6.4 Meer of minder productie?

6. Productie en markt
6.4 Meer of minder productie?
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

6. Productie en markt
6.4 Meer of minder productie?

Slide 1 - Tekstslide

variabele kosten?

Slide 2 - Woordweb

Wat zijn variabele kosten?
A
Meel voor een brood
B
De oven van de bakker
C
De pudding in een roombroodje
D
De verkoopster in de winkel

Slide 3 - Quizvraag

vaste kosten?

Slide 4 - Woordweb

Vaste kosten
A
zijn constant en onafhankelijk van de productiecapaciteit
B
zijn afhankelijk van de productiecapaciteit
C
zijn constant en onafhankelijk van de productieomvang
D
zijn afhankelijk van de productieomvang

Slide 5 - Quizvraag

Wat zijn geen vaste kosten?
A
loon uitzendkracht
B
kosten gas water licht
C
huur bedrijfspand
D
kosten leaseauto

Slide 6 - Quizvraag

vaste kosten
koekjesfabriek?

Slide 7 - Woordweb

variabele kosten
koekjesfabriek?

Slide 8 - Woordweb

Een koekjesfabriek produceert 5 dagen per week en heeft 100 werknemers die 40 uur per week werken. Elke werknemer produceert op weekbasis 4.000 koekjesdozen. De fabriek wil graag dubbel zoveel produceren.

Bedenk een manier waarop de koekjesfabriek dit zou kunnen doen.

Slide 9 - Open vraag

In een kledingfabriek werken 16 werknemers 5 dagen per week.
Zij werken elke dag 8 uur.
De kledingfabriek produceert 96.000 T-shirts per week.

Hoeveel T-shirts produceert 1 werknemer per dag?

Slide 10 - Open vraag

Hoe kan je de
arbeidsproductiviteit verhogen?

Slide 11 - Woordweb

Productiecapaciteit
Omzet
Brutowinst
Arbeidsproductiviteit
nettoresultaat
Maatschappelijk verantwoord ondernemen (mvo)

Slide 12 - Sleepvraag