29-1-2025 uitspraak ei, ie, äu, au, eu

DEUTSCH
 Willkommen im Deutschunterricht     
- Handy  in der Tasche
- Kauwgummi  ausspucken
- Bücher auf dem Tisch
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

DEUTSCH
 Willkommen im Deutschunterricht     
- Handy  in der Tasche
- Kauwgummi  ausspucken
- Bücher auf dem Tisch

Slide 1 - Tekstslide

der Unterrichtsplan

* Reader examenidioom de signaalwoorden onder de functie argumentatie. 

*Na klar: Kapitel 3 Lektion 2 Opg. 1, 2, 3, 5 und 6 machen. 



  

Slide 2 - Tekstslide

Wat betekent het signaalwoord: daher

Slide 3 - Open vraag

die  Lernziele

- je kent de betekenis van de woorden in de Reader Examenidioom: de signaalwoorden onder de functie argumentatie
- je weet wat de leesstrategie wel- niet- beweringen inhoudt en kunt deze herkennen. 

Je kent het verschil in uitspraak tussen -ei/-ie en -au/-äu / -eu. 

  

Slide 4 - Tekstslide

Welke 3 leesstrategieën heb je al geleerd?

Slide 5 - Open vraag

23-1-2024 Aussprache
Strategie wel-niet beweringen

Bij wel-niet-vragen moet je aangeven of een bewering wel of niet klopt met de tekst. 

Stappenplan
1. Lees eerst de bewering en markeer kernwoorden. 
2. Lees daarna het tekstgedeelte en vergelijk de bewering met het tekstgedeelte
3. Bepaal of elk deel van de bewering ook genoemd is in het betreffende tekstgedeelte. 

Slide 6 - Tekstslide

Wat betekent het woord: deshalb?

Slide 7 - Open vraag

Wat betekent het woord: Grund?

Slide 8 - Open vraag

Wat betekent het woord: weil?

Slide 9 - Open vraag

Wat betekent het woord: denn

Slide 10 - Open vraag

Aussprache

Slide 11 - Tekstslide

23-1-2024 Aussprache
Kapitel 3 
Lektion 5 Examentraining. 

blz. 119 t/m 121. 

Slide 12 - Tekstslide

Wat betekent het woord: es ist klar ?

Slide 13 - Open vraag

23-1-2024 Aussprache
Aussprache üben.

Kapitel 3 Lektion 2 

*  de klinkercombinatie - ei spreek je uit als ai: ein Ei

* de klinkercombinatie - ie spreek je uit als een lange -i : liegen

* de klinkercombinatie - au spreek je uit als - au: Baum

* de klinkercombinatie: - äu spreek je uit als - oi: Bäume

* de klinkercombinatie: - eu spreek je uit als - oi: heute

Slide 14 - Tekstslide

23-1-2024 Aussprache
Aufgabe 2, 3 und 6 machen ( gemeinsam)

Seite: 97, 98. 




Slide 15 - Tekstslide


                       Hausaufgaben: Maak opgave 1, 5 en leer                            Reader  Examenidioom: signaalwoorden                                              functie: tegenstelling en tijd











Slide 16 - Tekstslide

23-1-2024 Aussprache
Aussprache üben.

1. Beine 
2. Träume
3. Wiese
4. Leute
5. biegen
6. grausam


Slide 17 - Tekstslide