H4.4 chemische reacties

H4 Stoffen
4.4 chemische reacties
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

H4 Stoffen
4.4 chemische reacties

Slide 1 - Tekstslide

Lesplanning
  • Startopdracht
  • Leerdoelen 4.4
  • Uitleg 4.4
  • Vragen over de uitleg
  • Aan de slag 

Slide 2 - Tekstslide

Startopdracht
Een voorbeeld van een gevaarlijke stof is waterstofperoxide.
a Welk gevarensymbolen zie je op de containers staan?

b Welke P-zin zou bij waterstofperoxide kunnen horen?
  A Kan allerlei stoffen en ook je huid ernstig aantasten.
  B Kan schadelijk zijn voor vissen.
  C Kan gemakkelijk in brand vliegen.
  D Verwijderd houden van ontstekingsbronnen.
 


timer
3:00

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen
4.4.1 Je kunt een aantal chemische reacties herkennen die veel in het dagelijks leven voorkomen.
4.4.2 Je kunt toelichten dat bij een chemische reactie zowel stoffen verdwijnen als stoffen ontstaan.
4.4.3 Je kunt aan de hand van een reactieschema uitleggen wat er gebeurt bij een ontledingsreactie en bij een verbrandingsreactie.
4.4.4 Je kunt uitleggen wat er nodig is om een verbrandingsreactie op gang te brengen.
4.4.5 Je kunt beschrijven hoe corrosie verloopt bij ijzer en bij andere veelgebruikte metalen.

Slide 4 - Tekstslide

Wat zijn chemische reacties?
  • Verschillende stoffen
  • Begin product - Eind product
  • Niet terug te draaien

Slide 5 - Tekstslide

Reactieschema's
Bij elke chemische reactie verdwijnt minstens één stof, terwijl er tegelijk één of meerdere nieuwe stoffen ontstaan. 

 Reactie schema: in zo’n schema zet je achtereenvolgens:
  • de stoffen die verdwijnen
  • een pijl
  • de stoffen die ontstaan 


Slide 6 - Tekstslide

Reactie schema
calciumcarbide + water → ethyn + calciumhydroxide



methaan + zuurstof → koolstofdioxide + water


Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Ontleden van een stof
Bij het ontleden van een stof is er altijd maar 1 stof voor de pijl!

Bijvoorbeeld:
water → waterstof + zuurstof


Dit heet een ontledingsreactie.

Slide 9 - Tekstslide

Chemische reacties
Ontledingsreactie 
  • Kosten energie 

Type ontledingreacties:
  • Fotolyse 
  • Thermolyse 
  • Elektrolyse

-> Licht
-> Warmte
-> Elektriciteit

Slide 10 - Tekstslide

Verbrandingsreactie
Om een verbrandingsreactie op gang te brengen, zijn drie dingen nodig:
• Een brandbare stof
• Voldoende zuurstof
• Een temperatuur die hoog genoeg is

  • brandstof + zuurstof → verbrandingsproducten

Slide 11 - Tekstslide

Chemische reacties

  • Bijv.: Verbranding van magnesium:
  • 2 Mg + O2 -> 2 MgO

  • Bijv.: Verbranding van Aluminium:
  • 4 Al + 3 O2 -> 2 Al2O3

Slide 12 - Tekstslide

Corrosie
Corrosie is een chemische reactie.

Corrosie is de aantasting van metalen onder invloed van water en zuurstof. Bij ijzer noemt men corroderen ook wel roesten.

Slide 13 - Tekstslide

Corrosie
Metalen die volledig door kunnen corroderen zijn bijv.: Staal en ijzer

Metalen waarvan alleen de buitenste laag corrodeert zijn bijv.: tin, zink, aluminium koper

Metalen die niet aangetast kunnen worden door corrosie zijn: goud, zilver, platonisme

Slide 14 - Tekstslide

Welk metaal is niet gevoelig voor corrosie?
A
Ijzer
B
Koper
C
Aluminium
D
Goud

Slide 15 - Quizvraag

Een ontledingsreactie kun je herkennen aan:
A
er staan 2 of meerdere beginstoffen
B
er is maar één beginstof
C
er is maar één reactieproduct

Slide 16 - Quizvraag

Welke onderstaande reactie(s) is/zijn een ontledingsreactie?
A
Mg+O22MgO
B
2P2O5P4+5O2
C
CH4C+2H2
D
H2+Cl22HCl

Slide 17 - Quizvraag

In het reactieschema van een verbranding staat:
A
altijd zuurstof voor de pijl
B
altijd zuurstof na de pijl
C
nooit zuurstof
D
maar één beginstof

Slide 18 - Quizvraag

Welke reactie(s) is/zijn een verbrandingsreactie?
A
kwikoxide(s) -> kwik (l)+ zuurstof (g)
B
water (l) -> waterstof (g) + zuurstof (g)
C
magnesium (s) + zuurstof (g) -> magnesiumoxide (s)
D
ammoniumdichromaat (s) -> chroomoxide(s) + stikstof (g) + water (l)

Slide 19 - Quizvraag

Aan de slag
Lees zelf 4.4 door

Maak dan opgave:
1, 3, 4, 6, 7, 9 en 10

Ben je klaar? 
Kijk dan eens naar de test jezelf

Slide 20 - Tekstslide