§3.5 Rijke steden, arm platteland

Openingsfoto
Wat zie je?
Waar komt dit voor?
Waarom komt dit hier voor?
Is dit gewenst?
Komt dit overal zo voor? 
Binnen is beginnen!
Binnen is beginnen!
  • Ga op je plek zitten,
  • Pak je ipad voor,
  • Ga naar lessonup en accepteer de uitnodiging,
  • Beantwoord de 5 geografische vragen van de openingsfoto met je buur aan je tafel
  • Wanneer de timer afloopt, is het stil!
timer
3:00
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Openingsfoto
Wat zie je?
Waar komt dit voor?
Waarom komt dit hier voor?
Is dit gewenst?
Komt dit overal zo voor? 
Binnen is beginnen!
Binnen is beginnen!
  • Ga op je plek zitten,
  • Pak je ipad voor,
  • Ga naar lessonup en accepteer de uitnodiging,
  • Beantwoord de 5 geografische vragen van de openingsfoto met je buur aan je tafel
  • Wanneer de timer afloopt, is het stil!
timer
3:00

Slide 1 - Tekstslide

Beschrijving van de openingsfoto
Kloof stad en platteland

Stad is rijk en platteland arm
Startopdracht
Wat?
Bekijk de paragraaf en de lessonup en schrijf op wat je al weet of kan
Hoe?
Zelfstandig in stilte
Hulp
Brein, Boek, Buur, Bureau
Tijd
Timer



Klaar?
Keuze 1: Ik begrijp het goed: ga zelfstandig aan het werk 
Keuze 2: Ik begrijp het bijna: ga zelfstandig aan het werk + herhaling
Keuze 3: Ik vind het nog lastig: doe mee met de instructie 
timer
10:00
Binnen is beginnen!
Binnen is beginnen!
  • Ga op je plek zitten,
  • Pak je laptop/iPad voor,
  • Ga naar lessonup en accepteer de uitnodiging,
  • Doe de startopdracht

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoofdstuk 3: 
Arm en rijk 
in Nederland

§3.5 
Rijke steden, arm platteland

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesplanning 
Aanwezigheid en boekencontrole 

Mededelingen:  

Uitleg §3.5 'Rijke steden, arm platteland'

Maak van §3.5 'Rijke steden, arm platteland' vraag 1 t/m 8

Lesafsluiter: lesdoelcheck

Vooruitblik op de volgende les

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen van deze les
  1. Welke gebieden in Nederland hebben een lager sociaal-economische status?
  2. Vertel de gevolgen van een laag besteedbaar inkomen.
  3. Leg uit welke mensen van de landelijke gebieden naar de steden verhuizen en waarom ze dat doen.
  4. Benoem wat de gevolgen zijn van de trek naar de stad voor de leeftijdsopbouw en het gemiddelde inkomen van de mensen die achterblijven.
Neem de vragen over en beantwoord ze tijdens de uitleg!

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet jij van de vorige keer?

Slide 6 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Werk en inkomen(1)
Niet alleen binnen steden, maar ook tussen verschillende delen van Nederland bestaan verschillen in welvaart.

Vraag 1: Waar gaan deze kaarten over?

Vraag 2: Wat valt je op?

Vraag 3: Welke relatie kun je leggen tussen  armoede, opleiding en woonplaats?
Werkvorm: DDU
In 3 minuten ga je:
  • Denken: zelfstandig de vragen beantwoorden
  • Delen: bespreken met je buren aan je tafel
  • Uitwisselen: gezamelijk de antwoorden uitwisselen


timer
3:00

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werk en inkomen(2)
Voor de welvaart van de inwoners van een gebied kun je kijken naar het besteedbaar inkomen per huishouden.

Besteedbaar inkomen: Het inkomen dat overblijft na aftrek van belastingen en premies etc.

Als er per maand minder besteedbaar inkomen is dan nodig is voor het betalen van alle noodzakelijke kosten, leef je onder de armoedegrens. 

In sommige Nederlandse gemeenten gaat het om meer dan 10% van de mensen.



Kostenpost
Uitgaven per maand 
Boodschappen
€475
Woonlasten
€1450
Gas/Electra
€45
Kleding
€200
Auto
€800
Verzekeringen
€300
Totale uitgaven
€3270
Totale inkomsten
€5050 
Besteedbaar inkomen
€1780

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werk en inkomen(3)
Verschillen in inkomen heeft te maken met werk en opleiding.
Mensen die kunnen & willen werken = beroepsbevolking.
Beroepsbevolking groter dan werkgelegenheid = werkeloosheid.

