Les 26 november - §2.3 Rome

§2.3 Het Romeinse Rijk
Van dorp tot wereldrijk 
1 / 45
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

§2.3 Het Romeinse Rijk
Van dorp tot wereldrijk 

Slide 1 - Tekstslide

Van dit ->

Slide 2 - Tekstslide

Naar een wereldrijk met zo'n 46 landen.

Van welke landen weet je al dat ze binnen het Romeinse Rijk vielen?

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen:
1) Je kunt uitleggen wie er mogen meebeslissen in een monarchie, aristocratie en democratie.

2) Je kunt de bestuursvormen monarchie, republiek en keizerrijk in chronologische volgorde (van oud naar nieuw) binnen de Romeinse geschiedenis plaatsen.

3) Je kunt uitleggen wat de limes was en hoe de limes er in Nederland uitzag. 

Slide 4 - Tekstslide

Chronologische volgorde
In volgorde van tijd, van later naar eerder.


Slide 5 - Tekstslide

Zoek in 2.2 en 2.3 de woorden monarchie, aristocratie, republiek en democratie op. Schrijf voor elk begrip de betekenis op en wie in deze bestuursvormen de macht heeft.

Slide 6 - Tekstslide

Bestuursvormen:
Monarchie (alleen - heersen):
= één bestuurder (koning of keizer) die de macht heeft door erfopvolging.

Aristocratie (de besten regeren):
= de macht in handen van een kleine groep rijke mensen

Democratie (het volk regeert):
= het volk kiest zijn leiders 

Republiek = een land zonder koning of keizer

Slide 7 - Tekstslide

Gezamenlijk lezen: 2.3.1


Slide 8 - Tekstslide

Programma:
- Uitleg politieke geschiedenis Rome
- Opdracht tijdlijn Rome
- Opdracht bestuursvormen
- Uitleg uitbreiding Romeinse Rijk
- Opdracht grenzen van het Romeinse Rijk
- Opdrachten Tijd voor Geschiedenis (?)

Slide 9 - Tekstslide

Rome onder de Etrusken
- Rond 750 v.C. onderdeel van de monarchie van de Etrusken. 

- Rond 509 v.C. Romeinse opstand tegen de Etrusken.

Slide 10 - Tekstslide

Stichting van de Romeinse Republiek
- Na het verdrijven van de Etrusken wordt Rome een republiek.

- In een republiek de macht niet in handen is van een keizer of koning, maar van een gekozen hoogste leider. Maar het was geen democratie...

- Rome werd geleid door een senaat. De senaat bestond uit rijke en invloedrijke mannen uit de machtigste families van Rome. Als senator werden zij voor het leven benoemd. Om hun kleine aantal, rijkdom en macht is daarom sprake van Romeinse aristocratie.

Slide 11 - Tekstslide

Republiek gaat over de vraag wat voor staatshoofd een land heeft.



Democratie gaat over de vraag hoe de macht verdeeld is/wie er mag meebeslissen.
"Nederland heeft een koning, dus geen republiek. Maar we mogen wel stemmen, dus het is wel een democratie."

"Amerika heeft geen koning, maar een president, dus het is een republiek én een democratie."

Slide 12 - Tekstslide

De val van de senaat
- Sterke legerleiders werden steeds populairder onder de bevolking, zo ook Julius Caesar.

- Na een burgeroorlog greep Caesar de macht en benoemde zichzelf als dictator.

- De aristocratie was niet blij met Caesar. In 44 v.C. werd hij vermoord in een complot.

Slide 13 - Tekstslide

De opvolging van Caesar
- Na de dood van Caesar volgde zijn adoptiezoon/achterneef Octavianus hem op. Dit leidde opnieuw tot een burgeroorlog. 

- Octavianus won de burgeroorlog in 27 v.C. en gaf zichzelf de titel Augustus (de Verhevene).

- Augustus zei de republiek te herstellen, maar stichtte feitelijk een keizerrijk. Hij werd bewust een keizer ipv koning.

- Onder het bewind van Augustus kwam de Pax Romana: de Romeinse vrede.


Slide 14 - Tekstslide

Maak: opdrachten 1 t/m 5 + 9

Slide 15 - Tekstslide

Bespreken:
Opdracht 1, 2a, 3c, 5, 9d, 9e

Slide 16 - Tekstslide

Lesdoel 1:
1) Je kunt uitleggen wie er de macht heeft in een monarchie, aristocratie en keizerrijk en deze bestuursvormen in chronologische volgorde (van oud naar nieuw) binnen de Romeinse geschiedenis plaatsen.

