testje paragraaf 5.3

Huurtoeslag is een voorbeeld van het solidariteitsbeginsel.
A
Juist
B
Onjuist
1 / 13
volgende
Slide 1: Quizvraag

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen.

Onderdelen in deze les

Huurtoeslag is een voorbeeld van het solidariteitsbeginsel.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 1 - Quizvraag

De zorgverzekering is gebaseerd op het solidariteitsbeginsel.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 2 - Quizvraag

Sociale zekerheid gaat uit van solidariteitsbeginsel, wat is het solidariteitsbeginsel
A
De sterken helpen de zwakken
B
De zwakken worden niet geholpen
C
Mensen die niet willen werken krijgen geld
D
Als je 67 jaar bent krijg je te maken met het UWV

Slide 3 - Quizvraag

Wat is niet juist over het solidariteitsbeginsel?
A
Het solidariteitsbeginsel zorgt voor een oneerlijkere verdeling van het welzijn.
B
Het houdt in dat iedereen een stukje van zijn inkomen afstaat aan de armere mensen.
C
Een AOW of WW is een voorbeeld van een solidariteitsbeginsel.
D
De sterkeren helpen de zwakkeren.

Slide 4 - Quizvraag

Sociale zekerheid
Volksverzekeringen
Sociale voorzieningen
Sociale verzekeringen
Werknemers-verzekeringen

Slide 5 - Sleepvraag

Werknemersverzekering
Volksverzekering
WW
WIA
ZW
ANW
AOW

Slide 6 - Sleepvraag

Het belangrijkste verschil tussen sociale verzekeringen en volksverzekeringen is dat sociale verzekeringen:

A
vrijwillig zijn en betaald worden door premieheffing.
B
vrijwillig zijn en betaald worden door de overheid.
C
verplicht zijn en betaald worden uit de belastingopbrengst van burgers.
D
verplicht zijn en betaald worden door premieheffing.

Slide 7 - Quizvraag

Wat zijn werknemers verzekeringen?
A
WW (werkloosheidswet) & WIA (Wet inkomen en inkomen naar arbeidsvermogen)
B
AOW (algemene ouderdomswet) & ANW (algemene nabestaandenwet)
C
Dat consumenten minder gebruik gaan maken van bepaalde producten.
D
Dat de overheid een extra inkomstenbron heeft.

Slide 8 - Quizvraag

Wat is GEEN sociale verzekering?
A
WW
B
WAO
C
AOW
D
Bijstand

Slide 9 - Quizvraag

Wat is geen werknemers verzekering?
A
WW
B
AOW
C
ZW
D
WIA

Slide 10 - Quizvraag

Wat is de AOW?
A
een sociale voorziening
B
een volks verzekering
C
een werknemers verzekering
D
geen van deze 3

Slide 11 - Quizvraag

Sociale voorzieningen worden betaald van belastinggeld. Wat is geen sociale voorziening?
A
zorgtoeslag
B
WW
C
Bijstand
D
huurtoeslag

Slide 12 - Quizvraag

Hoe noem je het door de overheid vastgestelde minimumbedrag dat je nodig hebt om van te leven? Kies het juiste antwoord.
A
verzorgingstaat
B
sociaal minimum
C
huurtoeslag
D
verzorgingsstaat

Slide 13 - Quizvraag