In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Onderdelen in deze les
Leven op het domein.
par 2
Slide 1 - Tekstslide
Wat waren de gevolgen van het verdwijnen van het west-romeinse rijk?
Slide 2 - Tekstslide
Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je herkennen en uitleggen hoe edelen hun grondgebied organiseerden en bestuurden, en hoe het leven van de boeren er uit zag.
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Een domein
Slide 5 - Tekstslide
Het hofstelsel:
Slide 6 - Tekstslide
Welke kenmerken passen bij de de tijd van monniken en ridders?
A
Handel over lange afstand
B
Autarkische samenleving
C
Centraal bestuur
D
Hofstelsel
Slide 7 - Quizvraag
Slide 8 - Video
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
leven op een domein par.2
Slide 13 - Tekstslide
Hofstelsel (1)
Een dorp met landbouwgrond heette een domein
De heer, bijvoorbeeld een ridder, was de baas van een domein: alle grond was van hem.
Hij woonde soms in een donjon, een soort kasteel en soms in een vroonhof, de grote boerderij van de heer in het dorp
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Hofstelsel (2)
In het hofstelsel was het domein in twee stukken verdeeld.
Het ene deel van de grond was verpacht (verhuurd) aan horige boeren voor eigen opbrengst. Zij moesten een deel van opbrengst als pacht (belasting) betalen)
De opbrengst van het andere deel was volledig van de heer.
Slide 16 - Tekstslide
Een donjon, of mottekasteel, was een versterkte wachttoren. Hier woonde de heer als er gevaar was.
Het gebied buiten het domein bestond uit de grond van de vrije boeren en de woeste gronden, onontgonnen gebied en bossen.
De vrije boeren moesten tijdens een oorlog wél meevechten met de heer. De wapenuitrusting moesten ze zelf betalen.
De akkers van de heer werden bewerkt door horigen. Er waren akkers waarbij de volledige opbrengst naar de heer ging, en er waren akkers waarbij een deel van de opbrengst voor de horige boeren was. Overigens moesten ze hun pacht ook weer van deze opbrengst betalen.
Het vroonhof was de boerderij (hoeve) van de heer. Hier woonde de heer als er geen gevaar was. De opbrengsten van zijn akkers werd in schuren opgeslagen. In woningen naast een vroonhof woonden de horige boeren in geval van gevaar, zoals oorlog.
Bij het vroonhof waren stallen voor de dieren en boomgaarden.
Horigen woonden in vredestijd buiten het vroonhof
Met het hofstelsel bedoelen we het hele systeem (stelsel) van heren en horigen, inclusief de pacht en de herendiensten.
Slide 17 - Tekstslide
Veel plichten,
weinig rechten
Iedereen op het domein van de heer hoorde bij het domein
De boeren waren horigen van de heer: ze moesten gehoorzaam zijn
Om op de grond van de heer te kunnen wonen, moest je pacht betalen.
De horigen waren ook verplicht om herendiensten, klusjes, te doen.
Een horige moest overal toestemming voor vragen, ook om te trouwen
Een gevluchte horige was na een jaar en een dag een vrije boer.
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Het systeem van heren en horigen die samenleven op een domein heet ...
A
Herendiensten
B
Vazalliteit
C
het Hofstelsel
D
het Drieslagstelsel
Slide 22 - Quizvraag
Hoe noemen we het systeem dat iets of iemand zelfvoorzienend is, dus geen handel heeft met de buitenwereld?
A
Hofstelsel
B
Domein
C
Autarkisch
D
Privileges
Slide 23 - Quizvraag
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd
Slide 24 - Open vraag
Stel 1 vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen