07. Thema 5.4 Het zenuwstelsel (1)

Thema 5: Waarneming en gedrag
Basisstof 4: Het zenuwstelsel
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Thema 5: Waarneming en gedrag
Basisstof 4: Het zenuwstelsel

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
Huiswerk bespreken
Thema 5 bs 4
Huiswerk

Slide 2 - Tekstslide

Maken Thema 1:

Huiswerk 8 mei
Maken §5.3: af
+
Leren 5.1 + 5.2 + 5.3



KGT

Slide 3 - Tekstslide

Doel: Het zenuwstelsel
Je kunt de bouw en functies van het zenuwstelsel beschrijven.

Slide 4 - Tekstslide

Inleiding
Zintuigcellen geven impulsen door aan zenuwen.
De zenuwen geleiden impulsen door naar de hersenen.
De hersenen sturen impulsen door naar spieren en klieren.

Slide 5 - Tekstslide

Het zenuwstelsel bestaat uit het centrale zenuwstelsel en zenuwen.

De zenuwen verbinden het centrale zenuwstelsel met alle lichaamsdelen.

Slide 6 - Tekstslide

Het centrale zenuwstelsel wordt gevormd door de hersenen en het ruggenmerg.

Het ruggenmerg bestaat uit zenuwen.

Slide 7 - Tekstslide

Impulsen
Impulsen die in de zintuigcellen van de ogen ontstaan, worden door zenuwen naar het ruggenmerg geleid.
Impulsen die in de zintuigcellen in de neus ontstaan, worden door andere zenuwen naar het ruggenmerg geleid.

Alle impulsen worden via zenuwen in het ruggenmerg naar de hersenen geleid. het ruggenmerg is omgeven door de wervels van de wervelkolom.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

In de zintuigcellen van het gezichtszintuig ontstaan impulsen.

De impulsen worden door zenuwen via het ruggenmerg naar de hersenen geleid.

Slide 10 - Tekstslide

De hersenen verwerken de impulsen van alle zintuigen.
Daardoor word je je bewust van alle dingen die je waarneemt.

Het meisje wordt zich bewust van de bonbons op het schaaltje.

Slide 11 - Tekstslide

Impulsen
Als je je bewust wordt van de dingen die je waarneemt, kun je ook bewust reageren.
Er ontstaan dan impulsen in je hersenen.

Slide 12 - Tekstslide

In de afbeelding hiernaast worden de impulsen van de hersenen naar de speekselklieren en naar de spieren in de arm geleid.

De speekselklieren reageren op de impulsen door speeksel af te scheiden. De armspieren reageren op de impulsen door zich samen te trekken.
Hierdoor pakt het meisje een bonbon en brengt hem naar haar mond.

Slide 13 - Tekstslide

Klier
Het zenuwstelsel heeft twee functies:
- verwerken van de impulsen die van de zintuigen afkomen.
- regelen van de werking van spieren en klieren.

Een klier is een orgaan dat bepaalde stoffen produceert, bijvoorbeeld zweetklieren, talgklieren en speekselklieren.

Slide 14 - Tekstslide

van prikkel naar reactie!!
prikkel -> zintuigcellen -> impuls -> via de zenuwen naar de hersenen -> je word je bewust van een prikkel

impuls in de hersenen -> via de zenuw naar een spier of een klier -> samentrekken spier/klier maakt stoffen

Slide 15 - Tekstslide

Doel: Het zenuwstelsel
Je kunt de bouw en functies van het zenuwstelsel beschrijven.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Maken Thema 1:

Huiswerk 9 mei
Maken §5.4: 1-4
+
Leren 5.1 + 5.2 + 5.3 + 5.4



KGT

Slide 18 - Tekstslide

Nabespreking
Hoe is het gegaan?
Wat ging goed?
Wat vond je moeilijk?
Welke vragen heb je nog?

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide