A3ab semaine 02, chap 3 - source C
le futur (F)
F proche: vorm van aller + hele ww
par ex: Je vais acheter des fraises. = ik ga aardbeien kopen.
F simple: stam vd futur + uitgang vd futur (ai,as,a,ons,ez,ont)
* onreg.ww => opzoeken achterin TB (p. 142-149) + leren
par ex: j'irai = ik zal gaan; nous verrons = we zullen zien;
* reg.ww => hele ww (eventueel laatste e eraf) + uitgangen
par ex: le réveil sonnera = de wekker zal afgaan;