x -1 x q (2-1) + 1 x 6 x q (1-1)
                      TO’= -2q 1 + 6q 0 = -2q + 6
                      TO’ = MO 
                      MO = -2q + 6

Slide 13 - Tekstslide

To = -q² + 1000q
Geef de mo functie.

Slide 14 - Open vraag

Oefenen MK afleiden

Bepaal steeds MK:

TK = 10q + 500          MK =
TK = 15q2 + 800        MK =
TK = 4q2 + 2q + 10    MK =

antwoord
MK = 10
antwoord
MK = 30q
antwoord
MK = 8q + 2

Slide 15 - Tekstslide

bea = break-even afzet
bep = break-even punt
beo= break-even omzet

Wat is waar?

A
B
C
D
A
A=bea, B=bep vlak stippellijn (D) = beo
B
A=bep, B=beo, vlak stippellijn = bea
C
A=beo, B=bea, vlak stippellijn = bea

Slide 16 - Quizvraag

Aan het werk
Maken 1.8 t/m 1.13
Nakijken
  • Wat heb je goed gedaan?
  • Wat kun je beter doen?
Lees de tekst
  • Onderstrepen
  • Samenvatten

Slide 17 - Tekstslide