6.3 Kunst en wetenschap

6.3 Kunst en wetenschap
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

6.3 Kunst en wetenschap

Slide 1 - Tekstslide

Lesvolgorde
  • 5.1 Renaissance en humanisme lezen
  • 6.3 Kunst en wetenschap (gedeeltelijk)
  • Vragen

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen dat de wetenschappelijke revolutie een voortzetting en een gevolg was van de kritische manier van denken van het humanisme.
  • Je kunt met een voorbeeld duidelijk maken hoe de wetenschappelijke kennis werd uitgebreid. 
  • Je kunt beschrijven hoe de overheid wetenschappelijk onderzoek bevorderde.
  • Je kent overeenkomsten en verschillen tussen de aard en functie van beeldende kunst in de Republiek en Frankrijk 

Slide 3 - Tekstslide

Tijdens de renaissance speelde wetenschap een grote rol.
Leg met het voorbeeld van Leonardo da Vinci uit dat kunst en wetenschap belangrijk waren. (google)

Slide 4 - Open vraag

Lees de geograaf blz. 115
Wat hebben kunst en wetenschap hier met elkaar te maken?

Slide 5 - Open vraag

De wetenschappelijke revolutie
  • Renaissance en humanisme --> nieuw mens en wereldbeeld.
  • Hernieuwde belangstelling voor de Oudheid (Kunst, architectuur, filosofie, wetenschap).
  • Mens centraal 
  • Belangstelling voor de wetenschap --> voorbeeld Vesalius boek > Human Fabrica

Slide 6 - Tekstslide

De wetenschappelijke revolutie
  • Door ontdekkingsreizen nieuwe wereld- en mensbeeld.
  • Kerk accepteerde veel van de nieuwe denkbeelden.
  • Maar......schepping, de wereld was door God gemaakt en moest het middelpunt van zonnestelsel zijn.
  • Copernicus en later ook Galilei bewezen dat de zon het middelpunt was.
  • Conflict met kerk 

Slide 7 - Tekstslide

De wetenschappelijke revolutie
  • Zeventiende-eeuwse wetenschappers gingen nog meer dan voorheen uit van verstand en waarneming.
  • Ze geloofden dat ze door wetenschap de wereld kon worden begrepen (kijken, meten, denken, argumenteren).
  • Wetenschappelijk onderzoek niet bedoeld om kerk en geloof ter discussie te stellen, maar om de grootsheid van Gods schepping aan te tonen.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Natuurwetenschappers
  • Astronomen (sterrenkundigen) zonnestelsel bestuderen met telescoop.
  • Lenzen telescoop geschikt voor microscoop.
  • Francis Bacon --> waarnemen/systematisch te werk gaan om zo wetenschap te bedrijven.
  • Jan Swammerdam bestudering insecten (microscoop bestudering micro organismen)

Slide 10 - Tekstslide

Lees bron 17.
Wat was het doel van Swammerdam om wetenschap te bedrijven

Slide 11 - Open vraag

Slingeruurwerk
Christiaan Huygens

Slide 12 - Tekstslide

Huygens maakte het mogelijk om tijd te meten op een schip.
Waarom was dat belangrijk?

Slide 13 - Open vraag

Bedenk een mogelijke reden waarom er regelmatig spanning was tussen wetenschap en geloof. Je mag daarbij ook voorbeeld noemen.

Slide 14 - Open vraag

Slide 15 - Link

Met wie ga je samenwerken?

Slide 16 - Open vraag

Huiswerk
6.3 opdracht 2 maken
Werk in drietallen.

Slide 17 - Tekstslide

Wat heb je geleerd over de wetenschappers?

Slide 18 - Open vraag

6.3 Vervolg
Je kunt beschrijven hoe de overheid wetenschappelijk onderzoek bevorderde.
Je kent de overeenkomst en verschillen tussen de aard en functie van beeldende kunst in de Republiek en Frankrijk

Slide 19 - Tekstslide

Wetenschap en kunst voor de  koning
  • Wetenschap nu: beleid en vaccinaties om de coronacrisis onder controle te krijgen.
  • Wetenschap helpt de overheid met advies in strijd tegen Corona.
  • Overheid ziet hierin belang van wetenschap. 

Slide 20 - Tekstslide

Wetenschap en koning
  • Lodewijk XIV  had belang bij de wetenschap.
  • Wetenschappers konden helpen bij ontdekkingsreizigers (meetinstrumenten voor plaatsbepaling).
  • Wetenschappers konden berekenen waar een kanonskogel neerkwam. Handig in geval van oorlog. 

Slide 21 - Tekstslide

Schilderijen voor de grootsheid van koning
Lodewijk XIV Frankrijk

Slide 22 - Tekstslide

Paleis Versailles

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Pracht en praal: fonteinen, goed, marmer.

Slide 25 - Tekstslide

Zonnekoning
Zoals de planeten draaiden om de zon, zo draaide Frankrijk om hem.
Dat liet hij in een ballet zien.

Slide 26 - Tekstslide

Burgerkunst in de republiek
  • Meeste landen in Europa katholiek.
  • Kunstenaars, architecten werkten voor de kerk, koning en hoge edelen.
  • Koning, hoge edelen en belangrijke geestelijken werden afgebeeld (wie betaald, wie bepaald).
  • In de republiek de hof-houdelijke cultuur alleen bij de stadhouder.

Slide 27 - Tekstslide

Paleis Het Loo
Apeldoorn.
Paleis van stadhouder Willem III

Slide 28 - Tekstslide

Wetenschap in de Republiek
Descartes (Franse wiskundige) werkte voor stadhouder Maurits
Stevin wist hoe je goede vestingen kon bouwen, daar profiteerde Maurits van.


Vesting Bourtange (Groningen)

Slide 29 - Tekstslide

Vesting Naarden

Slide 30 - Tekstslide

Schilderkunst Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden
Regenten en rijke kooplieden.
Burgerlijke cultuur geschilderd

Slide 31 - Tekstslide

Kunstenaars in de Republiek
  • Republiek protestants, geen afbeeldingen voor de kerk (kerken sober).
  • Handelaars, succesvolle ondernemers en regenten op schilderijen afgebeeld.
  • Rembrand van Rijn, Johannes Vermeer, Frans Hals, Jan Steen en nog veel andere kunstschilders.
  • Schilderijen met oog voor detail en door realisme.

Slide 32 - Tekstslide

Kunst in de republiek.
Stier Paulus Potter
Nachtwacht Rembrand van Rijn

Slide 33 - Tekstslide

Maritiem schilderij
Landschap

Slide 34 - Tekstslide

Stadsgezicht

Slide 35 - Tekstslide

Rembrand zelfportret

Slide 36 - Tekstslide

Rampjaar 1672
Nederland aangevallen door Frankrijk, Engeland, Münster en Keulen.
Republiek over haar hoogtepunt heen.
Gouden Eeuw voorbij (ook voor kunstenaars)

Slide 37 - Tekstslide

Noem een overeenkomst en verschil tussen de aard en functie van beeldende kunst in de Republiek en Frankrijk.

Slide 38 - Open vraag

Wat heb je geleerd?

Slide 39 - Woordweb

Huiswerk
Opdracht 3 en 4 bladzijde 117
Verder Examentraining opdracht 3 bladzijde 120

Maak het huiswerk in tweetallen.

Slide 40 - Tekstslide