Slide 17 - Tekstslide

Monarchie
Aristocratie
Democratie
De leider van de republiek wordt gekozen door een kleine groep rijke, machtige mannen.
De leider van de republiek wordt gekozen door het volk. 
Het land heeft één leider die zijn macht heeft verkregen door erfopvolging.
Een kleine groep rijke families bestuurd het land.
De bevolking kiest zelf hun leiders.

Slide 18 - Sleepvraag

Keizerrijk
Monarchie
Republiek

Slide 19 - Sleepvraag

Maak een tijdlijn
Geboren
Peuterspeelzaal
Kleuterklas
Cito-toets
Middelbare    1 mavo
Middelbare    3 havo
havodiploma
HBO
Universiteit
Rabobank
ING
ONC Parkdreef

Slide 20 - Tekstslide

Maak een tijdlijn
A) ) Octavianus wint de burgeroorlog en benoemt zichzelf tot Augustus (de Verhevene). 
B) Rome valt onder de monarchie van de Etrusken
C) Rome wordt een republiek.
D)  Rome komt in opstand tegen de Etrusken.
E) Octavianus volgt Caesar op. Een burgeroorlog volgt.
G) Onder leiding van Octavianus/Augustus ontstaat de Romeinse vrede
H)  Julius Caesar grijpt de macht in Rome en wordt een dictator. 
F) Julius Caesar wordt vermoord.

Slide 21 - Tekstslide

Controleer jezelf!
B
D
C
H
F
E
A
G

Slide 22 - Tekstslide

Rome -> Leiden ong. 1300 km

Slide 23 - Tekstslide

Romeins imperialisme
- De Romeinen veroverden veel gebieden buiten Italië. Dit noemen we imperialisme

Imperialisme = Het uitbreiden van het grondgebied en de macht van een land of rijk door ander gebied te veroveren en andere volken te overheersen

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide


Uitbreiding tot aan de dood van Caesar

Slide 26 - Tekstslide

Schrijf zoveel mogelijk huidige landen op die binnen het Romeinse Rijk vielen. 
 Gebruik alleen de kaart die op het bord staat.

Wat valt je op aan Nederland?

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

De grens:
- Inwoners van veroverde gebieden nam gauw delen van de Romeinse cultuur over. Maar niet alle volken lieten zich zomaar overheersen. In Nederland boden de Germanen verzet.

 -De Romeinen wisten niet alle Germanen te verslaan. Hier kwam de grens van rijk.  De grens van het Romeinse Rijk staat bekend als de limes.


Slide 30 - Tekstslide

De limes in Nederland.

Zoek in tweetallen zoveel mogelijk huidige plaatsnamen op.

Wat valt je op aan de grens in Nederland?

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Gebruik de kaart op de achterkant van het blad. Op de kaart zie je Romeinse nederzettingen in Nederland. Sommige plaatsnamen zijn afgedekt met nummers. Schrijf voor elk nummer de huidige plaatsnaam op. Gebruik alleen de kaart van Google Maps!

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

 Zoek de ontbrekende plaatsnamen op aan de hand van de Romeinse namen en vul je lijstje hierboven aan.

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

1) Katwijk
2) Leiden
3) Rijswijk/Wijk bij Duurstede
4) Nijmegen
5) Alphen a/d Rijn
6) Voorburg
7) Utrecht

Slide 37 - Tekstslide

Op de kaart staat een volk vermeld dat niet onder de Romeinen viel, maar dat we vandaag de dag wel kennen in Nederland. Welk volk is dit?

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Tekstslide

Lesdoel 2:
 Je kunt uitleggen wat de limes was en je kunt de limes op de Nederlandse kaart aanwijzen. 

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Tekstslide

Verdediging van de grenzen
Langs de limes stonden verschillende forten en legereenheden om de grenzen te bewaken. Tussen de forten werden wegennetwerken aangelegd voor de soldaten. 

Waarvoor zouden die wegen nog meer handig kunnen zijn?

Slide 42 - Tekstslide

Alle wegen leiden naar Rome

Slide 43 - Tekstslide

Exitcard

Schrijf op:
Twee dingen die je hebt geleerd.
Één ding dat je interessant vond.
Één ding waar je nog een vraag over hebt. 

Slide 44 - Tekstslide

Huiswerk:
Maak §2.3 opdrachten:
1 t/m 5 en 9 t/m 15

Druk op inleveren als je klaar bent!

Slide 45 - Tekstslide