7.3 De democratische revoluties (les 2)

7.3 Democratische revoluties
Je leert vandaag:
- Hoe de Bataafse Revolutie verliep.
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

7.3 Democratische revoluties
Je leert vandaag:
- Hoe de Bataafse Revolutie verliep.

Slide 1 - Tekstslide

Nakijken
1 Bijvoorbeeld:
1a Er werden democratische grondwetten ingevoerd, waarin stond hoe een land geregeerd werd en wat de rechten en plichten van burgers waren.
b Onderdanen werden staatsburgers met politieke burgerrechten en plichten.
c Staatsburgers gingen een gemeenschap vormen die zichzelf bestuurde. Ze gingen gehoorzamen aan wetten en regels die door henzelf en namens henzelf waren opgesteld.
d Staatsburgers gingen participeren in de politieke macht die door henzelf en namens henzelf werd uitgeoefend.

Slide 2 - Tekstslide

Nakijken
2 Bijvoorbeeld:
a (1) Volgens de onafhankelijkheidsverklaring waren alle mensen gelijk en hadden ze 'onvervreemdbare rechten'. (2) Mensen mochten hun regering afzetten en een nieuwe instellen.
b (1) De VS waren een rechtsstaat met een democratisch gekozen regering. (2) De uitvoerende, wetgevende en rechterlijke macht werden gescheiden.

Slide 3 - Tekstslide

Nakijken
3 a

Slide 4 - Tekstslide

Tijdvak 7: Tijd van Pruiken en Revoluties
27. Rationeel optimisme en ‘’verlicht denken’’ dat werd toegepast op alle terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen
28. Voortbestaan van het ancien régime met pogingen om het vorstelijk bestuur op eigentijdse verlichte wijze vorm te geven (verlicht absolutisme)
29. Uitbouw van de Europese overheersing, met name in de vorm van plantagekoloniën en de daarmee verbonden trans-Atlantische slavenhandel, en de opkomst van het abolitionisme
30. De democratische revoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten, grondrechten en staatsburgerschap

Slide 5 - Tekstslide

De Bataafse revolutie (1/3) 
  • Joan Derk van der Capellen tot den Pol in 1781 schreef de stadhouder aan in het pamflet Aan het volk van Nederland. Hij schreef dat de Oranjes het volk behandelden ‘als hun erfelijk eigendom’, hoewel volgens de natuur alle mensen gelijk waren (gedachtegang van Rousseau).
  • Nederlanders moesten een voorbeeld nemen aan de ‘vrije Batavieren’. Deze ‘eerste Nederlanders’ hadden hun zaken zelf geregeld in ‘algemene vergaderingen, waar elke Batavier evenveel te zeggen had’.
  • Het pamflet vormde het startsein voor een democratische beweging! 

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

De Bataafse revolutie (2/3) 
  • Gewapende patriotten verjoegen in 1786 de regenten in Utrecht; namen daarna ook in andere steden de macht over.
  • Prinses Wilhelmina, de vrouw van stadhouder Willem V, riep de hulp in van haar broer, de koning van Pruisen. Een Pruisisch leger maakte in oktober 1787 een eind aan de patriottenopstand.
  • Duizenden patriotten vluchtten naar Frankrijk.
  • In 1795 viel het Franse leger Nederland binnen en hielp daar de patriotten aan de macht.
  • Willem V vluchtte naar Engeland.



Slide 8 - Tekstslide

De Bataafse revolutie (3/3) 
  •  De Staten-Generaal riepen de Bataafse Republiek uit en legden de mensenrechten vast. 
  • Er kwam godsdienstvrijheid en scheiding van kerk en staat. 
  • De kerkelijke en politieke macht was voortaan niet meer in dezelfde handen en oefenden geen beslissende invloed meer op elkaar uit. 
  • De calvinisten raakten hun voorrechten kwijt.
  • Er werd een volksvertegenwoordiging gekozen, de Nationale Vergadering. 


Slide 9 - Tekstslide

De verschillende staatsvormen (van Nederland)
  1. Vóór de Bataafse revolutie was Nederland een Republiek (met een stadhouder aan het hoofd). 
  2. In 1798 stelde de Nationale Vergadering een democratische grondwet aan die van Nederland een eenheidsstaat met algemeen mannenkiesrecht maakte. 
  3. Napoleon maakte een eind aan de Bataafse Revolutie (1795-1805) en liet Nederland in 1806 een koninkrijk worden met zijn broer Lodewijk Napoleon als koning. 
  4. In 1810 werd Nederland onderdeel van Frankrijk. 
  5. Nadat Nederland in 1813 was bevrijd, werd het weer een monarchie en een eenheidsstaat.

Slide 10 - Tekstslide

Huiswerk
Lees paragraaf 7.3 Democratische revoluties. 
Maak opdracht 3.

Slide 11 - Tekstslide