Palliatieve zorg

Palliatieve zorg
Verdieping in de GHZ
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Palliatieve zorg
Verdieping in de GHZ

Slide 1 - Tekstslide

Agenda
  • Wat is palliatieve zorg
  • De 4 fasen van palliatieve zorg 
  •  Het verloop van de palliatieve fase
  • Wat is het verschil tussen palliatieve zorg en terminale zorg 
  • Palliatieve sedatie 
  • Misverstanden palliatieve sedatie
  • Methodes om behoeftes te signaleren
  • Moment van overlijden
  • Acties na overlijden
  • Palliatieve zorg in gehandicaptenzorg
  • Samenvatten en doelen evalueren 

Slide 2 - Tekstslide

Doelen
Aan het einde van de les kunnen de studenten in 1 zin benoemen wat palliatieve zorg inhoudt.
Aan het einde van de les kunnen de studenten vertellen uit welke fases de palliatieve zorg bestaat.
Aan het einde van de les kunnen de studenten beschrijven wanneer je behoefte hebt aan palliatieve zorg.
Aan het einde van de les kunnen de studenten de verschillen benoemen tussen palliatieve en terminale zorg.
Aan het einde van de les kunnen de studenten benoemen wat de palliatieve zorg anders maakt in de gehandicaptenzorg.

Slide 3 - Tekstslide

Wat weten jullie al over palliatieve zorg?

Slide 4 - Open vraag

Wat is palliatieve zorg?
Zorg die gericht is op het verlichten van klachten bij een levensbedreigende ziekte. Deze zorg is niet gericht op genezing, maar op de kwaliteit van leven. Het is ‘totale zorg’ gericht op lichamelijke, psychische, sociale en spirituele veranderingen voor palliatieve patiënten én naasten.



Slide 5 - Tekstslide

Wanneer kun je palliatieve zorg krijgen 
Wanneer er geen genezing meer mogelijk is

Bij elke ziekte en bij elk persoon zal dit traject anders verlopen 
Bij kanker vaak als het ‘mogelijk genezen’ omslaat naar ‘ongeneeslijk’

Slide 6 - Tekstslide

De 4 fasen van palliatieve zorg 
Fase 1 
Ziektegerichte palliatie: De ziekte wordt behandeld zonder dat genezing mogelijk is.

Slide 7 - Tekstslide

De 4 fasen van palliatieve zorg 
Fase 2
Symptoomgerichte palliatie: De focus ligt op het verlichten en onder controle houden van de symptomen.

Slide 8 - Tekstslide

De 4 fasen van palliatieve zorg
Fase 3
Palliatie in de stervensfase: In deze fase verschuift de aandacht van kwaliteit van leven naar kwaliteit van sterven. Deze fase duurt meestal slechts een paar dagen, de laatste dagen voor het overlijden.

Slide 9 - Tekstslide

De 4 fasen van palliatieve zorg
Fase 4
Nazorg: De nazorg voor naasten na het overlijden van de cliënt wordt meestal ook gezien als onderdeel van de palliatieve zorg. De naasten hebben tijd en ruimte nodig om het overlijden van hun dierbare te verwerken. Soms hebben ze behoefte aan ondersteuning, denk hierbij aan gesprekken.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Het verloop van de palliatieve fase
A. Abrupt einde, bijvoorbeeld bij kanker
B. Periodes van een terugval, bijvoorbeeld bij COPD
C. Een geleidelijke achteruitgang, bijvoorbeeld bij dementie. 

Slide 12 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen palliatieve zorg en stervensfase zorg?

Slide 13 - Open vraag

Verschil palliatieve zorg en terminale zorg

Palliatieve zorg - niet meer beter worden 

stervens fase -  minder dan 3 maanden te leven 

Slide 14 - Tekstslide

Palliatieve sedatie
'het verlagen van het bewustzijn van een patiënt'

Oppervlakkige sedatie = bewustzijn met tussenpozen verlaagd
Continu sedatie = continu tot aan overlijden 

Slide 15 - Tekstslide

medische handelen in de laatste levens fase
niet meer beginnen met behandelen, stoppen met behandelen = abstineren
NTBR= Not to be reanimated
niet meer eten en of drinken= versterven, is een milde langzame manier van overlijden

Slide 16 - Tekstslide

Veel voorkomende misverstanden palliatieve sedatie

Palliatieve sedatie - euthanasie
Altijd een keuze voor de patiënt
Versnelt het overlijden


Slide 17 - Tekstslide

Methodes om behoeften te signaleren in de palliatieve fase
Het signaleringsset: geschreven voor verzorgende Om op een methodische manier de behoeften en problemen te kunnen inventariseren
Zorgpad stervensfase : onderdeel van de richtlijn Zorg in de stervensfase. Het geeft artsen en verpleegkundigen handvatten bij de zorg en tijdens het mdo.
Besluitvorming in de palliatieve fase: helpt professionals adequaat te reageren op problemen die zich voordoen in de palliatieve fase

Slide 18 - Tekstslide

Moment van overlijden 
Kenmerken van overlijden: Koude neus, handen en voeten.
Ademhaling wordt onregelmatiger , Spits gelaatstrekken, nagels kunnen een grijze kleur krijgen, donkere vlekken op het lichaam ( lijkvlekken) en incontinentie
Waarschuw de naasten ( volgens afspraak) en collega’s

Slide 19 - Tekstslide

Acties na overlijden 
Blijf rustig
Volg wensen na overlijden
Ogen mogen gesloten worden/ handen goed gelegd worden. Dit is vaak een ontroerend moment
Neem de tijd voor emoties en vang naasten op
Bel als eerste de arts
Schakel evt. de begrafenis ondernemer in ( afhankelijk van evt familie en werkveld)
Volg verder het protocol van de instelling
Vergeet jezelf niet !

Slide 20 - Tekstslide

Doelen evalueren 
Aan het einde van de les kunnen de studenten in 1 zin benoemen wat palliatieve zorg inhoudt.
Aan het einde van de les kunnen de studenten vertellen uit welke fases de palliatieve zorg bestaat.
Aan het einde van de les kunnen de studenten beschrijven wanneer je behoefte hebt aan palliatieve zorg.
Aan het einde van de les kunnen de studenten de verschillen benoemen tussen palliatieve en terminale zorg.
Aan het einde van de les kunnen de studenten benoemen wat de palliatieve zorg anders maakt in de gehandicaptenzorg.

Slide 21 - Tekstslide

bucket list

Slide 22 - Tekstslide