7.3 Afvalverwerking

7.3 Afvalverwerking
7.3.1 Je kunt uitleggen waarom het nuttig is om afval in verschillende soorten te scheiden.
7.3.2 Je kunt van afvalstoffen en kapotte spullen aangeven bij welke soort afval ze horen.
7.3.3 Je kunt vier manieren noemen om afval te verwerken, met hun voor- en nadelen.
7.3.4 Je kunt drie manieren beschrijven om milieuproblemen met afval te verminderen.
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

7.3 Afvalverwerking
7.3.1 Je kunt uitleggen waarom het nuttig is om afval in verschillende soorten te scheiden.
7.3.2 Je kunt van afvalstoffen en kapotte spullen aangeven bij welke soort afval ze horen.
7.3.3 Je kunt vier manieren noemen om afval te verwerken, met hun voor- en nadelen.
7.3.4 Je kunt drie manieren beschrijven om milieuproblemen met afval te verminderen.

Slide 1 - Tekstslide

Terugblik
  1. Je kunt vier belangrijke stappen beschrijven in het productieproces van een product.
  2. Je kunt grondstof, halffabricaat en eindproduct herkennen in een praktijkvoorbeeld.
  3. Je kunt drie gevolgen noemen die het maken van producten heeft voor het milieu.

Slide 2 - Tekstslide

2 Een grondstof is het eindproduct in een productieproces.
A
waar
B
niet waar

Slide 3 - Quizvraag

5 De grondstof ijzererts wordt in een hoogoven verwerkt tot het halffabricaat ruwijzer.
A
waar
B
niet waar

Slide 4 - Quizvraag

3 Alle materialen hebben dezelfde eigenschappen.
A
waar
B
niet waar

Slide 5 - Quizvraag

7.3 Leerdoelen
  1. Je kunt uitleggen waarom het nuttig is om afval in verschillende soorten te scheiden.
  2. Je kunt van afvalstoffen en kapotte spullen aangeven bij welke soort afval ze horen.
  3. Je kunt vier manieren noemen om afval te verwerken, met hun voor- en nadelen.
  4. Je kunt drie manieren beschrijven om milieuproblemen met afval te verminderen.

Slide 6 - Tekstslide

Verschillende afvalsoorten
  1. Papier/karton
  2. Plastic
  3. Glas
  4. Gft-afval
  5. Chemisch afval
  6.  Restafval

Slide 7 - Tekstslide

Afval
Afval hoort niet in het milieu. Door afval vervuilt het milieu. 
Bv: drinkwater dat vervuild is of dieren die doodgaan van plastic.

Afval moet nuttig worden gebruikt.
Huishoudelijk afval:
  1. Nuttige toepassing (compost, recycling en hergebruik)
  2. Verbranden
  3. Storten
Composteren :Afbreken van plantaardig afval door wormen, schimmels en
bacteriën, zodat compost overblijft.

Restafval
Afval dat niet hergebruikt of gecomposteerd kan worden. Het wordt 
daarom verbrand in een vuilverwerkingsinstallatie.

Slide 8 - Tekstslide

GFT-afval
Compost

Slide 9 - Tekstslide

Klein chemisch afval (KCA)

Voorbeelden:
  • Nagellak
  • Medicijnen
  • Batterijen
  • Lampen
  • Elektronica


Slide 10 - Tekstslide

Binas tabel 43

Slide 11 - Tekstslide

Binas tabel 43 (vervolg)

Slide 12 - Tekstslide

Recycling
Een deel van het afval wordt
gerecycled

Het papier doorloopt dus 
een kringloop
het wordt steeds opnieuw 
gebruikt (figuur 3).

Slide 13 - Tekstslide

Recycling
Een deel van het afval wordt gerecycled


Slide 14 - Tekstslide

Verbranden en storten
  • Restafval: afval dat je niet kunt composteren of recyclen, wordt bij voorkeur   verbrand.
  • Als het afval niet verbrand kan worden is de enige optie storten.
  • Verbranden heeft vergeleken met storten duidelijk voordelen:
  • Bij de verbranding ontstaat warmte die je nuttig kunt gebruiken.
  • Er hoeft geen ruimte te worden gezocht voor een stortplaats. De onbrandbare resten (slakken) die overblijven, kunnen worden gebruikt bij de aanleg van wegen.
  • Verbranding heeft ook een nadeel. 
  • Bij de verbranding van afval kunnen er schadelijke stoffen in de lucht terechtkomen.

Slide 15 - Tekstslide