In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 70 min
Onderdelen in deze les
Op tafel:
- map
- pen
- laptop (dicht)
Welkom vwo 2!
timer
2:30
Slide 1 - Tekstslide
Vandaag vrijdag 6 september:
Starten met NUMO
Uitleg tekstsoort, tekstdoel en onderwerp
Zelf opdrachten maken
Slide 2 - Tekstslide
Numo inloggen
Naam: leerlingnummer
Wachtwoord: j+leerlingnummer
Aan de slag met NUMO
timer
10:00
Slide 3 - Tekstslide
Sluit je laptop.
Je hebt de laptop zo weer nodig, dus laat 'm op tafel liggen.
Slide 4 - Tekstslide
Tekstdoelen
Een schrijver, journalist of webdesiger bedenkt vooraf wat hij of zij wil bereiken met zijn tekst.
Hij of zij bedenkt waarom die tekst geschreven wordt.
Dat noem je een tekstdoel.
Slide 5 - Tekstslide
..Maar als jij het vervolgens leest is niet altijd
duidelijk welk doel deze schrijver had.
Daarom is het goed te weten welke doelen er zijn,
zodat je ze zou kunnen herkennen.
Slide 6 - Tekstslide
Open je laptop.
Open je laptop en log in LessonUp.
Slide 7 - Tekstslide
Wat zijn verschillende doelen die een schrijver aan een tekst geeft?
Slide 8 - Woordweb
tekstdoelen
Informeren
Instructie geven
Overtuigen
Activeren
Amuseren
Beschouwen
Slide 9 - Tekstslide
Oefenen!
Kies het beste tekstdoel in de volgende vragen.
Slide 10 - Tekstslide
Wat is het tekstdoel in: Melk is gezond en daarom moet je het veel drinken
timer
1:00
A
Instrueren
B
Activeren
C
Overtuigen
D
Informeren
Slide 11 - Quizvraag
Wat is het tekstdoel in: Als je veel melk drinkt, krijgt je lichaam de nodige calcium binnen, maar ook veel stoffen die niet goed zijn voor je.
timer
1:00
A
Amuseren
B
Activeren
C
Beschouwen
D
Informeren
Slide 12 - Quizvraag
Wat is het tekstdoel in: Melk is goed voor elk.
timer
1:00
A
Amuseren
B
Instrueren
C
Overtuigen
D
Informeren
Slide 13 - Quizvraag
Wat is het tekstdoel in: De meeste Nederlanders drinken koemelk en geen geitenmelk.
timer
1:00
A
Amuseren
B
Activeren
C
Instrueren
D
Informeren
Slide 14 - Quizvraag
Wat is het tekstdoel in: Als u de koe wilt melken, zet een emmer, een krukje en een schone doek klaar. Zorg er daarna voor dat uw handen opgewarmd zijn.
timer
1:00
A
Instrueren
B
Activeren
C
Overtuigen
D
Informeren
Slide 15 - Quizvraag
Wat is het tekstdoel in: De koe is een merkwaardig beest, wat er ook in haar geest moge zijn, haar laatste woord is altijd : 'boe'.
timer
1:00
A
Amuseren
B
Activeren
C
Overtuigen
D
Informeren
Slide 16 - Quizvraag
Sluit de laptop.
Nodig:
Map/schrift
Pen
Slide 17 - Tekstslide
timer
8:00
Schrijf de antwoorden in je schrift.
Samenwerken met je buur mag.
Slide 18 - Tekstslide
Vraag 1 bespreken
a activeren
b amuseren
c informeren
d beschouwen
e overtuigen
f instructie geven
g beschouwen
h informeren
i amuseren
Slide 19 - Tekstslide
3 tekstsoorten
Verhalende tekst
Informerende tekst
Waarderende tekst
Slide 20 - Tekstslide
Verhalende tekst
De schrijver van een verhalende tekst wil je met zijn verhaal vermaken of tot nadenken aanzetten.
Voorbeelden: roman, sprookje, sciencefiction
Slide 21 - Tekstslide
Informerende tekst
In informerende teksten gaat het om feiten, om wat er echt gebeurd is.
Voorbeelden: krantenbericht, schoolboek, recept
Slide 22 - Tekstslide
Waarderende tekst
In waarderende teksten gaan de belangrijkste vragen over de mening van een schrijver. Hij kan proberen je te overtuigen of je moet zelf een mening formuleren.