Werklozen horen ook bij beroepsbevolking en kunnen een uitkering krijgen, maar dat is meestal lager dan loon.
 
In gebieden waar veel ouderen en werklozen wonen, is het gemiddelde inkomen daarom lager.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sociaal-economische status
Vraag 1: Waar gaat deze kaart over?

Vraag 2: Welke gebieden is de sociaal-economische status hoog en laag?

Vraag 3: Wat valt je hieraan op?

Vraag 4: Leg uit hoe deze verdeling komt
Nederland: sociaal-economische status per wijk, 2016.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sociaal-economische status
In gebieden met rode kleur is de sociaal economische status lager            lage inkomens.

In gebieden met lichtere kleur is de sociaal economische status hoger           hoge inkomens.

Kenmerken van mensen met een lage sociaal-economische status:
  • Lage opleiding,
  • Laag inkomen,
  • Werk met weinig aanzien.
  • Ongezonde leefstijl. 
  • De mensen worden er minder oud.

Vaak aan de 'randen' en grote steden van Nederland 

Nederland: sociaal-economische status per wijk, 2016.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Groeiende steden, leeglopend platteland
Arme mensen wonen in Nederland in grote steden en in landelijke gebieden.

Hoogopgeleiden trekken naar steden:
  • meer werk, 
  • meer studiemogelijkheden,
  • meer voorzieningen.

Gevolg: de steden groeien!

Er wonen ook veel laagopgeleide mensen in steden: 
  • Voor laagopgeleide is niet genoeg werk.
  • Daarom veel werklozen in steden.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leeglopend platteland
 In het landelijke gebieden is er weinig werk, weinig studiemogelijkheden en weinig voorzieningen.

Vooral jongeren trekken weg uit landelijke gebieden.

Gevolgen: vergrijzing en er verdwijnt ook geld uit het gebied.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leefbaar platteland 
Ondanks de lagere sociaal-economische status is het platteland wel leefbaar.

Voordelen landelijke gebieden:
  • Meer schone lucht 
  • Minder geluidsoverlast.
  • Eigen eten verbouwen.
  • Vaak goedkoper wonen.

Mensen die in landelijke gebieden wonen zijn meestal gelukkiger.

Armoede is niet hetzelfde als ongelukkig zijn!

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werkvorm: Placemat
Benoem 3 feiten van de les
Stel 3 vragen aan je buurman/ vrouw over de stof
Benoem 3 begrippen van de les
Benoem 3 dingen die je nog niet wist 
Benoem 3 dingen van de vorige les 
Aantekeningen niet toegestaan!
timer
3:00

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan het werk 
Wat?
§3.5 'Rijke steden, arm platteland' vraag 1 t/m 8
Hoe?
Zelfstandig in stilte
Hulp
Brein, Boek, Buur, Bureau 
Tijd
Timer

Daarna sluiten we af met de lesdoelcheck

Klaar?
Maak de herhaling 
Of verdiep je: 
-Anders actief: Pas toe 
timer
15:00

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan het werk 

Ik begrijp het wel
Ik begrijp het bijna

Ik vind het nog lastig
Zelfstandig werken:
§3.5 'Rijke steden, arm platteland' vraag 1 t/m 8

Klaar? 
Anders actief: Pas toe 



Maak de opdrachten en de herhaling

Klaar? 
Examentrainer extra
Extra uitleg en maak daarna de opdrachten

Klaar?
Herhaling
timer
10:00

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelcheck
  1. Welke gebieden in Nederland hebben een lager sociaal-economische status?
  2. Vertel de gevolgen van een laag besteedbaar inkomen.
  3. Leg uit welke mensen van de landelijke gebieden naar de steden verhuizen en waarom ze dat doen.
  4. Benoem wat de gevolgen zijn van de trek naar de stad voor de leeftijdsopbouw en het gemiddelde inkomen van de mensen die achterblijven.
timer
3:00
Check-in-duo's
check-in-duo’s.
  1. Vergelijkt de antwoorden met je buur
  2. Verschillen? Overlegd wat het juiste antwoord dan is
  3. Check-in-de-klas
  4. Tijd: timer

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies