In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Leven op het domein.
par 2
Slide 1 - Tekstslide
Paragraaf 3- Leven op het platteland
Einde handel --> leven van het land
Meeste mensen leefden op een domein: berscherming in ruil voor afstaan land
Op het domein woonden een heer, en vrije boeren
Horigen verrichtten herendiensten en betaalden pacht
In het hofstelsel waren er rechten, plichten en voorrechten
Slide 2 - Tekstslide
Wat weet jij over het leven in de Middeleeuwen?
Slide 3 - Woordweb
Slide 4 - Tekstslide
Hofstelsel
Een dorp met landbouwgrond heette een domein
De heer, bijvoorbeeld een ridder, was de baas van een domein: alle grond was van hem.
Hij woonde soms in een donjon, een soort kasteel en soms in een vroonhof, de grote boerderij van de heer in het dorp
Slide 5 - Tekstslide
Het hofstelsel
De boeren moesten een deel van de tijdwerken op het land van de heer of andere klusjes doen voor de heer. Deze klusjes werden ook wel herendiensten genoemd.
De boeren produceerden hun eigen voedsel. Een deel van hun opbrengst moesten zij afstaan aan de heer als een soort van belasting.
Slide 6 - Tekstslide
Een donjon, of mottekasteel, was een versterkte wachttoren. Hier woonde de heer als er gevaar was.
Het gebied buiten het domein bestond uit de grond van de vrije boeren en de woeste gronden, onontgonnen gebied en bossen.
De vrije boeren moesten tijdens een oorlog wél meevechten met de heer. De wapenuitrusting moesten ze zelf betalen.
Meestal moesten de vrije boeren ook pacht betalen.
De akkers van de heer werden bewerkt door horigen. Er waren akkers waarbij de volledige opbrengst naar de heer ging, en er waren akkers waarbij een deel van de opbrengst voor de horige boeren was. Overigens moesten ze hun pacht ook weer van deze opbrengst betalen.
Het vroonhof was de boerderij (hoeve) van de heer. Hier woonde de heer als er geen gevaar was. De opbrengsten van zijn akkers werd in schuren opgeslagen. In woningen naast een vroonhof woonden de horige boeren in geval van gevaar, zoals oorlog.
Bij het vroonhof waren stallen voor de dieren en boomgaarden.
Horigen woonden in vredestijd buiten het vroonhof
Met het hofstelsel bedoelen we het hele systeem (stelsel) van heren en horigen, inclusief de pacht en de herendiensten.
Slide 7 - Tekstslide
Waarom wonen op een domein?
De boeren waren niet vrij en moesten verschillende klusjes doen voor de heer. Waarom koos een boer er dan toch voor om te gaan wonen en werken op een domein?
De tijd van monniken en ridders was een tijd waarin het erg onveilig was. Als ruil voor het doen van al die klusjes voor de heer beschermde de heer de boeren van bijvoorbeeld roversbendes.
Slide 8 - Tekstslide
Weinig geld en weinig handel
In de tijd van monniken en ridders werd geld heel weinig gebruikt en was er bijna geen handel.
Het domein was zelfvoorzienend. Alles wat nodig was op een domein maakten de boeren zelf.
Slide 9 - Tekstslide
Het hofstelsel:
Slide 10 - Tekstslide
Veel plichten,
weinig rechten
Iedereen op het domein van de heer hoorde bij het domein
De boeren waren horigen van de heer: ze moesten gehoorzaam zijn
Om op de grond van de heer te kunnen wonen, moest je pacht betalen.
De horigen waren ook verplicht om herendiensten, klusjes, te doen.
Een horige moest overal toestemming voor vragen, ook om te trouwen
Een gevluchte horige was na een jaar en een dag een vrije boer.
Slide 11 - Tekstslide
De horige boeren moesten verschillende herendiensten voor de heer verrichten. Noem 2 voorbeelden van een herendienst.