* Zelfstandig werken aan §14.3 Het zenuwstelsel (dl 2)
* Uitleg bij §14.3 Het zenuwstelsel (dl 2)
Huiswerk: samenvatting + opdr 1 t/m 13 van §14.3
SO H14.2 t/m 14.4 op maandag 20 februari!
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4
In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 80 min
Onderdelen in deze les
Module Regeling (Nectar H14)
Les 3: Het zenuwstelsel dl 1
* Zelfstandig werken aan §14.3 Het zenuwstelsel (dl 2)
* Uitleg bij §14.3 Het zenuwstelsel (dl 2)
Huiswerk: samenvatting + opdr 1 t/m 13 van §14.3
SO H14.2 t/m 14.4 op maandag 20 februari!
Slide 1 - Tekstslide
Module Regeling
Waarneming van prikkels mbv zintuigen
Impulsen over gevoelszenuwen
Verwerken van informatie in het centrale zenuwstelsel
Impulsen over bewegingszenuwen
Slide 2 - Tekstslide
§14.3 Het zenuwstelsel (dl 1)
Je gaat uitzoeken uit welke onderdelen het zenuwstelsel is opgebouwd!
Anatomische indeling
Functionele indeling
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
§14.3 Het zenuwstelsel (dl 2)
Je gaat uitzoeken hoe verschillende zenuwcellen zijn opgebouwd!
Bouw van zenuwcellen
Verschillende type zenuwen
Slide 7 - Tekstslide
Zenuwcellen
Zenuwweefsel bestaat uit zenuwcellen en ondersteunende cellen.
Zenuwcellen hebben een cellichaam (waar de kern zit) en uitlopers (lange 'armen' van de cel)
Slide 8 - Tekstslide
Zenuwcellen
Gevoelszenuwcellen/ sensorische neuronen
Schakelcellen
Bewegingszenuwcellen/ motorische neuronen
Slide 9 - Tekstslide
Regelkringen
Slide 10 - Tekstslide
Negatieve terugkoppeling
Regelcentrum: brein (meestal)
Norm: de ideale waarde
Receptor: meet de waarde en geeft het door aan het regelcentrum
Effector: het ding dat in opdracht van het regelcentrum de waarde verandert (omhoog en/ of omlaag).
Slide 11 - Tekstslide
Volgende les heb je af:
Een samenvatting van §14.3 Het zenuwstelsel (dl 2) op papier
Opdracht opdr 1 t/m 13 van 14.3 via Nectar Online (= huiswerk)
Let op: SO 14.2 t/m 14.4 op maandag 20 feb!
Slide 12 - Tekstslide
Orgaan dat prikkels op kan vangen.
Orgaanstelsel dat bestaat uit hersenen, ruggenmerg en zenuwen.
Gedeelte van het zenuwstelsel dat uit hersenen en ruggenmerg bestaat.
Cel in het zenuwstelsel die impulsen kan geleiden.
Cel in een zintuig waar een prikkel wordt omgezet in een impuls.
Zintuig
Zenuwstelsel
Centraal zenuwstelsel
Zenuwcel
Zintuigcel
Slide 13 - Sleepvraag
Als je parasympathische zenuwstelsel meer doet dan je sympatische zenuwstelsel, dan ben je...
A
in rust
B
in actie
Slide 14 - Quizvraag
Deze cellen zitten alleen in het centraal zenuwstelsel.
A
Schakelcel
B
Motorische zenuwcel
C
Sensorische zenuwcel
D
Zintuigcel
Slide 15 - Quizvraag
Deze cellen hebben alleen contact met andere zenuwcellen.
A
Schakelcel
B
Motorische zenuwcel
C
Sensorische zenuwcel
D
Zintuigcel
Slide 16 - Quizvraag
Als je dronken bent, sta je wat wankel op je benen. Je motoriek is niet zo goed meer. Op welk deel van de hersenen heeft alcohol blijkbaar invloed?
A
de grote hersenen
B
de kleine hersenen
C
de thalamus
D
de hersenstam
Slide 17 - Quizvraag
Ook heb je , als je dronken bent, een verminderd reactievermogen. Je reageert trager op prikkels. Op welk deel van de hersenen heeft alcohol blijkbaar invloed?