Verlichting 1

De Verlichting


1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 7 videos.

Onderdelen in deze les

De Verlichting


Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al over de Verlichting?

Slide 2 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

De Verlichting was een cultureel-filosofische en intellectuele stroming in Europa die ruwweg samenviel met...
A
de 16e eeuw
B
de 15e eeuw
C
de 17e eeuw
D
de 18e eeuw

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom heet de Verlichting zo?

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

De reformatie in de zestiende eeuw zorgde ervoor dat
A
men historische zaken minder ging waarderen
B
het individu belangrijker werd
C
meer mensen Rooms Katholiek werden
D
er meer beelden in de kerken kwamen

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De eeuw van de rede
Reactie op het dogmatische autoriteitsgeloof
Modernisering van de samenleving: 
individualisering
emancipatie (feminisme)
secularisering 
globalisering
mensenrechten 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De eeuw van de rede

Durf te denken 
(Kant 1724-1804)




Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Politiek en economie 
- Trias politica: (Montesquieu 1689-1755) scheiding uitvoerende, wetgevende en rechterlijke macht
- Liberalisme: (Adam Smith 1723-1790) weinig overheidsbemoeienis met economie, marktmechanisme 
- Opvoeding: (Rousseau 1712-1778)belangrijk Verlichtingsthema 

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Toneel
- In de 18e eeuw minder waardering voor religieuze stukken
- Burgerlijk treurspel: vorsten en bijbelse personen moeten op het toneel plaatsmaken voor het leed van de gewone burger
- Meestal vertaald uit het Duits of Frans
- Bevatten altijd een les waaruit men kon leren hoe men een beter, verlichter mens kon worden:  over deugden als sociale gelijkheid, redelijkheid en liefde tussen ouders en kinderen. 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Literatuur
- in eerste instantie ook vaak didactisch: biedt lezers nieuwe rationele ideeën en opvattingen  
- nieuwe genres:
  1. kinderliteratuur
  2. imaginair reisverhaal
  3. sentimentalisme

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Kinderliteratuur 
Kinderboeken / kinderliteratuur 
- Hieronymus van Alphen
- Proeve van Kleine Gedigten voor Kinderen (1778)
- studie-ijver, oprechtheid en gehoorzaamheid, relatie ouder-kind --> onderwerpen in gedichten
- ik-fguur / geen moeilijk taalgebruik / deugd centraal / rijm 

Slide 14 - Tekstslide

Niet eerder echte boeken voor kinderen.
Er waren wel een soort van jeugdboeken, maar dat waren bewerkingen van boeken voor volwassenen (ridderverhalen). 

Van Alphen schreef de gedichten aanvankelijk anoniem. Na succes uit de anonimiteit gestapt. 

Slide 15 - Video

Deze slide heeft geen instructies

    Imaginair reisverhaal

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. Imaginair reisverhaal
In tegenstelling tot eerdere reisverhalen denkbeeldig

Utopisch


Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Sentimentalisme
      Rijnvis Feith

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3. Sentimentalisme
(over)gevoeligheid

Julia van Rhijnvis Feith (1783)

thema's: dood, onsterfelijkheid, nacht en eenzaamheid
Juist omdat de liefde de mens tot God kan brengen, krijgt zij in het werk van Rhijnvis Feith zo veel aandacht.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Welke van onderstaande termen horen alle drie bij de Verlichting?
A
theocentrisme, classicisme, modernisme
B
liberalisme, optimisme, tolerantie
C
existentialisme, empirisme, feodalisme
D
purisme, aforisme, antropocentrisme

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

is een......
A
imaginair reisverhaal en utopie
B
utopie en realistische roman
C
imaginair reisverhaal en robinsonade
D
utopie en robinsonade

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies