Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
2HV: E - regarder / F - lire
1 / 46
volgende
Slide 1:
Video
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
In deze les zitten
46 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
2 videos
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Video
E - regarder
Je hebt een film bekijken waarin twee vrienden aankomen in Parijs.
Aan het eind van deze paragraaf kun je vertellen waarover Gabriel zich zorgen maakt. (A1)
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Video
Aujourd'hui,
c'est le...
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Objectifs
Ik kan een kort verhaaltje in de verleden tijd schrijven over mijn vakantie:
-Ik begrijp hoe je de passé composé gebruikt.
-Ik begrijp welke woordvolgorde je hanteert in Franse zinnen.
-Ik begrijp hoe je de voorzetsels bij landen en steden gebruikt.
Slide 6 - Tekstslide
Schrijfopdracht - Mes vacances
Wanneer: welk seizoen?
Waar je bent geweest
Vervoersmiddel
Waar je bent verbleven: hotel, camping, etc.
Nog een plaats die je hebt bezocht.
Noem twee activiteiten.
Hoe het weer was.
Slide 7 - Tekstslide
Les vacances (page 52)
Je moet in het Frans kunnen vragen/vertellen:
Of je een leuke vakantie hebt gehad.
Wanneer: welk (seizoen) je op vakantie bent geweest
Tu as été
quand
? - J'ai été en automne / en été (woorden F)
Waar: welk land je hebt bezocht
Met wie: familie, vrienden, etc.?
Hoe het weer was.
Wat: welke activiteiten heb je gedaan?
Hoe: met welk voertuig?
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Wat is de passé composé?
A
o.t.t ( bijv. ik eet)
B
v.t.t ( bijv. ik heb gegeten)
C
o.v.t ( bijv. ik at)
D
o.t.t.t ( ik zal eten)
Slide 10 - Quizvraag
Je dansé.
A
Goed
B
Fout
Slide 11 - Quizvraag
Maak een zin met een
passé composé
.
mon
père
a
en
train
voyagé
Slide 12 - Sleepvraag
J'ai été
en juillet
en hiver
Tu as été
quand
?
_____________
Quand?
Slide 13 - Tekstslide
J'ai été en France
avec mes parents
.
Tu as été
avec qui
?
_____________
Avec qui?
Slide 14 - Tekstslide
la famille
mijn vrienden
haar vader
mijn familie
mijn broer
mijn opa en oma
mijn nicht
ma famille
mon cousin
son père
marié
sa mère
mes grand-parents
mes amis
ma ville
mon frère
ma cousine
Slide 15 - Sleepvraag
Les moyens de transport
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
en
avion
à
pied
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Les moyens
de transport
en train
en voiture
à moto
en avion
en métro
à vélo
à pied
en bateau
Slide 20 - Sleepvraag
vrouwelijk land ->
en
Franc
e
,
en
Itali
e
mannelijk land ->
au
Maroc,
au
Danemark
meervoud ->
aux
Pays-Bas
ville à Paris, à Londres, à Madrid
Tu as été
où
?
J'ai été .......
.
Slide 21 - Tekstslide
Prépositions
noms de pays
Slide 22 - Tekstslide
Espagne
A
Masculin
B
Féminin
C
Pluriel
Slide 23 - Quizvraag
Danemark
A
Masculin
B
Féminin
C
Pluriel
Slide 24 - Quizvraag
Belgique
A
Masculin
B
Féminin
C
Pluriel
Slide 25 - Quizvraag
Pays-Bas
A
Masculin
B
Féminin
C
Pluriel
Slide 26 - Quizvraag
Europe
A
À
B
En
C
Au
D
Aux
Slide 27 - Quizvraag
Sleep de steden en de landen naar het juiste voorzetsel.
à
en
au
aux
Rotterdam
Etats-Unis
Londres
Turquie
Maroc
Canada
France
Pays-Bas
Slide 28 - Sleepvraag
Paris
A
À
B
En
C
Au
D
Aux
Slide 29 - Quizvraag
États-Unis
A
À
B
En
C
Au
D
Aux
Slide 30 - Quizvraag
Lille
A
À
B
En
C
Au
D
Aux
Slide 31 - Quizvraag
à / en / au / aux
J'habite
à
Dedemsvaart.
C'est un village
en
Hollande.
Ma mère a été
au
Portugal.
Nous allons
aux
États-Unis.
Slide 32 - Tekstslide
Règle grammaire
plaatsnamen -> in of naar =
à
vrl landennaam -> in of naar =
en
mnl landennaam -> in of naar =
au
mv landennaam -> in of naar =
aux
Slide 33 - Tekstslide
Continents
Om continenten aan te geven gebruik je het voorzetsel '
en
'.
Voorbeeld:
En
Afrique
En
Europe
Amérique / Asie / Océanie
Slide 34 - Tekstslide
à
en
au
aux
Italie
Bruxelles
Pays-Bas
Luxembourg
Paris
États-Unis
Pérou
Asie
Slide 35 - Sleepvraag
Quel temps fait-il?
Slide 36 - Tekstslide
La météo: sleep het juiste weer naar het juiste plaatje.
Il fait mauvais
Il fait chaud
Il fait froid
Il fait 22 degrés
il fait beau
Slide 37 - Sleepvraag
La météo: sleep het juiste weer naar het juiste plaatje.
Il neige
Il y a du soleil
Il pleut
Il fait -5 degrés
Il y a du vent
Slide 38 - Sleepvraag
Il fait très ..... ici, zéro degrés
A
chaud
B
mille
C
vent
D
froid
Slide 39 - Quizvraag
J'ai fait des randonnées et
on a visité les monuments.
Tu as fait
quoi
?
___________________
Quoi/activités?
Slide 40 - Tekstslide
Les activités
Qu'est-ce que tu as fait pendant les vacances?
Slide 41 - Tekstslide
Qu'est-ce que c'est comme activité?
A
j'ai fait du kayak
B
j'ai fait du cheval
C
j'ai fait de la voile
D
j'ai fait du shopping
Slide 42 - Quizvraag
Qu'est-ce que c'est comme activité?
A
j'ai fait du shopping
B
j'ai joué au football
C
j'ai nagé dans la piscine
D
j'ai fait du kayak
Slide 43 - Quizvraag
Qu'est-ce que c'est comme activité?
A
j'ai fait du shopping
B
j'ai fait du SUP
C
j'ai nagé dans la piscine
D
j'ai fait du surf
Slide 44 - Quizvraag
Ik kan de passé composé toepassen om te vertellen waar ik op vakantie ben geweest.
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 45 - Poll
Ik weet hoe ik de voorzetsels voor landen moet toepassen
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 46 - Poll
Meer lessen zoals deze
Chapitre 5 MH2 les 10 di 22-06-2021
Juni 2021
- Les met
29 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 2
2tm voorzetsels bij landennamen
September 2020
- Les met
42 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
2HV: Chapitre 4: chp 2
Februari 2021
- Les met
18 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Chapitre 1, voca + grammaire
September 2023
- Les met
37 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Leçon 09: voorzetsels landen
Maart 2022
- Les met
33 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
2HV - voorbereiding test/vakantiekaart
Oktober 2022
- Les met
30 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
jeudi, le 9 mai
Mei 2019
- Les met
28 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
2MHV - voorbereiding test
Oktober 2020
- Les met
24 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2